edinburgh

Marieke Smegen woont sinds juni 2001 in Edinburgh.
Ze heeft haar eigen folkband en is op vele Edinburghse sessies te vinden.
Daar speelt ze voornamelijk bodhràn, maar af en toe zie je haar ook
gitaarspelen of zingen. Allemaal traditioneel Schots natuurlijk...

Voor Folkforum.nl schreef ze van april 2002 tot mei 2004 26 columns.

 

aflevering 1 dd 20/04/2002:

De muzikant draaide meteen om toen hij zag dat ik de sessie leidde

Vrijdag kreeg ik een telefoontje van Chris. Hij zou zaterdag naar België vertrekken en had tijd nodig om zijn koffer te pakken. Zijn vraag aan mij: of ik de sessie in de Royal Oak die avond van hem kon overnemen. Bij mij was geen twijfel; natuurlijk kon ik dat. Het zou mij niet alleen £30 opleveren, er waren ook gratis pints en hopelijk wat extra bekendheid in de Edinburghse sessie-scene. Het was mijn tweede betaalde sessie in Edinburgh.

Ongeveer 1,5 maand geleden verving ik Chris in dezelfde pub. Ik werd dus verwacht een sessie te leiden, maar om tien uur waren er nog geen muzikanten om een sessie te starten. Helaas, muziek moest er wel zijn dus de cafebaas vertelde me dat ik dan maar alleen moest spelen. Ik zong een aantal liedjes en gelukkig kwam na een tijdje de eerste muzikant binnen. Andrew, de violist van mijn band, was laat omdat hij op een andere sessie telkens gratis pints voorgeschoteld kreeg. Nou ja! Hij was de eerste van zo'n vijf muzikanten die later ook bijschoven. Nu was de sessie tenminste geen soloconcert meer.

Chris is een bekende muzikant in Edinburgh. Ondanks het feit dat hij slechts 21 jaar is weet hij al menig muzikant te overbluffen op bouzouki, mandoline, bodhràn, whistle en vooral met zang. Ik voel me natuurlijk erg vereerd dat hij mij vertrouwt om zijn sessies te doen, maar vrijdag werd ik wel even met m'n neus op de feiten gedrukt: tot tweemaal toe kwam er een muzikant binnen die meteen weer omdraaide toen hij zag dat niet Chris maar ik de sessie leidde. Tja, ik behoor zeker nog niet bij de top van de Edinburghse muzikanten - met slechts 10 maanden sessie-ervaring in Edinburgh, nog nauwelijks betaalde sessies en gitaarspel dat ver beneden het niveau van de meeste muzikanten hier ligt. Mijn visie is echter altijd geweest dat je nergens komt als je het niet probeert. Toen ik zo'n vijf jaar geleden voor het eerst in O'Ceallaigh in Groningen binnenstapte, beheerste ik slechts één akkoord op gitaar. Toch bleef ik naar de sessie terugkomen en ik heb er inmiddels heel wat geleerd. Hier in Edinburgh ben ik weer onderaan de ladder begonnen, maar opgeven doe ik niet.


aflevering 2 dd 10 05 2002:

Helaas, helaas. We moeten op zoek naar een nieuwe fiddler...

De afgelopen maand waren onze bandrepetities nogal rommelig. Ten eerste zijn Kenny (gitarist) en Andrew (violist) altijd te laat. Mijn voorstel om onze band dan maar 'half-an-hour late' te noemen gingen ze echter niet mee in zee. Steeds vaker had Andrew geen tijd om te repeteren. Hij had altijd goede redenen, maar het is natuurlijk wel irritant. Toen hij me een keer zei dat hij het niet erg vond wanneer ik een andere violist voor de band zou vragen, ging er bij mij een lichtje branden. En mijn vermoedens bleken waarheid te zijn: afgelopen week belde Andrew me op om te zeggen dat hij zich op dit moment aan niets kan binden, dus ook niet aan een band.
Helaas, helaas, helaas. We hebben altijd erg goed samen kunnen spelen, maar nu moeten Kenny en ik dus weer op zoek naar een nieuwe fiddler. Die zijn vrij gemakkelijk te vinden, maar of het met een nieuwe fiddler net zo goed kikt is altijd maar weer afwachten.

Toch ben ik zaterdag naar Glasgow afgereisd. Daar heeft Kenny zojuist z'n eigen muziekwinkel geopend (folkrevolution - http://www.folkrevolution.co.uk) en de bijbehorende sessieruimte is ideaal voor bandrepetities. We hebben de hele middag gespeeld en 's avonds hebben we onze eerste opname gemaakt. Dit is de start van een demo die hopelijk optredens gaat opleveren. Ondanks het feit dat we nu slechts met z'n tweëen zijn kregen we 'Stretched on your Grave' toch aardig op cd. We zijn er allebei blij mee en hopen dat we snel een nieuwe fiddler vinden om vervolgens optredens te regelen. Onze geplande kleine tour in Nederland (in juni) gaat nu echter niet door. Nou ja, je kunt niet alles hebben! Oh, en Andrew en ik spelen over twee weken samen op een door mij georganiseerde sessie op de universiteit. Het sessiën gaat dus wel gewoon door - gelukkig maar.


aflevering 3 dd 22 05 2002:

Sessie in de pub van Dougie McLean

Zelfs in het kleinste dorpje in de Schotse highlands blijkt het te barsten van folkmuzikanten. Dat ontdekten mijn zus Annemiek en ik afgelopen weekend. Ik had enkele dagen vakantie en Annemiek was nog nooit in de highlands geweest - goede redenen om naar het noorden te trekken en er te gaan wandelen.
We startten op vrijdag in Pitlochry (ten noorden van Perth) en wilden in twee of drie dagen naar Dunkeld lopen. Dat hing van het weer en onze conditie af. Het ging allemaal vrij goed, dus belandden we op zaterdagmiddag al in het kleine maar mooie Dunkeld.
Nadat we onze tent op de plaatselijke camping hadden opgezet besloten we een kijkje te nemen in de 'beroemde' MacLeans Real Music Bar - een pub die eigendom is van muzikant Dougie MacLean. Mijn huisgenoot in Edinburgh had me voor deze pub gewaarschuwd; er zou niets te doen zijn en van sessies was al helemaal geen sprake. Toen Annemiek en ik echter de bar binnenstapten, maakten enkele muzikanten in een hoek al muziek. Geweldig was het niet. De musici hadden duidelijk al aardig wat pints genoten en hun repertoire lag ergens tussen tussen Dirty Old Town en de Wild Rover in. Toch had het wel sfeer en we besloten er in ieder geval een kop koffie te drinken. Annemiek en ik waren beiden moe van het lopen dus we hoefden niet zo nodig weer weg. We besloten dan ook om in de pub te eten.

Dougie MacLean zelf kwam op een gegeven moment de bar binnen, samen met z'n vrouw en later ook zoon, allen muzikant. Een van de barmannen liet z'n werk liggen en pakte in plaats daarvan zijn uillean pipes op. Jawel; de sessie van die middag werd ingeruild voor een met meer kwaliteit en ook meer musici.
Er verschenen zoveel muzikanten dat op de eerste verdieping van de pub ook een sessie werd gestart. Aangezien de muren van de bar volhangen met 'leen-instrumenten' deden ook muzikanten die hun eigen instrument niet bij zich hadden mee. Mij werd op een gegeven moment een bodhràn aangereikt en op die manier kon ik me ook bij de sessie aansluiten. Wat een snelheid en energie zat er in die muziek! Ik ben er inmiddels van overtuigd dat Edinburgh niet de enige plaats is waar je goede sessies kunt vinden - als je Dunkeld op de juiste tijd aandoet kun je ook heel wat tegenkomen.

MacLeans Real Music Bar is online op http://www.taybank.com/ De sessie van afgelopen zaterdag heeft er een speciale vermelding onder 'news' ("Saturday night at the Tay Bank!")


aflevering 4 dd 27 06 2002

Een sessie is een sessie en geen soloconcert

Na jaren sessie ervaring in Nederland en nu ook Schotland dacht ik wel redelijk te weten wat een goede sessie is en hoe deze tot stand komt. Niet dus.
Anderhalve Week geleden leidde ik de sessie in de Royal Oak. Het begon erg goed;
Andrew, de ex-violist van mijn band en ik voelen elkaar muzikaal altijd al goed aan,
maar vanavond liep de sessie nog beter met de hulp van Andy (op whistles en bodhràn) en nieuwkomer Jake (viool).
Zelden heb je dat specifieke gevoel dat zegt dat de muziek precies is zoals het zijn moet. Dat gevoel had ik die vrijdag. Na zo'n twee uur kwam een groep muzikanten binnen die zich -zonder zich voor te stellen- bij ons aansloot. Of tenminste, bij ons kwam zitten en eigen tunes begon te spelen.

De muzikanten, twee violistes en een uilleann piper, bleken op een ceilidh te hebben gespeeld en waren nog helemaal in de sfeer van snelle deuntjes en zeer lange sets (normaal bedoeld om op te dansen). De gemiddelde lengte lag op een half uur. De muziek was echter erg goed en Andy en ik probeerden zo goed en kwaad als kon mee te spelen. Het publiek leek het ook wel te mogen. Wat ik echter niet door had, was dat Andrew zich meer en meer begon te ergeren. Tegen het einde van de tweede set (bijna een uur later dus) pakte hij opeens zijn instrumenten in en vertrok. Hij baalde dat de nieuwkomers de hele sessie hadden overgenomen, maar, zo zei hij, "ze hebben plezier en daar gaat het om". Andrew had echter geen plezier meer en ik kon hem niet overhalen te blijven. Jake liet later weten dat ook hij op het punt stond te vertrekken.
De sessie veranderde al snel doordat meer muzikanten zich aansloten, maar ik had het gevoel dat ik gefaald had de sessie op een goede manier te leiden. Dit ondanks het feit dat de kwaliteit van de muziek die avond erg hoog lag en er was geen luisteraar die klaagde.

Maar waar gaat het nu eigenlijk om? Gisteren leidde ik weer de sessie in de Oak.
Ook nu was Andrew erbij en Mark en Steve (van de band Malinky) sloten zich ook aan. Dat was op zich al erg leuk, want zij waren degenen die een tijd geleden wegliepen toen ik de sessie leidde in plaats van Chris. Achteraf bleek dat niet om mij te zijn, maar om een trein die ze moesten halen...
De sessie verliep weer erg goed en werd nu niet onderbroken door een groep muzikanten die de sessie overnam. Bij een goede sessie behoort iedereen een kans te krijgen zijn of haar eigen tunes te spelen. Een goede sessieleider zorgt dat dat gebeurt. Kwaliteit van de muziek is belangrijk - en als dus een groep muzikanten meedoet en eigen tunes begint te spelen dan is dat geweldig. Het geeft afwisseling en kwaliteit.
Eén set (zelfs een half uur) is dan echter genoeg, zodat ook anderen sets kunnen starten. Zolang we maar met elkaar meespelen; een sessie is een sessie en geen soloconcert.


aflevering 5 dd 31 07 2002:

Het Hebridean Celtic Festival: alle borden in het Gaelic...

Voor sommigen betekent de zomer de aanvang van een vakantieperiode. Voor mij betekent het drukte. Ieder weekend is er wel een folkfestival waar ik als journalist of toeschouwer heen zou kunnen en in Edinburgh lijkt een tekort te zijn ontstaan in sessieleiders, dus daar ben ik ook nog eens druk mee. Gevolg is wel dat ieder weekend een festival een beetje teveel van het goede is.

Toch zat ik 1,5 week geleden op het Isle of Lewis. Hier vond het Hebridean Celtic Festival plaats. Keltisch was het zeker; de muziek, activiteiten en zelfs taal. Toen ik in de supermarkt de broodafdeling zocht kon ik lang zoeken, want alle borden waren in het Gaelic - een taal die ik (nog) niet begrijp.

De bands die optraden kwamen uit Schotland, Engeland, Ierland, Cape Britain en - een uitzondering want niet Keltisch - Mongolië. De kinderactiviteiten bestonden uit Schotse dans, geschminckt worden met Keltische tekeningen en vele knutselmogelijkheden die ook allemaal Keltisch gericht waren. Omdat ik als journalist op het festival was probeerde ik bij zoveel mogelijk activiteiten en concerten een kijkje te nemen. Toch bleef er gelukkig ook tijd over voor sessies.

De aangekondigde sessies waren er echter niet, tenzij Andrew - de violist uit Edinburgh waar ik regelmatig mee samenspeel - en ik een sessie startten. We kregen daardoor al snel bekendheid in het dorp. Vervolgens bood de vaste sessiepub McNeills ons een betaalde sessie aan op donderdagavond, na het grote concert in de festivaltent. Die avond speelden de Frans/Canadese La Volée d'Castors en Brits/Afrikaanse Baka Beyond. Andrew en ik besloten vlak voor het einde van het concert naar McNeills te gaan, om een sessie te starten voordat de horde mensen binnen zou komen. Onderweg pikten we nog twee muzikanten van La Volée d'Castors op die ook wel op waren voor een sessie. Echter, toen we in McNeills aankwamen waren ze net aan het sluiten. Hun argument: er was geen publiek dus had het geen zin om open te zijn. Logisch; de concerten waren nog niet afgelopen! Uiteindelijk eindigden we op een sessie in het Royal Hotel, de plek waar de bands allemaal overnachtten.

Mijn conclusie was achteraf dat het Hebridean Celtic Festival zeker de moeite waard is voor de workshops en concerten, maar het feit dat je zelf de sessie moet starten omdat er anders geen is, viel me toch wel tegen. Voor het leiden van sessies hoef ik niet naar een festival; dat doe ik al genoeg in Edinburgh. Andrew en ik hebben inmiddels de verantwoording voor twee wekelijkse sessies. Daarnaast doe ik nu om de week de vrijdagavond sessie in de Royal Oak. Het gaat goed, maar daarover de volgende keer meer.


aflevering 6 dd 29 08 2002:

Zomerse drukte...

Ik schreef de vorige keer al dat de zomer voor mij een periode van drukte betekent. In augustus verdubbelt het inwonersaantal van Edinburgh door de vele festivals die plaatsvinden.
De sessiepubs zijn dan altijd bomvol toeristen, die ook altijd weer vragen naar 'Scotland the Brave' en 'Wild Mountain Thyme' - beiden doe ik niet... Wel vind je me
momenteel op vele sessies.

Een maand geleden zijn Andrew (viool/mandoline/bouzouki) en ik een sessie gestart in O'Connells. De afspraak was dat we onbetaald, en zelfs zonder gratis drinken, zouden starten,] maar zodra de omzet omhoog ging door onze muziek zou er gepraat worden over drinken en betaling. Deze sessie heeft nu al vijf keer plaatsgevonden en hij loopt heel goed. We zien kans iedere keer minimaal vijf goede muzikanten bij elkaar te krijgen en niet zelden klapt de hele pub mee op Andrew's snelle deunen. Geweldig.

Ook de manager denkt er blijkbaar zo over, maar, helaas, hij kan van het bedrijf dat de pub beheert geen geld loskrijgen voor drinken, laat staan salaris. Daardoor bood hij twee weken geleden aan zelf £30 in te leggen, voor ons drinken! Uit eigen zak. Dan moet je wel heel graag een sessie willen hebben. Vorige week kregen we voor het eerst één gratis ronde voor alle muzikanten.

Hopelijk gaat het bedrijf Six Continents (de eigenaar) snel inzien dat wij echt veel mensen binnenhalen en dat het het waard is ons te betalen. Want, uiteraard, als dat op den duur niet gebeurt zijn wij weer weg. Zo werkt het in het sessiewereldje in Edinburgh.

Andrew en ik hebben ook tweemaal de zondagavond sessie in Sandy Bell's geleid. Dat is de beroemdste folkpub van Edinburgh, waar je nog steeds muzikanten uit de Battlefield Band, Tannahill Weavers of Wrigleysisters kunt tegenkomen. Velen van hen startten hun 'carriere' in Bells, dus het was een hele eer dat wij gevraagd werden een sessie te leiden. Het zou in eerste instante voor minstens de maand augustus zijn, maar de persoon waarvoor wij invielen kwam vervroegd uit Ierland terug. Helaas!

Wel doe ik iedere twee weken de sessie in de Royal Oak, een andere beroemde folkpub. Dit heb ik te danken aan Chris (Wright), die helaas naar België gaat verhuizen. Houd hem in de gaten, hij kan nog wel eens doorbreken in de lage landen! Erg jammer dat Chris weggaat, maar de een z'n dood, is de ander z'n brood... Ik kan die sessie goed gebruiken.


aflevering 7 dd 19 09 2002:

Genoeg van al die Ierse invloeden

Schotland is een land op zichzelf en geen deel van Groot Britannië - tenminste, dat is de algemene gedachte hier. Als je in Edinburgh op straat loopt kun je je afvragen waarom zoveel mensen met een Braziliaans voetbal t-shirt rondlopen. Een uitleg is de volgende: Brazilië versloeg Engeland dit jaar in de worldcup finals.

Gisteren ontmoette ik een accordeonspeler op 'mijn' sessie in O'Connels. Ik had hem nog nooit eerder gezien en hij mij blijkbaar ook niet want hij wist niet waar ik vandaag kom. (De meeste mensen weten wel wie 'that Dutch lass' is.) Ik vertelde dat ik Nederlands ben en stelde vervolgens dat het nogal vreemd is dat een buitenlander Schotse folk speelt. James (de accordeonist) zei vervolgens 'I'm a foreigner, too'. Hij blijkt uit Wales te komen - wat zijn vreemde accent verklaart. Dit is de algemene gedachtengang hier: als je niet uit Schotland komt ben je automatisch buitenlander, zelfs als je uit een ander deel van het United Kingdom komt, dat dus niet zo United is als de naam zich voordoet.

De sessie gisteren was gevuld met vele 'buitenlanders': een Welshman, twee Engelsen, twee Amerikanen (waarvan een zo'n beetje z'n hele leven in Schotland heeft gewoond, maar toch), drie Schotten en ikzelf. Desondanks was de sessie echt Schots. Dit is opmerkelijk want veel sessies in Edinburgh neigen 'Keltisch' te zijn, met daarom veel Ierse deunen.

Ik geloof dat het feit dat wij een Schotse sessie gestart zijn, ook de reden voor het succes is. Een bepaalde groep muzikanten lijkt genoeg te hebben van al die Ierse invloeden en daardoor heeft de sessie in O'Connels (ja da's een Ierse naam!) nooit een gebrek aan muzikanten.
We hebben inmiddels een deal met de bar: £20 aan gratis drinken voor de muzikanten. Volgende maand wordt de pub totaal verbouwd en krijgt het een Schotse naam. Vanaf dan wordt meer geld in Schotse activiteiten gestoken, wat hopelijk de sessie goed gaat doen.

Gisteren was een luisteraar zo vriendelijk om £25 achter de bar te leggen, zodat wij (meer) gratis drinken konden krijgen. Geweldig! We kregen een groep van zo'n 10 mensen aan het dansen - allemaal traditioneel Schots. Kunnen we dan toch de Ierse invloeden kwijtraken?
Het betekent wel dat ik meer songs van Robert Burns moet leren, een groot deel van mijn repertoire is momenteel nog Iers.


aflevering 8 dd 5-10-02:

Bodhran-spel van John Joe Kelly hoogtepunt op laatste outdoor festival

Afgelopen weekend vond in Schotland het laatste 'outdoors' folkfestival van dit jaar plaats. De temperaturen dalen en kamperen is daardoor vanaf nu van de baan. Ik was bij dit laatste festival: het Hairth O' Knokrach Septemberfest in het Forest of Ae (Dumfriesshire).

De setting kon niet beter zijn. Een vriend van me vergeleek het met 'Lothlorien' uit de Lord of the Rings. Het festival vond plaats in een vallei, aan de oevers van een rivier en omringd door bomen. Overal werden kampvuren ontstoken, renden kinderen rond en genoten mensen van de zonneschijn.

Dit festival was voor mij nogal extreem: niet eerder kampeerde ik in Schotland op een veld waar enkel en alleen festivalgangers waren en niet eerder bevond ik me op een festival locatie waar enkel en alleen dingen gerelateerd aan het festival plaats vonden. Ik geloof dat het het best vergeleken kan worden met Folkwoods in Eindhoven, alhoewel dit meer bood dan 'slechts' muziek.

Het festival bood naast goede concerten workshops van allerlei aard: Tai Tsji, Egyptische dans, jongleren, afrikaans drummen, keltische tekens schilderen, enzovoort. De workshops geven al aan dat het festival een groot aantal zogenaamde 'alternatieven' aantrok. En ja; ik geloof dat zo'n vijftig procent van de bezoekers dreadlocks had, vele mannen liepen rond in rok of jurk, wiet werd er veelal gerookt (en dat is nog steeds illegaal hier) en op 21 september mediteerden vele festivalgangers voor de volle maan en de dag die op dat moment evenlang was als de nacht.

Ik ben blij dat Andrew (violist) niet met me mee is gegaan, want hij had zich hier niet vermaakt. Ik daarentegen had een geweldige tijd! Zaterdagavond was vooral een avond die ik niet zal vergeten. De hoofdact waren de Peatbog Fairies, maar voor mij was de act die voor hen optrad veel specialer: de Michael McGoldrick Band. Michael McGoldrick had voor de gelegenheid acht muzikanten van wereldformaat achter zich staan met wie hij een geweldig concert neerzette. Hoogtepunt was voor mij om John Joe Kelly in actie te zien. Hij is de bodhranspeler van Flook en wordt op dit moment gezien als de beste bodhranspeler ter wereld. Die jongen kan spelen, ongelooflijk.

Het weekend bood mij drie dagen weg uit het soms hektische Edinburgh en drie dagen waar ik niets hoefde te doen, behalve genieten. Voor de echte 'folkie' is dit festival een must. Degene die bang is voor een beetje eerbied voor de natuur moet misschien maar thuis blijven. Inmiddels ben ik weer in Edinburgh, in een warm bed (want oh wat kan het koud worden in
Schotse nachten!) en klaar om sessies te leiden. Vanavond O'Connels weer. Wat zal dat een verschil zijn met gisteren...


aflevering 9 dd 31 10 2002

Fiddler van de Tannahill Weavers is nu ook al geïnteresseerd

Het lijkt erop dat ik me steeds meer een 'professioneel' muzikant mag noemen. Vreemd, want ik ben hier eigenlijk om in de journalistiek aan het werk te gaan. Dit is echter op dit moment m'n tweede inkomen; freelance werk voor wat Nederlandse media en het Irish Music Magazine (dat inderdaad nog steeds met folk te maken heeft).

De muziek gaat goed. De Royal Oak heeft me gevraagd de sessie die ik iedere twee weken leidde nu wekelijks te doen. Dit heb ik toegezegd, niet alleen voor het extra inkomen, maar ook omdat het duidelijkheid geeft voor muzikanten: ze hoeven niet meer uit te rekenen of de sessie er nu wel of niet is; ik ben er gewoon iedere vrijdagavond.

Daarnaast lijkt de door mij opgestarte sessie in O'Connells bekender te worden. Omdat Edinburgh erg veel Ierse muziek heeft begint onze sessie nu naam te krijgen als 'de originele Schotse sessie'. Wij streven er namelijk naar om zoveel mogelijk Schotse muziek te spelen. Iedere week zijn er minimaal vijf muzikanten aanwezig en vaak meer dan dat. Vorige week sloot Karine Polwart zich bij ons aan. Karine is de zangeres van Malinky en oud-zangeres van de Battlefield Band. Ik ken haar inmiddels vrij goed omdat ik als journalist meerdere verhalen over Malinky heb geschreven. Nu sluit ze zich dus bij onze sessies aan.

Gisteren hoorde ik dat John Martin, fiddler van de Tannahill Weavers, geïnteresseerd is in onze sessie. Nog een violist erbij; en een goede ook. Het is erg goed om te merken dat Schotse muzikanten van dit niveau toekomst zien in de sessie in O'Connells. Omdat Edinburgh steeds minder echt Schotse sessies heeft lijkt dit te werken. Mogelijk dat we O'Connells straks een echte sessiepub kunnen noemen - net als Sandy Bells en de Royal Oak nu al zijn.

Een andere reden dat ik steeds meer als professioneel muzikant werk is dat ik ben begonnen met les geven. In de Royal Oak hoorde een Ier (echt waar) m'n bodhranspel en besloot dat ik hem les zou moeten geven. Omdat ik mezelf heb leren spelen en slechts de beginselen van een 'docent' heb geleerd (Brendan White - de Ierse bodhranmaker uit Veldhoven) wist ik niet of ik wel kon les geven. De eerste les hebben we er echter op zitten en binnen een half uur zagen we al vooruitgang in z'n bodhranspel. Het werkt dus en volgende week hebben we weer een afspraak. Op deze manier verdien ik geld met spelen en les geven - wie heeft de journalistiek
nog nodig?

Toegegeven; ik wil niet als full-time muzikant aan de gang want dan krijg je teveel werkdruk op iets dat wel leuk moet blijven. Daarom solliciteer ik momenteel bij vele Schotse media en hoop binnen korte tijd als voltijd journalist aan de slag te gaan. Maar de muziek zal altijd een heel belangrijke tweede zijn; iets dat ik nooit zal opgeven en wat ook haast onmogelijk is wanneer je in Edinburgh woont. Hopelijk blijft de sessie in O'Connells ook goed lopen nadat alle festivals zijn afgelopen. We blijven ons best doen en hopen op het beste!


aflevering 10 dd 02-1202

Geweldige sessie, die later in Deaf Shepherd's hotel werd voortgezet

Edinburgh Festivalstad, zo noemt men het hier. En dat klopt. Niet alleen hebben we hier grootste culturele festival ter wereld (Fringe Festival in augustus); het hele jaar door vinden tientallen andere thematische festivals plaats. Afgelopen weekend huisde Edinburgh "Fiddle 2002" - een jaarlijks festival geheel gericht op Schotse fiddlemuziek.

Ik was in de Assembly Rooms op vrijdagavond. Voorafgaande aan het grote concert presenteerde de band Cantrip haar eerste cd. Ik heb deze cd voor een Schots tijdschrift gerecenseerd en was daarom uitgenodigd voor deze launch. Een leuke bijkomstigheid is dat ik alle muzikanten persoonlijk ken. Werk dus, maar ook plezier.

Het was de eerste cd-presentatie die ik in Schotland meemaakte. En het is speciaal. Natuurlijk waren er vele sessiemuzikanten die ik persoonlijk ken, maar ook woonden vele professionals de presentatie bij. In mijn ogen kan Cantrip nog wel eens heel ver komen. Blijkbaar denken anderen dat ook, want onder de aanwezigen waren muzikanten van de bands Malinky, Boys of the Lough, Deaf Shepherd en uiteraard concertina virtuoos Simon Thoumire - de man achter Foot Stompin' Records (Cantrips platenmaatschappij).

Cantrip zou die avond ook de eerste band zijn op het grote concert, gevolgd door Deaf Shepherd en 'A Highland Fiddler'. Helaas kon ik dat niet bijwonen want zoals iedere vrijdagavond zou ik de sessie in de Royal Oak leiden. Ik was al gewaarschuwd dat ik op tijd zou moeten zijn voor mijn eigen sessie, om te voorkomen dat ik geen zitplaats zou hebben. Fiddle 2002 trekt namelijk altijd heel veel muzikanten (inderdaad, velen van hen zijn fiddlers!).

Gelukkig had ik een zitplaats. En de sessie was goed bezocht maar we hadden niet teveel muzikanten. Tot half twee 's nachts. Toen kwam ineens een hele groep van het festival binnen. Bruce McGregor (Blazin' Fiddles) liep weer weg omdat er geen ruimte was, maar de leden van Deaf Shepherd sloten zich allen aan. Voeg daarbij nog een extra vijftal fiddlers en een piper en je sessie is compleet.

Overcompleet om preciezer te zijn. Het beloofde een megasessie te worden, maar net toen de overenthousiaste musici hun eerste deun startten kreeg ik te horen dat we moesten stoppen. En als sessieleider zorg je er dan voor dat iedereen stopt. Maar niet als je zo'n 20 muzikanten om je heen hebt waarvan een aanzienlijk aantal professioneel is en niet wil luisteren naar een 'doorsnee' sessieleider!

Veertig minuten later kreeg ik eindelijk de groep stil. En toen kwam de barman kwaad op me af. De kroeg had geen verlengde vergunning gekregen voor het festival en de mensen moesten dus weg. Onze muziek voorkwam dat de kroeg leegliep, iets wat uiteraard niet erg handig is als je je aan de regels wilt houden.

Achteraf gezien hadden we een geweldige sessie (die later in Deaf Shepherd's hotel is voortgezet!) en eerlijk gezegd ben ik blij dat we in ieder geval voor korte tijd de kans hadden met deze goede muzikanten samen te spelen.

Volgende week ben ik er weer om de sessie te leiden en mogelijk ben ik dan de enige die het publiek vermaakt. Dan kan de Oak inzien dat het eigenlijk ook wel een voordeel is wanneer je zoveel goede muzikanten hebt die voor niets dan plezier een sessie gaande houden.


Aflevering 11 d.d. 21 12 2002

Oud&nieuw vier je hier buiten in plaats van in de gezellige, en vooral warme pubs

O'Connells heeft een nieuwe manager. Helaas, want de oude manager is degene die zo enthousiast was om de sessie te starten. Een nieuwe manager betekent ook een verminderde kans op betaling, want ik had met de oude manager de afspraak dat ik betaald zou worden zodra we meer mensen binnen zouden krijgen. En wat weet de nieuwe manager daarvan?

Maar afgelopen week kreeg ik een telefoontje van DJ - de oude manager. "Remember me?" begon hij. Tuurlijk. Het blijkt dat DJ de nieuwe manager is van een pub op de Grassmarket - een populair uitgaansgebied in Edinburgh. En hij kan me een betaalde sessie aanbieden. Of ik interesse had. Hmmm...moeilijke vraag! Natuurlijk.

Het gevolg is dat komende maandag onze laatste sessie in O'Connells zal zijn. Ik heb de nieuwe manager geprobeerd te spreken maar hij is er nooit als ik er ben en hij belt me niet als ik barpersoneel vraag om een boodschap door te geven. Dat zegt wat over zijn interesse in de sessie en daarom vind ik het niet erg de pub te verlaten.

De maandag voor kerstmis zal onze eerste sessie in de White Heart zijn. Ik heb er betaling voor mij en een violist uitgekregen, plus gratis drinken voor de muzikanten. Erg goed! De muzikanten die voorheen naar O'Connells kwamen staan allemaal achter me; zij begrijpen maar al te goed dat als je een belofte maakt om iedere week voor muziek te zorgen, het ook logisch is dat je daarvoor betaald krijgt. En zij blijven meespelen - al is het in een nieuwe pub.

Het enige probleem is dat rond kerstmis de helft van de muzikanten heel druk is met optredens en de andere helft weg is om familie te bezoeken. Het is dus een uitdaging om toch voldoende muzikanten in de pub te krijgen, maar ik doe m'n best. Ik ben gewoon voltijd aan het werk dus kerstmis betekent niet zoveel voor me. Ik besteed die dagen op kantoor! Dat is het nadeel van een baan als journalist; die werken altijd, kerstmis of geen kerstmis.

Met oud en nieuw ben ik vrij en ik had gehoopt een goede sessie in mijn stamkroeg Sandy Bells te vinden. Maar nu hoor ik dat deze pub voor middernacht sluit, net als vele andere kroegen in de stad. En dat terwijl Hogmanay (het Schotse oud&nieuw) in Edinburgh op nummer twee staat van 'beste festivals ter wereld'. (Nummer één is het carnaval in Rio de Janeiro.) Ze hebben hier een recordpoging van de grootste 'strip the willow' (Schotse dans) ter wereld plus live muziek op verschillende podia in de nieuwe stad - allemaal buiten. Blijkbaar behoor je oud&nieuw hier buiten te vieren in plaats van in de gezellige, en vooral warme pubs. We zullen het wel zien; ik vind vast wel iets om me te vermaken.

Een goed oud&nieuw gewenst aan allen en tot volgend jaar!
Marieke.


Aflevering 12 d.d. 11 01 2003

Heel Mull of Kintyre liep uit voor de ceilidh

De vorige keer schreef ik dat m'n stamkroeg op oudejaarsavond vroeg zou sluiten. Ik was bang op straat te belanden, maar in plaats daarvan bevond ik me op 'Hogmanay' in een kleine cottage aan het strand van de Mull of Kintyre.

Vrienden van me die ik ken van mijn kayakvereniging hadden me uitgenodigd om een week te gaan 'kayaksurfen'. We verbleven dus in de cottage, die met uitzondering van een kolenkachel in de woonkamer geen verwarming had en ook geen douche (slechts een bad dat ongeveer 20 cm met lauw water gevuld kon worden). Vreemde manier van vakantie houden denk je misschien, maar ik vind het heerlijk en beter dan een drukke stad. Op het strand ontmoetten we een kayaker die op de Mull of Kintyre woont. Hij nodigde ons uit om op donderdagavond naar een ceilidh in zijn woonplaats te komen. Dit was voor ons zo'n veertig minuten rijden, maar we besloten er toch heen te gaan.

Ik heb zelf al redelijk wat ceilidhs meegemaakt, maar deze waren altijd in de stad. Dit was even anders: de hele bevolking van het kleine dorpje kwam opdagen naar wat leek de enige activiteit in de wijde omtrek. Daardoor varieerde de leeftijd van minstens 10 tot 80. Een ceilidh bestaat voornamelijk uit het dansen van Schotse traditionele volksdansen. In Nederland zou je daar niet mee aan moeten komen bij bijvoorbeeld pubers, maar hier was iedereen van plan een goede avond te hebben.

De jongeren zaten bij elkaar. Alsof het een disco was versierden ze elkaar en vroegen ze elkaar ten dans. Het verschil was echter dat deze dansen vergelijkbaar zijn met de Nederlandse 'klompendans'. Ouderwets dus, maar in Schotland erg populair. Het wordt zelfs als vak gegeven op de lagere en middelbare school.

De band bestond uit een accordeonist en drummer - niet veel misschien, maar het koppel kreeg het feest goed op gang. Iedereen kende de traditionele dansen met als gevolg dat de dansvloer altijd gevuld was. Ik verbaasde mezelf over het feit dat zelfs ik alle dansen kende. Dat komt natuurlijk omdat ik in Edinburgh en Glasgow verschillende ceilidhs heb meegemaakt.

Mijn mede-kayakers zijn allemaal Schots dus zij wisten ook precies wat er gedaan moest worden. Het is ongelooflijk om te zien hoe een kleine Schotse gemeenschap met een avond als deze zo dicht bij elkaar gebracht wordt. De kinderen onder 18 dronken bijna allemaal IrnBru, een Schotse koolzuurdrank. De ouderen deelden bier en wijn. Verbazend genoeg geen whisky, maar misschien is dat wat te sterk wanneer men ook nog verwacht dat je danst!

Het was een ontzettend leuke avond en het toonde me de ultieme Schotse cultuur van binnenuit. Dan is Edinburgh wel even wat anders. Ik ben nu weer thuis; terug op m'n werk en terug voor de sessies. De nieuwe sessie in de White Hart Inn is van start gegaan, maar daarover de volgende keer meer.


Aflevering 13 d.d. 30 01 2003

Twee tin-whistles tegelijk spelen, de deun op de een, de tweede stem op de ander

Ik kon het bijna niet geloven, maar toen gisteravond de tweede sessie in de White Hart Inn plaatsvond was de kroeg helemaal vol. En dat terwijl op gewone door-de-weekse avonden de pub bijna altijd verlaten is. Helaas heeft Andrew, de violist, laten weten dat hij niet wekelijks bij de sessie kan zijn doordat z'n nieuwe werk veel van hem vergt. Het betekent dat ik nu op zoek ben naar een vervanger, en die is niet zo gemakkelijk te vinden. Gisteren had ik echter als tussenoplossing Catriona Black gevraagd om met mij de sessie te leiden. Zij is een erg goede Schotse fiddler en net als ik tevens journalist. Zij schrijft echter niet in het Engels, maar in Gaelic. Vrij speciaal dus! En erg geschikt voor een traditioneel Schotse sessie.

Op dit moment vindt in Glasgow het grootste keltische festival van Europa plaats: Celtic Connections. Op zich is dit geweldig, want we hebben de kans om een maand lang fantastische muzikanten te zien, maar een nadeel is dat veel muzikanten uit Edinburgh een maand lang in Glasgow verblijven. Zo ook de muzikanten die me normaal altijd op de maandagavond sessie ondersteunen. Daarom dacht ik dat Catriona en ik misschien de enige muzikanten zouden zijn. Maar nee: Catriona nam een andere fiddler, Ewan, mee, en twee andere muzikanten (accordeon en fiddle) die een keer in een andere pub over de sessie had verteld hadden ook besloten langs te komen.

Qua publiek waren drie vrienden van mijn oude journalistiekstudie de eersten die een plaats zochten. Maar zij trokken al gauw vele anderen aan (of was het de muziek die dat deed?). Om half tien was de pub stampvol. Wauw. De sessie liep ook erg goed, met afwisselende deunen die ik soms nog nooit gehoord had. Later kwam Andy (bodhran/whistle/zang/basklarinet) er ook nog bij en we hielden de sessie tot middernacht gaande - het tijdstip waarop de pub sloot. Het kan zijn dat dit een eenmalig succes was, maar ik hoop dat dat niet zo is.

Zolang ik voor iedere sessie tenminste een violist of andere melodiespeler regel blijft deze sessie een succes - en krijgt het mogelijk in de toekomst naam als de 'enige echte Schotse sessie in Edinburgh'. Want dat is het - neem dat maar van mij aan.

Oh, en nu vergeet ik bijna te vermelden wat voor mij het hoogtepunt van het weekend was! De Boys of the Lough gaven hun 35e jubileum concert in Edinburgh (waar de meeste bandleden wonen). Cathal McConnell, de fluitist (en vaste gast in mijn stamkroeg), liet hier even een knap staaltje werk zien. Je zult het misschien niet geloven, maar hij presteerde het om twee tin-whistles tegelijk te spelen, met de deun op de eerste whistle en een tweede stem op de tweede! Het is dat ik het met m'n eigen ogen gezien heb, anders had ik het ook niet geloofd. Hij speelde foutloos twee hele jigs inclusief herhalingen. Mocht je hem ooit tegenkomen, vraag ernaar - want dit geloof je pas als je het gezien hebt.


Aflevering 14 d.d. 06 03 2003

Mysterieuze verhalen doen de pub goed

De sessie in de White Hart Inn is nu alweer twee maanden gaande - en wat een verschil is het met de sessie die we in O'Connells hadden! Sinds het moment dat we de sessie in de White Hart startten is het altijd druk bezocht geweest, zowel qua muzikanten als publiek.

Waarom is nog steeds een goede vraag. Sommige muzikanten heb ik mee kunnen nemen van O'Connells, maar een aantal is op komen dagen nadat we in de White Hart zijn gestart. Het publiek is een beetje logischer. Namelijk, de White Hart Inn ligt aan de Grassmarket. En de Grassmarket is een van de populairste uitgaansstraten in Edinburgh. Op maandagavond is er echter nauwelijks iets te doen. Het gevolg: mensen zien muzikanten in de White Hart en ze besluiten hier naar binnen te gaan omdat het levendiger is dan de andere pubs.

D.J., de nieuwe manager van de White Hart, heeft ook z'n steentje bijgedragen aan de promotie van de pub en sessies. Hij heeft onderzoek gedaan naar de historie van de pub en claimt nu dat het
1) de oudste pub van Edinburgh is en
2) lijkenpikkers Burke & Hare vaste gasten waren in hun tijd.

Burke en Hare waren twee figuren die pubs in Edinburgh langs gingen om slachtoffers te vermoorden - en de lijken vervolgens aan Edinburgh University te verkopen. Dat is typisch het Edinburgh in de middeleeuwen; niet een heel fijne plaats om te leven.

D.J. haalde vervolgens de kranten met een verhaal van geestverschijningen in de pub. Op een avond bevond hij zich in de kelder toen twee kisten zomaar van de muur kwamen en op de grond neerstortten. Er was echter niemand in de buurt die dat had kunnen veroorzaken. Een avond later kwam een figuur de pub binnen en rende meteen naar de kelder. D.J. en een van de barbedienden renden ook naar de kelder, want de pub was gesloten en sowieso had niemand het recht de kelder in te gaan. In de kelder vonden ze echter niemand.

Vreemde verhalen en of ze waar zijn weet ik niet. Maar wat ik wel weet is dat het de naam van de pub goed doet. Mensen beginnen weer door te hebben waar de White Hart Inn is. En beter nog: ze beseffen dat het een traditionele Schotse pub is, zoals het twintig jaar geleden ook was. In de jaren tachtig stond de White Hart bekend om de traditionele Schotse sessies. Iets dat we nu proberen terug te krijgen, want Ierse sessies zijn er veel te veel in deze Schotse hoofdstad.


Aflevering 15 d.d. 24 03 2003

Sessie voor £100 en 16 pints

Het is gek om het me te realiseren, maar ik begin naam te krijgen hier in Edinburgh. Een week geleden kreeg ik een e-mail van de manager van de Enseign Ewart - een pub vlakbij het kasteel aan de Royal Mile. Hij had mijn adres gekregen van Sandy Brechin, de accordeonist van Burach. Sandy had hem gezegd dat ik een goede muzikant zou zijn om te vragen voor sessies.

Dat op zich is al bijzonder; Sandy is een professionele muzikant en twee jaar geleden had ik nooit gedacht dat ik hem persoonlijk zou leren kennen, laat staan dat hij mij als muzikant zou aanraden.

De Enseign Ewart volgde z'n advies op en bood me een wekelijkse sessie aan. Ik kan echter geen drie sessies per week doen; dat is teveel naast een voltijd baan en ook kan ik niet rekenen op de vaste groep muzikanten die ik nu twee keer per week bij elkaar krijg. Wel zei ik tegen de manager dat het geen probleem was om incidenteel in te springen. Daarom heb ik de afgelopen twee zondagen Sandy Brechin's avond overgenomen, omdat Sandy op tournee is met z'n band.

Samen met Andrew leidden we beide avonden en kregen £60 en 16 gratis pints (nee die dronken we niet allemaal zelf!). De betaling is echter niet speciaal; ik krijg hetzelfde geld in de Royal Oak. Dus toen de manager van de Enseign me nogmaals vroeg een wekelijkse sessie te doen heb ik dat uitgelegd. Het heeft hem blijkbaar aan het denken gezet want gisteren na de sessie nam hij me apart en bood me £100 en 16 pints voor de zaterdagavond. Wow... Dat is bijna het dubbele van het bedrag dat hij eerst bood.

Ik vertelde de manager dat ik erover na zou denken en nam vervolgens Andrew mee naar de Royal Oak - de enige folkpub die open is na middernacht. Ik heb hem het aanbod voorgelegd en samen hebben we besloten dat we het gaan proberen.

De Enseign Ewart is een heel drukke pub, helemaal op zaterdag, wat het moeilijk maakt om er te zingen. Ook hebben veel muzikanten die normaal onze sessies bijwonen optredens op zaterdag, dus Andrew en ik zullen regelmatig geen ondersteuning van anderen hebben. We zullen het enkele weken aanzien en dan besluiten of we het wekelijks willen blijven doen.

In de tussentijd houd ik de Royal Oak wel aan, voor het geval dat de Enseign op niets uitloopt. Het betekent dat ik drie sessies per week doe... En voor alle drie betaald krijg. De Royal Oak heeft me afgelopen vrijdag ook een extra avond aangeboden, wat zou betekenen dat ik vier avonden per week kan doen - en daarmee een vol inkomen met muziek verdienen.

M'n collega's in de journalistiek zeggen dat het niet lang zal duren totdat ik voltijd in de muziek ga werken. Maar dat hebben ze verkeerd; ik geniet van de muziek maar zou het nooit voltijd willen doen. Het is echter wel een eer dat zoveel mensen me sessies aanbieden. Een andere muzikant zei vrijdag al dat ik echt deel van de 'Edinburgh session scene' begin te worden en ik begin te geloven dat hij gelijk heeft.


Aflevering 16 d.d. 08 05 2003

Wie weet er een goede bandnaam?

De muziek wordt een steeds groter deel van m'n leven. M'n sessies vinden nog steeds wekelijks plaats: vrijdagavond vind je me in de Royal Oak, op zaterdag in de Enseign Ewart en maandag in de White Hart. Op dit moment werk ik nog full-time als 'feature writer' voor een Schots persbureau, maar helaas heb ik afgelopen week te horen gekregen dat ik m'n baan binnenkort verlies. Jammer, maar het is voor mij wel een optie om m'n muziek uit te breiden.

Zowel de Royal Oak als de White Hart hebben me een tweede wekelijkse sessie aangeboden. Dat kan interessant worden als m'n inkomen straks echt op freelance journalistiek en muziek neerkomt. Aan de andere kant is het ook gevaarlijk, want als ik vijf sessies per week doe zal ik er dagelijks wel zijn, maar ik kan niet verwachten dat de andere muzikanten me ook bij al die sessies komen steunen. En ik heb niet zoveel zin om drie uur in m'n eentje te vullen.

Misschien zijn er andere mogelijkheden? Afgelopen vrijdag deed ik zoals gewoonlijk de sessie in de Royal Oak. Het begon erg rustig, maar na ongeveer 2,5 uur had ik gezelschap van vijf andere muzikanten. En niet van de minste kwaliteit; twee muzikanten uit Malinky, één violist die vroeger in Malinky speelde en Andrew, de violist waarmee ik de sessie op zaterdag leid. Ondanks dat de sessie nog volop aan de gang was verliet ik de muzikanten om 1 uur 's nachts. Toen ik naar buiten liep sprak een man me aan waarover een mede-muzikant eerder die avond al had gesproken: de eigenaar van de Central Bar - een ander cafe dat erg op folk muziek gericht is. Hij zei: 'dus jij bent Marieke. Ik heb je naam veel aangekondigd zien staan. Leuk om je nu ook eens te ontmoeten.' Nu ook nog interesse van een vierde cafe? Het is altijd goed om je contacten warm te houden en dit is natuurlijk een leuke kennismaking - al helemaal omdat het van zijn kant kwam.

Niet alleen het sessiewerk loopt op; we repeteren ook nog steeds wekelijks met onze band. Als het aan mij ligt beginnen we snel met optredens, maar ik moet Kenny (de gitarist) nog wel overhalen; hij lijkt nooit klaar te zijn voor het 'echte werk'. Bovendien hebben we nog geen bandnaam, iets dat toch wel nodig is als je met optredens begint. Als er onder de lezers van deze column nog mensen zijn met ideeën dan hoor ik het graag! De komende weken zullen beslissend zijn over mijn verdere werk annex dagindeling. Ik hoop binnenkort verslag uit te kunnen brengen! Tot die tijd blijf ik gewoon genieten van alle Edinburghse sessies.


Aflevering 17 d.d. 21 05 2003

De bothy ballad traditie

De Royal Oak was doodstil gisteravond. Toen ik om half tien binnenkwam was er helemaal niemand. Om tien uur kwam het eerste koppel binnen, dat toen een solo-concert kreeg. Ik was de enige aanwezige muzikant dus het was aan mij om de avond te vullen.

Langzaam druppelden andere geïnteresseerden binnen. Allemaal waren ze stil om naar mijn liedjes te kunnen luisteren. Een vreemde gewaarwording als je beseft dat deze pub normaal bomvol mensen is. Om half twaalf begon m'n repertoire op te raken. Ik ben niet gewend een hele avond alleen te vullen - normaal is er altijd tenminste een andere muzikant die wat sets tussendoor kan spelen.

Gelukkig kwam Scott Gardiner om kwart voor twaalf binnen. Hij staat bekend om de 'bothy ballads' die hij zingt. Dit zijn liederen die vroeger voornamelijk in de Schotse bothy's (berghutten) gezongen werden. Ze worden in de mondelinge traditie doorgegeven en Scott leerde z'n liederen veelal in het Noordoosten van Schotland, waar hij opgroeide.

Hij besloot me uit de brand te helpen en een paar liederen te zingen. Het is een openbaring hem te horen; een heel sterke Schotse zangstem, en je verstaat geen woord van wat'ie zegt! Ik woon dan nu wel alweer bijna twee jaar in Edinburgh, maar het 'Scots' uit noordoost Schotland heb ik echt nog niet onder de knie.

Scott had dat ook door en besloot de mondelinge traditie voort te zetten. Hij zou een bothy ballad zingen waarbij ik in het refrein mee zou doen. Maar uiteraard was dat in het Scots en het kostte ons eerst wat tijd om een vertaling te krijgen. Vervolgens vond Scott dat ik dat maar in een keer mee moest zingen, ondanks het feit dat het een heel verhaal was (8 zinnen...) in een voor mij vreemde taal.

Hij begon te zingen, zonder begeleiding, en meer en meer mensen in de pub probeerden mee te doen. Dat is nu het echte sessiegevoel. Scott zette een mooi lied neer en slaagde erin aardig wat mensen erbij te betrekken. Ik heb m'n woordenschat weer een beetje uitgebreid en snap iets meer van de bothy ballad traditie.

Afgelopen jaar was Scott een van de acts op het grote folkfestival Celtic Connections in Glasgow. Misschien moet ik de volgende keer maar eens gaan kijken - die mondelinge traditie is interessanter dan het op het eerste gezicht lijkt.


Aflevering 18 d.d. 06 08 2003

Deze aflevering is reeds op 25 juni j.l. door Marieke vanuit Schotland verstuurd, maar heeft ons helaas pas afgelopen weekeinde bereikt. Hoewel de data die ze noemt dus al achter de rug zijn, lijkt het ons toch aardig genoeg om haar column alsnog te plaatsen (Red.)


marieke smegen met band
Foto: De band waarin Marieke Smegen speelt met v.l.n.r.: (l-r) :
Fiona, Andrew, Marieke, Kenny. Op de site heet de band tegenwoordig Rallion

Eerste concerten met eigen band

Vrijdag was het eindelijk zover: het eerste officiële optreden van m'n band. Het Killin Folkfestival had ons geboekt als voorprogramma van een ceilidh. We speelden in de village hall. Helaas waren de geluidstechnici niet erg bekend met het regelen van geluid, wat eerst even paniek opleverde. Blijkbaar waren de technici gespecialiseerd in licht maar er was geen professionele geluidsman dus deden zij dat er maar bij. Dat kon nog wat worden! Gelukkig weet Kenny, de gitarist van onze band, aardig wat van geluidsinstallaties dus met zijn hulp konden we toch al het benodigde opzetten.

Het podium zag er niet uit; we hadden met z'n vieren 10 instrumenten bij ons, die allemaal voor het grijpen moesten liggen. Om 8.15 stonden we klaar om te beginnen. Echter, er was vrijwel geen publiek. De organisatie van het festival was niet al te goed verlopen en men wist niet dat een band voor de ceilidh aan zou spelen. We besloten daarom van onze setlist af te wijken en te beginnen met een geimproviseerde set deunen. Op die manier kregen we toch een man of dertig binnen. Vervolgens begonnen we onze set. We speelden 45 minuten en het publiek leek het erg te waarderen. Niet gek voor een eerste keer! Het optreden verliep stukken beter dan wij hadden verwacht en het gaf ons allemaal veel inspiratie.

Tijdens de aanstluitende ceilidh kwam een man naar me toe die vroeg wanneer wij weer op zouden komen. Toen ik uitlegde dat onze set erop zat gaf hij toe de voorkeur te geven aan ons, ten nadele van de ceilidhband. De ceilidh was ook al niet druk bezocht, en het gevolg was dat Andrew en ik vrijwel de enigen waren die de traditionele Schotse dansen kenden. (Fiona en Kenny waren alweer richting Glasgow vertrokken.) Het was dus aan ons om de aanwezigen op de dansvloer te krijgen en hen de dansen te leren. Een vreemde gewaarwording als je nagaat dat ik Nederlands ben, en Andrew Engels...

Ondanks het lage bezoekersaantal hadden we een ontzettend leuke avond. Het eindigde in een huis van een kennis - waar we met een glas whiskey in de hand de succesvolle avond afsloten.

De volgende morgen bij het ontbijt kreeg ik een tekstbericht van Fiona, onze andere violist. Ze had inmiddels twee nieuwe data voor onze band. Op 8 juli spelen we in de Irvine Folkclub en in augustus zijn we onderdeel van een activiteit van de Glasgow Fiddle Workshop. Wauw, wat een enkel optreden al niet kan veranderen. Afgelopen vrijdag speelden we onder de naam 'East or West', maar we zijn het er eigenlijk nog steeds niet over eens of dit nu echt de perfecte naam is. Mogelijk dat we dat dus nog veranderen. Het belangrijkste is echter dat onze band nu echt 'up and running' is, met meer optredens in het vooruitzicht.


Aflevering 19 d.d. 22 08 2003

Geblesseerd

En toen was er voor mij die fatale nacht.
Het begon al toen Andrew en ik de sessie in de White Hart startten. De afgelopen weken hadden we soms wel 15 muzikanten, dus ik zei tegen Andrew dat ik het niet erg zou vinden als het vanavond iets rustiger zou zijn.

Dat had ik niet moeten zeggen... We hebben de sessie geheel met z'n tweeën gedaan. Geen enkele andere muzikant kwam opdagen. Dat was uitzonderlijk; de White Hart is normaal altijd heel druk. Toch hadden we een goede sessie en gingen achteraf zelfs nog naar Sandy Bells, de folkpub om de hoek.

Als echte Nederlander fiets ik altijd overal waar ik heen ga. Iedereen kijkt me altijd vreemd aan, vooral als ik verschijn met mijn gitaar op mijn rug en bodhran aan het stuur. Edinburgh ligt in de heuvels dus het is niet al te makkelijk om daarmee door de stad te fietsen.

Die maandagnacht fietste ik net als altijd naar huis. Mijn route gaat door Holyrood Park, een park met daarin de beroemde rots Arthur's Seat. Het park heeft geen verlichting en is dus erg donker. Ik werd dan ook kwaad toen een auto me tegemoet kwam met groot licht, en het niet dimde. Ik werd totaal verblind en als gevolg vloog ik met fiets en al over de kop en belandde op de stoep.

De automobilist stopte niet. Ik was vooral erg bang dat mijn instrumenten waren beschadigd. Over mezelf maakte ik me niet zo druk - dat zou wel loslopen. De volgende dag belandde ik echter toch in het ziekenhuis met een hand die open lag, een duim die ik niet kon bewegen en knieën die het ook al niet deden. De schade bleek mee te vallen. Mijn knieën waren gewoon blauw en m'n duim was gekneusd, niet gebroken. De wonden op m'n hand zagen er minder goed uit maar de doktoren hebben het goed kunnen schoonmaken en verbinden. Ik kreeg ook een spalk mee voor m'n pols en duim.

Zowel mijn gitaar als bodhran zijn onbeschadigd. Het ongeluk had echter wel tot gevolg dat ik drie weken geen gitaar kon spelen, en dus geen sessies kon leiden. Gelukkig ken ik inmiddels heel wat muzikanten in Edinburgh die me kunnen vervangen als ik er niet ben, maar leuk is natuurlijk anders.

Inmiddels heb ik al weer op een sessie gespeeld. Kenny, de gitarist van mijn band, was aanwezig om me te helpen met de gitaarbegeleiding. Daardoor hoefde ik niet de hele avond achtereen te spelen.

Het gaat weer iets beter, maar voordat ik m'n hand weer volledig kan gebruiken moet ik waarschijnlijk nog wel een paar weken wachten. Zo zie je maar weer hoe belangrijk een hand eigenlijk is als je als muzikant werkt. Op 27 augustus heeft onze band weer een optreden. Hopelijk ben ik er dan weer helemaal bovenop.


Aflevering 20 d.d. 13 10 2003

Roerend afscheid van Ian Grant

Woensdag 1 oktober was een treurige dag. Op die dag vond de crematie plaats van Ian Grant, een mondharmonicaspeler die bekend was bij vrijwel iedere muzikant in Edinburgh. Mijn vriend Ewan en ik hoorden van het overlijden toen we samen in Londen zaten. We zijn erg geschrokken. Ian was weliswaar 76 jaar, maar hij had zeker nog tien jaar langer kunnen leven. De zondag voor zijn overlijden speelde hij zoals altijd nog in Sandy Bells en dronk er zijn geliefde whiskey.

Zowel Ewan als ik speelden regelmatig mee op Ian's sessie. Deze stond bekend als een van de vriendelijkste sessies in de stad. De muziek was altijd erg traditioneel en als je iets over een deun wilde weten dan was Ian de man om mee te praten. Hij was een wandelende encyclopedie op het gebied van Schotse folk.

Bij de crematie op woensdag was de kerk gevuld met mensen van alle leeftijden. De manager en barstaf van Sandy Bells zaten er, plus natuurlijk vele muzikanten en familie. Het bloemstuk op de grafkist had de vorm van een mondharmonica: toepasselijker kan niet.

Het feit dat zelfs leden van de Battlefield Band en Boys of the Lough aanwezig waren zegt veel over de status van Ian. Iedereen treurde. Na afloop van de crematie vertrokken we naar een hotel dichtbij. Niet voor een kop koffie, maar uiteraard voor een 'pint and dram'. Een pint werd al gauw twee en voordat we het wisten bevonden we ons in Sandy Bells. Dat leek nu eenmaal gepast.

Instrumenten werden tevoorschijn gehaald en een sessie ter ere van Ian vond plaats. Violist Tam had een lied geschreven nadat hij van het overlijden had gehoord - en daarmee kreeg hij nog heel wat tranen los. Ian's plek op de sessiebank is de hele avond leeg gebleven. Nu denken we erover om hem een herdenkingsplaat te geven, want zoals Ewan al opmerkte, met de dood van Ian is een generatie verdwenen.


Aflevering 21 d.d. 12 11 2003

Een Schotse bruiloft

Ik heb mijn eerste Schotse bruiloft meegemaakt. En wat een ervaring! Kenny, de gitarist van mijn band, stapte in het huwelijksbootje met Eilidh - zijn vioolspelende vriendin. Ze hebben mekaar bij een folksessie ontmoet en besloten daarom ook traditionele muziek een rol te laten spelen op de bruiloft. Andrew, Fiona en ik werden gevraagd om tijdens de huwelijksceremonie de hymnes te begeleiden. Dat is even wat anders dan de Schotse muziek die we normaal spelen. Andrew liet ons allen nog even in spanning door vijf minuten voor de start van de ceremonie binnen te komen; hij had in de file gestaan... De ceremonie vond plaats in het Huntingtower Hotel bij Perth, centraal Schotland. De hymnes gingen ondanks mijn zenuwen goed en toen ik tijdens het tekenen van de huwelijksacte Queen of Argyll zong kregen we zelfs applaus.

Tijdens de fotosessie nodigde de Rev. Ian ons uit om op zijn hotelkamer een kop thee te drinken. Hij blijkt zelf ook een violist te zijn - geen wonder dat Eilidh en Kenny hem hebben gevraagd om hen te trouwen.

Vlak voor het diner had ik de kans om Kenny even voor de band te 'lenen'. Dankzij de bruiloft was iedereen heel netjes gekleed en dat wilde ik toch wel vastleggen. Het zou een goede cd-hoes kunnen zijn.

Zelf draag ik nooit een jurk, maar op de bruiloft wel. Fiona draagt nooit rokken, maar op de bruiloft wel. Kenny draagt nooit een kilt, maar op de bruiloft wel. En Andrew? Die was in pak, iets dat ook niet vaak voorkomt. De Rev. Ian en mijn vriend Ewan (allebei trouwens ook in kilt) namen de foto's, op de enorme trap in de gang. Nu maar hopen dat ze mooi zijn geworden.

's Avonds vond een ceilidh plaats met de band Teannaich. De leden van die band sluiten vaak bij de sessie op maandagavond aan dus dat waren oude bekenden voor ons. Hun muziek is traditoneel Schots, maar met een moderne 'beat' en gespeeld op elektrische instrumenten. Voor de oudere gasten was het een kleine schok, maar al snel kreeg de band iedereen op de dansvloer. Bij Schotse bruiloften hoef je niets van stijldansen te weten; als je maar kunt ceilidhdansen is alles goed.

De hele avond was het groot feest, en als gevolg weet ik niet meer hoe we die nacht in ons hotel zijn beland. Wat ik me wel herinner dat het een bijzondere dag is geweest: iets dat ik voor geen goud had willen missen.


Aflevering 22 d.d. 08 12 2003

Met schorre stem P Stands for Paddy...

Twee optredens in 8 dagen - en wat een verschil. Vorige week was onze band Rallion hoofdact in de Irvine Folkclub. Het was onze eerste optreden als hoofdact dus de zenuwen waren wel aanwezig. De in Schotland zeer bekende folkband Fine Friday had slechts 9 mensen in hun publiek toen zij in Irvine speelden, dus we vreesden het ergste.

Dat bleek niet nodig te zijn. De zaal was goed gevuld met zo'n 30 mensen in het publiek. Blijkbaar had een aantal mensen ons in augustus gezien, toen we als voorprogramma in dezelfde folkclub speelden. We hadden een ontzettend leuke avond. Je te realiseren dat iedereen in het publiek daadwerkelijk voor jouw muziek aanwezig is, is geweldig. Het is ook te merken aan hun reacties; ze klappen en zingen volop mee. Aan het eind van de avond (en twee toegiften later) liet de organisatie weten dat ze ons graag opnieuw boeken. Altijd goed natuurlijk.

Gisteren hadden we opnieuw een optreden. Dit keer als voorprogramma. Je zou zeggen dat dat dus minder belangrijk is, maar in dit geval was het tegengestelde waar. We waren voorprogramma voor Back of the Moon in de Star Folkclub in Glasgow - een van de grootste folkclubs in Schotland. We wisten dat een relatief groot deel van het publiek belangrijke mensen in de folkindustrie zouden zijn. Een optreden dus waarbij ik een zere keel niet kan gebruiken.

Je raadt het al; ik heb woensdagnacht niet geslapen doordat ik aan een stuk hoestte. De volgende ochtend kon ik nauwelijks praten, dus zingen ging al helemaal niet. Thee met honing, lemsip, niets kon me helpen. Maar het optreden afzeggen kon ook niet. Met moeite sleepte ik me in de auto, op naar Glasgow. Daar hebben we met z'n vieren een nood-setlijst in elkaar gezet; meer tunes, minder songs. We zouden in ieder geval een lied doen, en daarna kijken of ik nog kracht had een tweede lied te zingen.

Uiteindlijk hebben we drie sets en twee liedjes gespeeld. Naar mijn mening ging het totaal niet goed. Vanmorgen kreeg ik echter een e-mail van de gitarist van onze band. Ik was direct na ons optreden weggegaan, maar de rest van de band was gebleven. Na het optreden van Back of the Moon was de organisator van de folkclub naar Kenny toegekomen: of we in juni terug kunnen komen - als hoofdact.

Zo zie je maar weer, zelfs met een schorre stem en onder de koorts kun je toch nog dingen bereiken. Ik waardeer het dat de folkclub door mijn magere optreden heeft door kunnen kijken. Volgend jaar zullen ze zien tot waar we echt toe in staat zijn. Blijkbaar was Back of the Moon onder de indruk van ons optreden, en de bodhranspeler van Deaf Shepherd vond mijn schorre stem erg goed passen in onze versie van 'P Stands for Paddy'...


Aflevering 23 d.d. 23 01 2004

Wat zullen we drinken...

Een nieuw jaar, nieuwe projecten. Tijdens mijn vakantie in Marokko kreeg violist Andrew in de gaten dat er iets mis was in de Enseign Ewart - de pub waar we iedere zaterdag spelen. Ze hadden niet genoeg geld om ons te betalen, en ook de hoeveelheid gratis drank moest worden verminderd. "Maak je niet druk, we praten wel met Marieke wanneer ze terug is," zei de landlady. Ik hoorde echter niets.

Gisteravond hadden we zoals vanouds een sessie. Het ging erg goed en ik kreeg nog de slappe lach toen een groep Nederlanders om een Nederlands lied vroeg. Uiteraard dachten zij dat we dat niet zouden kunnen, en waren erg verbaasd toen ik in 'Wat zullen we drinken' uitbarstte. Altijd oppassen wat je zegt in het buitenland, er is een kans dat men je verstaat!

Aan het eind van de succesvolle sessie kwam de landlady naar me toe. Ze betaalde ons en liet ons vervolgens weten dat, 'by the way', dit onze laatste sessie is geweest. De pub heeft besloten geen live muziek meer op vrijdag en zaterdag te promoten. Slechts de zondag staat nog open voor muzikanten. Gelukkig had Andrew me al gewaarschuwd. Op die manier kwam het niet helemaal onverwachts. Toch vind ik dat ze ons op z'n minst eerder hadden kunnen waarschuwen. Nu moet ik op zoek naar nieuwe sessies, want zonder het wekelijks inkomen op zaterdag kan ik m'n huur niet betalen.

Mogelijk openen nieuwe deuren zich, dus op dit moment zie ik het alleen maar als een positief iets: ik heb de weekenden weer tot mezelf. In de White Hart vindt de sessie nog steeds plaats. Onlangs kreeg ik een e-mail van een vriend van me. Het waren notulen van een vergadering van de Traditional Music and Song Association. Er werd gesproken van een nieuwe locatie voor hun vergaderingen en de sessie achteraf op maandagen. Als optie werd de White Hart Inn genoemd. Blijkbaar krijgt onze sessie naam.

Afgelopen maandag kwam een vertegenwoordiger van de TMSA naar me toe en vroeg of ik er problemen mee zou hebben wanneer zij een keer per maand met de sessie mee zouden doen. Uiteraard heb ik daar geen bezwaar tegen, mits ze niet met tientallen tegelijk aan komen zetten. De White Hart krijgt dus heel wat reclame.

Onze sessie was het eerste dat op muziekgebied in deze pub (onder nieuw management) plaatsvond en inmiddels is er live muziek van zondag t/m donderdag. Helaas betaalt de pub haar muzikanten niet al te best, maar met de TMSA die nu ook langskomt hoop ik dat de manager overstag gaat en ons meer gaat betalen. Tot die tijd zijn wij toch iedere maandag in de pub - want uiteindelijk draait het maar om een ding: muziek.


Aflevering 24 d.d. 18 02 2004

Nieuwe uitdagingen lijken zich aan te bieden

Sinds vier weken volg ik een lay-out cursus in Glasgow. Dat valt op een woensdag, en toevallig vindt dan ook een sessie plaats die geleid word door Fiona en Kenny - allebei lid van mijn band. Normaal gesproken zou ik voor een sessie niet helemaal naar Glasgow rijden, maar omdat ik er toch al was besloot ik vorige week eens een kijkje te nemen.

Door de vroege afloop van mijn cursus was ik te vroeg in de pub. Een jong uitziende violist was ook al in de pub. Toen ik op hem afstapte bleek hij er ook voor het eerst te zijn. Fiona is een vriendin van hem en toen ik vertelde dat ik bij haar in de band zit wist hij meteen wie ik was. We besloten alvast een set te spelen, alhoewel er nog geen andere muzikanten waren.

Ruaridh, zoals de violist heette, startte met een set deunen. Begeleiden was moeilijk, want hij ging van de ene vreemde toonsoort over in de andere. Gelukkig kwam Kenny tijdens de set binnen. Hij is een betere gitarist en nam het dus van mij over. Ik kon me over de bodhran ontfermen.

Al gauw kwam de rest van de Glasgow Fiddle Workshop binnen. Ze hadden les gehad en wilden nu ontspannen wat deunen spelen. Een van de organisatoren kwam op mij af met een vraag. Kon ik aanstaande maandag de zanglessen overnemen? De reguliere lerares zou er niet zijn.

Tsjonge - dat is nogal wat. Een Nederlands iemand, woonachtig in Edinburgh, vragen om in Glasgow les te geven. Blijkbaar was mijn naam op een vergadering genoemd. Via Rallion waren mijn zangcapaciteiten opgevallen en ze dachten dat ik de Schotten wel kon leren hoe je een Schots tradtitioneel lied zingt. Ik was erg gevleid maar moest helaas nee zeggen. Ik had al andere plannen voor maandag. Ik sta nu echter op hun lijst met mogelijke docenten, dus wie weet kom ik in de toekomst nog eens in Glasgow lesgeven.
De sessie ging nog even door, maar om een uur of elf verliet ik de pub. Ik moest nog terug naar Edinburgh en wilde m'n ogen tijdens het rijden wel openhouden.

De volgende dag kreeg ik een telefoontje van Kenny. Of ik op vrijdag 26 maart kan optreden met Rallion. Dat is de dag nadat we als hoofdact in The Star Folkclub in Glasgow spelen. Wow, het gaat goed. Ik mag dan wel m'n zaterdag sessie verloren hebben, nieuwe uitdagingen lijken zich aan te bieden.


Aflevering 25 d.d. 24 03 2004

Met 500 cd's naar Nederland en België

De afgelopen maand ben ik erg druk geweest met het voorbereiden van een tournee die in april plaatsvindt. Andrew en ik komen dan naar Nederland en België met een serie optredens. Voor optredens heb je posters nodig, dus kozen we een zondag om foto's te laten maken. Die dag sloegen we twee vliegen in een klap: promotie materiaal voor Dithis (zoals Andrew en ik ons duo noemen) en Rallion. Voor de gelegenheid kwamen namelijk ook Kenny en Fiona naar Edinburgh.

De eerste helft van de fotoshoot vond binnen plaats, in een nog gesloten White Hart Inn. De rest van de foto's namen we buiten, in de oude stad. Bij de stadsmuur besloten we een foto te maken met onze instrumenten erbij. Ik haalde m'n gitaar te voorschijn en hing hem rond mijn nek. Op dat moment kreeg ik de schrik van mijn leven: de gitaarband knapte en de gitaar kletterde op de stenen ondergrond. Het hout beschadigde op twee plaatsen en een van de stemknoppen brak af, maar de gitaar was nog wel in een stuk.

Ongeluk of niet, de foto's moesten wel genomen worden. We poseerden daarom op zo'n manier dat je de beschadiging aan mijn gitaar niet kon zien. En geloof het of niet; van meer dan 150 foto's is uiteindelijk de foto die direct na de val genomen is gebruikt voor promotie... Ik kreeg het nog steeds voor mekaar om naar de camera te lachen!

Gelukkig viel de schade achteraf mee. Een beetje lak over de houtbeschadiging en een nieuwe stemknop was alles wat ik nodig had om de gitaar weer goed te laten klinken. Ik kreeg m'n gitaar terug een dag voor onze cd-opnames. Die zijn inmiddels achter de rug en Andrew en ik kunnen uitzien naar 500 cd's die de dag voor ons vertrek naar Nederland bezorgd zullen worden. De producent heeft voor een streepjescode gezorgd, zodat we, ondanks het feit dat we de cd in eigen beheer uitgeven, de cd ook in winkels kunnen verkopen. Ik ben benieuwd wat de publieke reactie zal zijn!


Aflevering 26 d.d. 29 05 2004

Goede herinnering aan Borsbeek

We zijn nu al weer een paar weken terug in Schotland, en nu pas vind ik de tijd om een column over onze tournee te schrijven. Beter laat dan nooit! Andrew en ik hebben 2,5 week door Nederland en Belgie gereisd, ieder weekend gevuld met optredens. Het is vreemd om onze muziek voor een Nederlands/Belgisch publiek te spelen. We zijn gewend aan de toeristen in de pub, of folkliefhebbers in de folkclubs, maar dit is toch anders. Anders - maar leuk.

In mijn ogen is de tournee zeker een succes geweest. We wilden onze muziek verspreiden, en ik denk zeker dat dat gelukt is. De optredens waren erg verschillend, maar allemaal bijzonder. Wat ons vooral opviel is de gastvrijheid van iedereen. We hebben geen enkele keer een hotel hoeven boeken, want bij ieder podium was iemand wel bereid om ons een slaapplaats aan te bieden. Een tournee kost veel geld, maar dankzij al die lieve mensen hebben we toch quitte kunnen draaien.

Ons optreden in Espiral in Borsbeek (België) bracht ons het dichtst bij huis. De pub was zowaar een folkpub, met een publiek dat speciaal voor de muziek binnenkwam. Dat lijkt erg op wat we in Schotland veel zien, en dat beviel ons natuurlijk zeker. Het concert was intiem, en erg gezellig. Velen bleven nog tot diep in de nacht in de kroeg, genietend van goede muziek en natuurlijk het Belgische bier.

Het optreden in Espiral sprong er voor ons uit, maar we hadden ook plezier bij ieder ander concert. Dankzij alle mensen die ons tijdens de tournee geholpen hebben denken we er nu over om terug te komen. Dan mogelijk met onze band Rallion - reizen met vier personen moet ook mogelijk zijn. Bij deze wil ik graag iedereen bedanken die ons geboekt heeft, is komen luisteren en ons gastvrijheid heeft aangeboden. De tournee was een succes en we hopen dan ook zeker terug te komen.