-door Mirjam Adriaans, foto’s Ronald Rietman-
Echte uitschieters waren er niet deze zaterdag op Parkfest, wel heel fijne optredens van de Garre van Kornee, de Verenigde Volksmuzikanten en Pan de Capazo. Enige echte spelbreker van de dag was de regen, die begon met een stortbui en daarna maar niet echt weg wilde trekken.
De dag begint nog zonnig en de lokale Feliciano’s zetten hun beste beentje voor met lekkere bluegrassnummers als Tell It To Me of Raise A Ruckus (allebei bekend van de Old Crow Medicine Show) die worden afgewisseld met covers van bekende folkbands als Spandau Ballet of Duran Duran. Ze gooien er nog een fijn gospeltje tussendoor en u begrijpt, deze mannen zijn er om het publiek een goed gevoel te geven en dat doen ze met veel plezier. Helaas komt er tegen het einde van de set een stortbui die bezoekers doet vluchten naar plekken onder parasols of in tenten.
Dan mag de Garre van Kornee uit België in de grote tent proberen het publiek te overtuigen en dat doen ze met fijne covers en vrolijke traditionals, die telkens dansbaar blijken te zijn. Een stel begint en aarzelend komen er wat meer voetjes van de vloer en dat maakt dit optreden eenvoudig compleet. Zangeres Mariken Boussemaere heeft een wel heel fijne stem, waarmee ze net zo soepel I Know My Love (van The Corrs) zingt als een mooie variant van If I Were A Blackbird (Silly Wizard). In Nederland past natuurlijk een ode aan Fungus, De Ruiter wordt enthousiast ontvangen. Richard Thompson nam het nummer een aantal jaren geleden ook al op en in de uitvoering van De Garre met maar liefst twee doedelzakken blijkt dat Britney Spears met Oops I Did It Again gewoon een folkhit heeft geschreven. De groep maakt helaas geen gebruik van de anderhalf uur die in het programma staan, na een goed uur komt er nog wel een toegift in de vorm van een Franstalige seashanty, het publiek mag met een ritmische oe-ah meehelpen het schip van wal te trekken.
Ze waren al een paar keer ingevallen na een afzegging op het laatste moment, op Folkwoods en vorig jaar ook op Parkfest, dus verdienden de Verenigde Volksmuzikanten een plekje op het festival. Hun naam? “Die vonden we allemaal oubollig, dus die hebben we gekozen” zo legt zanger Luc Plompen uit aan het begin van de set. Dit keer zijn ze met zes man sterk, David Cornelissen weet zijn weg op snaren en fluitjes, Gregor Swinkels op gitaar, Roeland Uijtdewilligen verzorgt de percussie (net als Plompen voormalig lid van Wè-nun Henk), Sander van der Schaaf is een sterke extra gitarist en Martijn Moedars vult aan op accordeon. Vooraf hebben ze de weergoden verzocht om hun optreden op podium 3 dat onder de bomen buiten staat droog te houden, Cornelissen laat weten dat hij een goed lijntje heeft met daarboven en warempel, er valt slechts een enkele druppel tijdens hun set. Plompen overtuigt met zijn krachtige zang in onder meer Raad Voor Een Kale Beurs en het heerlijke meerstemmige Bitter Zeemanslied, dat ook nog eens een goede meezinger is. Mijn favoriet is het door David, Luc en Gregor a capella gezongen Schoon Lief.
Vervolgens lijken de weergoden een vloek te hebben uitgesproken over Parkfest, want de regen laat maar niet af. Het publiek hult zich maar in warme kleding en regenponcho’s of danst zich warm. Bijvoorbeeld bij Triple-X dat in de baltent een goede klik heeft met de dansers en laveert van uiterst subtiel met een enkele accordeontoon tot ronduit uitbundig met alle registers open.
Maar ook Pan de Capazo trekt heel wat bezoekers de vloer op om lekker los te gaan op de aanstekelijke klanken van de groep die onder het motto muziek, vrienden en de reis onder meer werk spelen van hun jongste cd Sea. In de Spaanse klanken zijn invloeden uit Hongaarse muziek en klezmer te horen naast diverse exotische instrumenten zoals de gardon (een soort cello waar met een houten stok op geslagen wordt) of de alboka (een Baskisch houten blaasinstrument dat lijkt op een hoorn met een scherp geluid). Daarnaast doen ze aan niet bepaald alledaagse combinaties, zoals draailier en sax. En telkens weer komen ze terug bij het centrale thema vrienden en muziek, maar eigenlijk, zo zeggen ze zelf, draait het gewoon om instrumenten en sex. Hoe dan ook, een vrolijk gevoel krijg je wel van deze mannen die een bijzonder plezierige set neer weten te zetten waar je vanzelf warm van wordt.
Aesun mag nog op podium 3 spelen, maar trekt door het weer nauwelijks luisteraars, terwijl Raquel Gigot en Arnaud Degimbe ondanks een vrij lege baltent toch nog weten te sprankelen met wulpse klanken op cabrette en accordeon. Snel en speels voetenwerk lijkt een kenmerk van dit Bal Auvergnat.
De bartent staat vol mensen en herbergt nog een fijne sessie met klassiekers als Dirty Old Town of Drunken Sailor. Een stel Verenigde Volksmuzikanten zijn aangeschoven met nog wat muziekmaten om het gezellig te maken ondanks de regen. Wij keren huiswaarts, hopend op beter weer morgen.