div. art. - Boombal Vol 1 - home records, www.homerecords.be
Het Boombal is in België bezig met een onstuitbare opmars. Vijf jaar geleden begon Wim Claeys (Ambrozijn, GÖZE, Tref) in de Gentse Boomstraat een maandelijks bal om zijn trekzakleerlingen hun muziek voor een dansend publiek te laten spelen. Al gauw verhuisde dit Boombal naar De Centrale, waar het een gestage groei doormaakte. Tegenwoordig dansen daar iedere vierde dinsdag van de maand in twee zalen vele honderden (vooral jonge) dansers hun jigs, an-dro's, schottischen, bourrées, mazurka's, rondeaus, polka's, tovercirkels, laridés, hanter-dro's, walsjes en andere dansjes op live muziek van de fine fleur van de Belgische en internationale folkmusici. Ook zijn er regelmatig Boombals in Antwerpen, Brussel, Leuven, Dranouter, Gooik, Herk-de-Stad en wisselende plaatsen in Wallonië. En alsof dat nog niet genoeg is, komt deze zomer het Boombal ook naar Nederland.
Nu is er de cd Boombal Vol 1 met 16 uiterst dansbare nummers, voor het merendeel live opgenomen. Wie bij dansmuziek denkt aan de braaf gespeelde traditionele deuntjes die je op een `bal folk' nog wel eens hoort, komt op het Boombal, en dus ook op deze cd, bedrogen uit. Boombal vol 1 bevat veel eigentijdse composities, die weliswaar geÎnt zijn op traditionele melodielijnen, maar door stevige ondersteuning van bas, percussie of drums veel meer body krijgen. Door dit stevige fundament hebben de solisten meer ruimte voor allesbehalve traditionele partijen en is de muziek behoorlijk gevarieerd.
Het openingsnummer is een jig van GÖZE, die na een lange inleiding met een hoofdrol voor de doedelzak van Toon Van Mierlo, feestelijk losbarst. Hier vallen de diatonische accordeon (Wim Claeys), gitaar (Maarten Decombel) en vooral de percussie (Jo Zanders) op.
KV Express speelt een schottisch, met Oosters klinkend duet van sax (Pieter De Meester) en pandeiro (Jo Zanders), ondersteund door de drie (!) diatonische accordeons (Sophie Cavez, Anne Niepold en Didier Laloy). Hierdoorheen klinkt de viool van Dirk Naessens.
Bouquet Bloumé, een compisitie van de broeders De Meester, is een stevige bourrée van AedO, met mooi samenspelende doedelzak (Willem Petersborg) en sax (Pieter de Meester) op een basis van drum (Tom De Wulf) en bas (Tom Janssen) en gitaar (Jonas De Meester).
Na drie stampende nummers is het tijd voor wat rustigers: een spannende mazurka van Naragonia (Toon Van Mierlo en Pascalle Rubens) op twee diatonische accordeons.
CPDC was een bijzonder, en hopelijk niet eenmalig, samenwerkingsverband van de kern van GÖZE (Wim Claeys en Maarten Decombel) met de Franse grootheden Gilles Chabenat en Frédéric Paris. Ze spelen Ambrozijns Doedelyoudo van de cd Botsjeribo. Dit toch al stevige nummer krijgt door Chabenats draailier en Paris' doedelzak nog meer drive.
De Embrun-polka's hebben een Klezmer-sausje. Het strakke polkaritme wordt aangegeven door Bert Leemans' accordeon (de enige niet-diatonische op deze cd). Hierop doen Toon Van Mierlo (sax) en Harald Bauweraerts (draailier) hun respectievelijke dingen.
De hanter-dro van Fluxus krijgt zijn monotone ritme (links-rechts-links, rechts) door gebruik van bas en beatbox (Sam Van Ingelgem). De titel Hanterdrone is toepasselijk gekozen. Hierop spelen de saxofoons (Koen Garriau en Toon Van Mierlo) eeen gevarieerd duet.
Balbrozijn (=Ambrozijn met balrepertoire) speelt de schottischen Blufaminol / Go Mauve. Hier valt vooral het knappe samenspel van viool (Wouter Vandenabeele) en diatonische accordeon (Wim Claeys) op. Tom Theuns speelt zowel bas- als melodielijnen op gitaar.
Roses Jig van Magister verscheen eerder op Jong Folk Fars! en Magisters eigen titelloze EP. Jonas en Pieter de Meester openen op gitaar en saxofoon, later nemen bas (Sam Van Ingelgem) en percussie (Ludo Stichelmeyer) de rol van de gitaar over.
Kadril vierde dit jaar zijn dertigjarig bestaan, en ze laten op deze opname uit 1996 horen dat ze 10 jaar geleden, voor het Boombal bestond, ook al goede dansmuziek konden maken. La belle inconnue begint met draailier (Hans Quaghebeur), en wordt voorzien van een vette drumsolo (Pilippe Mobers), ze zijn ten slotte niet voor niets een folkrockband. De dansers moeten zelf maar even doortellen, want na de drumsolo gaat de bourrée verder.
Larry D, een laridé van het Franse Minuit Guibolles, begint met een apart basloopje - je waant je even op een dance event - aangevuld met percussie. Daaroverheen soleren later allerlei instrumenten, met als meest opvallende de steel drum.
Madingma speelt twee polka's. Qua intrumentarium, diatonisch accordeon (Diederik Timmermans) en doedelzak (Stefan Timmermans), hartstikke traditioneel, zonder bas of percussie, maar ze spelen met zo'n pit dat de oubolligheid geen kans krijgt.
Hierna is het opnieuw tijd voor wat rustigers. Anveld speelt een prachtige klassieke wals op piano (Maarten De Splenter), cello (Seraphine Stragier) en doedelzak (Inge Smedts); een aparte combinatie, die smaakt naar meer. Binnenkort zullen we aandacht besteden aan de eerste full-cd van deze West-Vlaaamse folkbalgroep, die vorig jaar al veel indruk maakte op Folkwoods met twee optredens.
Daarna is het weer stampen geblazen met Valhermeil van Folkkwadraat. Deze band, die zo veel grote namen uit de Vlaamse folk- en aanverwante scenes in zijn midden heeft, dat blijkbaar een hogere macht van folk nodig is om de lading te dekken, speelt een rockende rondeau, waarbij de maximum snelheid op de dansvloer regelmatig overtreden moet worden.
De an-dro, die dans met de pinken, komt uit Bretagne, en Follia laat zijn
Andro Decanq zeer Bretons klinken door maar liefst twee bombardes (Johan Decanq en Sammy Lee Daese) te gebruiken. De viool (Pieter Decanq) is helemaal niet Bretons, maar vormt een mooie afwisseling met en aanvulling op het schalmeigeschal.
De uiterst gepaste afsluiter is van Balla Vogala (de kern van Olla Vogala met dansbaar repertoire), aangekondigd door Wouter Vandenabeele als `Romantiek met Anne Niepold'. De wals op diatonische accordeon (Anne Niepold) gaat over in een heerlijk jazzy uitvoering van My favourite things op saxofoon (Marc De Maeseneer), met hierin een mooi contrast tussen de `laid back' muziek en het toch wel straffe tempo waarin de wals gespeeld wordt.
Boombal kijkt met deze cd terug op de eerste vijf jaar. In deze tijd heeft het niet alleen de Vlaamse jeugd aan het folkdansen gekregens, maar vooral veel goede folkgroepen dansmuziek laten spelen. Zij laten zien dat de balmuziek z'n traditionele wortels kan ontstijgen zonder ze te verloochenen, al zal de enkele bal-folkpurist die het boombal folk-disco noemt het hier wellicht niet mee eens zijn. Het Boombal mag dan als massaal dansgebeuren een soort van hedendaagse discotheek zijn geworden, muzikaal wordt er wél iets gezegd.
In de woorden van Mr. Boombal: Jeuj dansen! En voor wie dat niet wil of kan: luisteren mag ook, al zal het niet meevallen om stil te blijven zitten.
Ronald Rietman, waardering 9
Voor alles over het Boombal, zie www.boombal.be.