-door Jeroen van Zuylen-
De tiende aflevering van het Boombalfestival kreeg wat het al lang verdiende: veel publiek (ruim 8000 bezoekers) en fantastisch weer. Daar deed een nachtelijke hoosbui niets aan af. Met name op zondag liep het compacte, gezellig ingerichte terrein vol met gezinnetjes en héél veel kinderen. Geen wonder: op het hoofdpodium niemand minder dan Kapitein Winokio en in zijn kielzog de gezellige grapjas Urbanus voor de pappa’s en mamma’s.
Het tekent de aanpak van organisatoren Lieven en Frederic Claeys die wars zijn van hokjesdenken en ons-kent-ons-sfeertjes. Lieven: ‘Boombal is niet alleen vega en lange rokken, maar ook prima vlees uit de streek, een uitje voor de hele familie’. En dus is ook de programmering niet éénkennig: van Bluegrass tot Solidatiteitskoren (met een prachtige uitvoering van Walter de Buck’s ‘k Zou zo gere willen leven) en van kinderanimatie tot een nachtelijke dj in bizarre sexy outfit.
Toch worden deze zaken er enigszins met de haren bijgesleept. Want het Boombalfestival is en blijft bovenal hét balfolkfestijn van de lage landen, met twee ruime Danstempels waar de ganse dag tot diep in de nacht de andro’s, chapeloises en bourrées elkaar afwisselen.
Als één ding duidelijk werd dit jaar, dan is het dat de meest wonderlijke combinaties een balfolkconcert tot een succes kunnen maken. Wat te denken van hoorn en accordeon bij Les frères d’Eeckère? Of de melodieuze zang en de rauwe elektrisch gitaar bij Tukki Bukki? De ultieme cross-over van dit festival kwam uit Bretagne: het Beat Bouet Trio stak haar balfolk in een jasje van urbane hiphop, compleet met human beat box en antifascistische rap. Waarmee maar weer eens is bewezen dat (bal)folk volop in beweging is en zichzelf voortdurend verandert. Dat lieten ook de Franse oude rotten in het vak Stéphane Milleret en Jeremie Mignotte (o.m. Djal) horen met hun avontuurlijk samenspel. Terwijl meesterfluitist Mignotte al improviserend de grenzen van het universum opzocht, mocht Milleret op te trekzak proberen de herkenbaarheid van de dans nog enigszins te waarborgen.
Het waren sowieso de duo’s die de toon zetten dit weekend. Het Vlaams-Estse koppel Estbel (Hartwin Dhoore en Leana Vapper) deed het prima, de Franse virtuoze dames van Les Zéoles op accordeon stegen naar zeldzame hoogten en naar verluidt vloeiden er weer mooie mazurka’s uit de instrumenten bij Naragonia. ‘Naar verluidt’, want bij het aanschouwen van de uitpuilende tent brak het zweet me al uit en besloot ik een omelet ‘met groentjes’ te gaan eten (sorry Toon en Pascale!).
Gelukkig teerde ik nog op het fraaie optreden van het meest verrassende duo dit weekend: Tukki Bukki. Warm en melancholisch klonk de stem van de Senegalese zanger Adama Diop die werd begeleid door de scheurende en hartverscheurende elektrische gitaar van JL Cayzac: het eerste kippevelmoment. Er zouden er meer volgen, vooral diep in de nacht en na een paar pintjes… die prachtige, ingetogen wals in 5 van Le Manège om een uur of 3 ’s nachts wás zo’n moment.
Ook in het steviger segment viel er veel te genieten. Bert Leemans’ Triple X stond weer garant voor een aantal stampende Bretonse krakers en de aanstekelijke, rete-strakke ritmes van Zigo lieten niemand onberoerd. Zelfs de meest vastgegroeide muurbloempjes werden door Pablo Golder en de zijnen de dansvloer op getrokken.
Helaas kon ik niet alle optredens bijwonen. Op zondag hadden wij, de leden van de facebook-groep ‘Ik heet Jeroen en ik houd van folk’ namelijk een belangrijke meeting, met fotosessie en al…
De meningen zijn verdeeld over Lost Highway, ik weet het. De één begint te hyperventileren, een ander ondergaat een nervous breakdown, maar ik vond het fantastisch. En velen met mij. Opzwepend en stuwend brachten Stijn van Beek (uilleann pipes) en zijn mannen elk nummer in no time tot een climax. Soms wat over de top, dan weer trance-opwekkend. De groep maakte zijn live-reputatie in elk geval meer dan waar.
Het optreden van de nieuwe supergroep Novar (van Mierlo, Geerinck, Nouat en Claranbaux) voltrok zich in een heuse U-bocht. Sommige nummers waren wondermooi, waarvan één met een fabelachtige solo van draailierspeler Thierry Nouat. Maar andere uitvoeringen liepen voor geen meter. Dus: nog even oefenen jongens!
Evenals elk jaar zien we muzikanten in meerdere bands opduiken. Maar accordeonist Aurélien Claranbaux spant toch echt de kroon. Voor mijn gevoel heeft hij bij zowat elk optreden meegespeeld. Ik zal het eens navragen bij de organisatie... Klassemuzikant trouwens.
Een hele grote fles champagne, dat was het cadeautje dat Gérard Godon namens Parasol aan organisator Lieven Claeys overhandigde. Als dank voor het unieke feit dat de Franse groep alle afleveringen van het Boombalfestival van de partij mocht zijn.
Niet alleen Boombal was jarig, ook Laïs vierde feest. Het optreden op het buitenpodium stond in het teken van ’20 jaar Laïs’. In de klassiekers Le renard et la belette en ’t Smidje klonken de dames nog even fris en enthousiast als vanouds. Maar ook een prachtuitvoering van Fairport’s Matty Groves kreeg veel bijval.
In 10 jaar tijd is Boombal uitgegroeid tot een zeer internationaal festival. Het aantal verkochte weekendkaarten geeft een aardig beeld. Net iets meer dan de helft (55%) komt uit België. Dan in volgorde: Fransen, Nederlanders, Duitsers (sterk in opkomst), Italianen, Portugezen, Spanjaarden, Zwitsers etc.
Tien jaar Boombalfestival, met een droomeditie als jubileum. Het is niet altijd gemakkelijk geweest. Zonder subsidies leven en toch zeer betaalbare prijzen blijven hanteren, het is nobel maar hachelijk. Het festival laat zien dat het kan. Aan Lieven Claeys zal het niet liggen.
Boombalfestival, Lovendegem 27 - 30 augustus '15