groef - des avonds in klein maneschijn
Groef  -  Des avonds in klein maneschijn - Appel rekords APR 1322  / www.groef.eu

Guy Roelofs is een niet weg te denken muzikant in onze vaderlandse folkscène. Decennia geleden speelde hij in de Iers georiënteerde groep Moira, maar in de loop der jaren raakte Roelofs meer en meer geïnteresseerd in  de Nederlandse traditionele muziek. Hij was in 2000 de initiator van het fraaie project rond spin- en weversliederen Cadans der getouwen, met o.a. Gerard van Maasakkers en de Belgische musici Anja van Reeth, Raquel Gigot en Rudy Velghe.
Aangezien het lastig is om deze namen bij elkaar te krijgen én te houden, richtte Guy Roelofs vervolgens Tjane op, een groep die zich op de traditionele Nederlandse ballades stortte. De opzet bleef gelijk: traditionele muziek in een hedendaags jasje. Door de repertoirekeuze en arrangementen blijkt Tjane vooral een groep die vooral een luisterend publiek weet aan te spreken. Maar Roelofs wil meer. Hij denkt aan een groep die interessant zou moeten zijn voor zowel een luisterpubliek als een danspubliek.
Tinus Kanters  springt mee in het diepe en boekt het project  op voorhand voor Folkwoods 2008. De repetities konden beginnen. Met een 13-koppige band onder de naam Groef betrad Roelofs het podium van Folkwoods. De reacties waren divers. Naast lof over het gedurfde initiatief was er ook kritiek, o.a. uit de danshoek. De arrangementen waren te vol, het tempo klopte bij veel dansen niet, etc...

Ruim anderhalf jaar later krijgt het project toch een vervolg met het verschijnen van de cd des avonds in klein maneschijn. Van de groep die op Folkwoods stond is maar een viertal overgebleven. Naast Guy Roelofs (bouzouki, nyckelharpa, viool, toetsen) zijn alleen Jenny van Diggelen (fluit, tinwhistle), Arjan van Tricht (toetsen) en Jiroh Matulessy (drums, percussie) op de cd te beluisteren. Nieuwe muzikanten zijn de Belgische Orion- muzikanten Raquel Gigot (trekharmonica) en Rudy Velghe (viool, nyckelharpa). Martin Vermeer (basgitaar) is afkomstig uit de countryrock en de wereld van de  singer-songwriters. Daarnaast zijn er drie nieuwe zangeressen aangetrokken: Kristien Segers, Evelien Smits en Nele Martens.
 
Ik kan genieten van des avonds in klein maneschijn, maar ben niet helemaal tevreden. In zijn toelichting geeft Guy Roelofs aan ‘graag vocale muziek te gebruiken voor deze dansen'. Desalniettemin bestaat de helft van het repertoire toch uit instrumentale stukken, terwijl een aantal liederen tevens is ingebed in verschillende instrumentale dansen. Onoverkomelijk is dat natuurlijk niet, maar ik had graag wat meer vocaal werk gehoord, daar het zangwerk van een uitstekende kwaliteit is. Liederen als Jan mijne man en vooral De zwarte ruiter smaken naar meer. De vergelijking met Laïs is snel gemaakt, maar de sterke zang in voorgenoemde nummers doet mij meer denken aan het Brabants Volksorkest op het album Rozenland. Instrumentaal is er een belangrijke rol voor de trekharmonica van Raquel Gigot en de viool van Rudy Velghe, ondersteund door de stuwende bouzouki van Guy Roelofs. Zonder de andere muzikanten te kort te willen doen, is dit drietal voor mij de instrumentale spil van de band. Luister maar eens naar het inventieve samenspel in een instrumentaal stuk als Wals in de woods.

Nee, mijn ongenoegen zit niet in het ‘folky' karakter van dit schijfje, daar is niets mis mee. Het zijn de samples, beats  en loops uit de computer die mij enigszins ergeren. In een poging om een soort moderne cross-over muziek te bewerkstelligen, blijft Roelofs  mijns inziens steken in goede bedoelingen. Hij blijft hinken op twee gedachten. Enerzijds wil Roelofs zijn muziek vernieuwen, anderzijds wil hij de trouwe folkies niet van zich vervreemden. Toch had in dit geval een echte dance-producer met een vette mix wonderen kunnen verrichten en een echt modern geluid kunnen creëren. Nu blijft het steken in goede bedoelingen en blijft er, ondanks alle goede bedoelingen, sprake van een folkplaat met een dun eigentijds jasje.  Om een jong publiek te interesseren voor de traditionele Nederlandse muziek, kan men spreken van een gemiste kans. Een verstokte folkie als ik hoor je echter niet klagen, want voor mij valt er genoeg te genieten op deze plaat.

Assie Aukes