Crossing Border wil verassende combinaties van kunstvormen en stijlen brengen. Wat contrasten betreft, was de programmering van Sinead O'Connor met haar Kingston-cowboys een schot in de roos. Aldus journalist Peter Bruyn in dagblad BN/De Stem, na het concert dat O'Connor woensdagavond gaf met de band van het vermaarde reggaeduo Sly & Robbie in het uitverkochte Haagse Theater aan het Spui bij de opening van het Crossing Border festival.
Hier enkele passages uit de recensie in BN/De Stem:
...De frêle Ierse zangeres die in alle interviews het spirituele en het vrouwelijke propageert, versus de Jamaicaanse macho's die ogen als uitsmijters bij een nachtclub die door zware jongens wordt gefrequenteerd. Toch had O'Connor deze musici uitgekozen om haar onlangs verschenen album met rastasongs, ‘Throw down your Arms', mee op te nemen....
... De achtkoppige band van meesterdrummer Sly Dunbar en turbobassist Robbie Shakespeare, die voordat de zangeres op het podium verschijnt al zo'n drie kwartier mag excelleren in loeistrakke beats en bulderende dub, straalt echter weinig spiritueels uit. Het is pure instrumentale krachtpatserij wat deze mannen demonstreren. En dan komt opeens O'Connor het podium op, in een lang gewaad met gebedsshawl als een soort rasta-elfje. En met die stem die nog altijd een wolkbreuk kan veroorzaken, brengt ze samen met de band het repertoire van haar album - vrijwel integraal - als pure partyreggae. Alleen in Spears ‘Jah Nuh Dead' en Lee Perry's popliedje ‘Curly Locks' wordt er even gas teruggenomen. Dan klinkt iets door van de ‘etherische' O'Connor die we van haar vroegste hits ‘Troy' en ‘Mandinka' kennen....