laïs - the ladies' second song
Laïs - The Ladies' Second Song - BANG! Music bc 0561

Als je rond de 30 bent wil je meestal andere dingen dan toen je 16 was, dat gaat ook op voor Laïs. De meisjes die destijds met hun prachtige heldere stemmen mede aan de wieg stonden van een folkrevival in Vlaanderen zijn inmiddels volwassen vrouwen, en dat heeft ook muzikaal zijn invloed. Hun nieuwe album, The Ladies' Second Song, klinkt dan wel wat experimenteler dan het vorige werk, maar mijns inziens is dit geen breuk met het verleden. De stemmen staan namelijk nog steeds centraal, ook elektriek hoorden we al op eerdere platen en bij optredens en de muziek is nog steeds folky te noemen, al zijn de traditionele instrumenten verdwenen om plaats te maken voor contrabas, drums en elektronica.

We horen niet meer de verhalende teksten uit het Antwerps Liedboek over de smidjes en de maagdekens. Er is nog wel heel wat symboliek te vinden, maar nu wordt de inspiratie gehaald uit de wat modernere wereldliteratuur. Enkele gedichten van de Ierse dichter William Butler Yeats (1865-1939) zijn op muziek gezet, dat zorgt ervoor dat een groot deel van de plaat Engelstalig is, maar ook A Clymène (1869, uit de Fêtes Galantes)) van de Fransman Paul Verlaine (1844-1896) kreeg een plaatsje en Witte Bij (oorspronkelijk Abeja Blanca Zumbas, het 8e van de Veinte Poemas De Amor Y Una Canción Desesperada, oftewel Twintig Liefdesgedichten En Een Wanhoopslied, uitgegeven in 1924) van de Chileense Nobelprijswinnaar Pablo Neruda (1904-1973) is een van de vier Nederlandse liedjes op The Ladies' Second Song. De gelaagdheid van deze poëtische teksten zorgt voor meer diepgang, die door de avontuurlijke, maar zeer goed bij de inhoud passende, arrangementen eromheen nog versterkt wordt. Een aparte vermelding verdient het heerlijk ingetogen Serenade Portugaise, geen gedicht maar een bewerking van een lied van chansonnier Charles Trenet dat met summiere begeleiding gezongen wordt.

Het meeste werk komt van Yeats. Vier van zijn gedichten werden gebruikt voor vijf liedjes. Na het pakkende openingsnummer The Lady's Second Song met een chant die zich meteen in mijn hoofd nestelt, volgt Leda en de Zwaan (Agamemnon), een Nederlandse vertaling door Paul Claes van een gedicht van Yeats. Dit stuk hoorde ik ze al eens spelen met cellist Simon Lenski, nu is de hoofdrol voor een donkere baslijn van Filip Vandebril, maar verder is het stuk vrij sober. Even later komt het Engelse origineel, Leda And The Swan (Sudden Blow), voorbij. Dat klinkt door het gebruik van elektronica (Bjorn Eriksson) experimenteler dan zijn Nederlandse tegenhanger, maar als je vaker luistert lijken de twee elkaar dichter te naderen. Bij The Wild Swans At Coole (The Woodlands) merk je dat het lastig was om er een goed lied van te maken, hier en daar wordt dan ook een zinnetje overgeslagen, naar ik aanneem ten behoeve van de melodie. Tussendoor klinkt een schril 'hiiiiee' dat ongetwijfeld op de roep van de zwanen slaat, maar  dat mij doet denken aan de herdersroep, die je in Scandinavische folk wel eens tegenkomt. Het vierde gedicht is het duistere Before The World Was Made (Mirror Mirror), waarbij je met wat fantasie een trein kunt horen toeteren in de mist.

Dan wordt er deze keer heel wat door de dames zelf geschreven. In het begeleidende boekje is te zien dat Annelies Brosens, Nathalie Delcroix en Jorunn Bauweraerts actief hebben meegewerkt aan met name de muziek/arrangementen van de nummers, en drie liedjes zijn zelfs geheel (dus ook de tekst) van de hand van Jorunn. Bij  alledrie speelt ze zelf akoestische gitaar. Het gaat om de single Joskesong (waarbij ze ook nog banjoline en viool voor haar rekening neemt), het speelse Tumbling en ietwat mysterieuze Pandora. Met haar korte teksten laat ze veel aan de verbeelding van de luisteraar over, maar de thematiek is duidelijk vrouwelijk. Het zou kunnen dat de typische wispelturigheid van dames aan bod komt, maar misschien gaat het wel om een kat-en muisspelletje van een geliefde die zich niet zo gemakkelijk laat vangen, en bij Pandora zal vast de aloude mythe een rol spelen.

De Nederlandse stukken brengen het oudere werk af en toe in herinnering, maar dat heeft volgens mij vooral te maken met de gebruikelijke meerstemmige zang, die eigenlijk alle liedjes op The Ladies' Second Song herkenbaar maakt. Item - Sortilegium (een soort heksenbezwering) is zelfs in oude bewoordingen opgesteld, maar met opzwepende drums van Dago Sondervan en elektrische gitaar en Godzillastem op de achtergrond van Elko Blijweert wordt het nogal heftig. Ni Vandaag leunt tegen rap aan, zonder dat echt te worden, en Witte Bij doet me in de zang ergens vaag denken aan de Deutsche Welle die in de jaren '80 populair was, maar als je naar specifieke kenmerken daarvan zoekt, verdwijnt die associatie weer even snel.

De dames van Laïs slaan dus de vleugels uit op The Ladies' Second Song, maar in de kern is het nog steeds folk wat ze brengen, wellicht meer neigend naar new folk. Daarmee maken ze mijns inziens een logische stap, die past bij hun ontwikkeling. Wat mij persoonlijk enorm aantrekt op deze plaat is dat ik nu steeds nieuwe dingen ontdek, telkens als ik luister hoor ik ergens een subtiel geluidje dat niet eerder opviel, of een intrigerende zin. Samen met de donkere symboliek die zelfs op het hoesje volop aanwezig is (behalve de zangeressen zijn een zwaan en een schattig kuikentje, maar ook een schaakspel en een schedel te zien in een fris landschap) zorgt dat ervoor dat deze plaat blijft boeien. De stemmen worden ook steeds beter benut, vormen hier en daar heerlijke verrassingen in klankkleur, en ze zijn jong genoeg om nog niet aan hun top te zitten. Dat belooft nog wat...

Stoffige oude teksten werden jaren geleden al in moderne arrangementen gestoken en door de meiden tot leven gebracht voor een jong publiek. Op The Ladies' Second Song gaan ze nog een stapje verder, ze nemen meer in eigen hand en kiezen voor materiaal dat niet uit de Vlaamse volkstraditie komt. Dat is voor sommigen misschien even wennen, maar volgens mij een natuurlijk proces, dat op de Scrapbook-cd van de Documenta-box al werd aangestipt en nu opnieuw een frisse wind doet waaien door folkland. De dames werden volwassen, hun stemmen en hun muziek ook. Laïs blijft dus vooral trouw aan zichzelf, en dat kan ik alleen maar toejuichen. Het maakt me ook nieuwsgierig naar volgend werk, al zal dat nog wel even op zich laten wachten.

Mirjam Adriaans, waardering 9

Laïs is in Nederland nog te zien met cd-voorstellingen op 21 oktober 2007 in Tivoli De Helling in Utrecht en op 24 oktober 2007 in Doornroosje te Nijmegen.

Zie ook: www.lais.be.