Want heb jij dat ook dat je liever een mythe in stand houdt? Dat alles wat iemand zegt afbreuk doet aan dat waarom je ‘m aanbidt? Na afloop fiets ik naar huis met het beeld op mijn netvlies van een eenvoudige kleine Britse huisvrouw. Iemand die van zichzelf geen hoge dunk heeft, onzeker is, en denkt zichzelf belangrijker te maken door - net iets te vaak - zogenaamd terloops te laten merken in welke voorname kringen ze verkeert. In interviews vertelt ze graag dat Leonard Cohen een mening heeft over haar songs, dat Emmylou Harris haar goed vindt, dat ze met Tim Buckley een flat deelde, etc. Dat heeft een vrouw met zó'n stem toch niet nodig?!
Op het podium van het Eindhovense Muziekcentrum ‘recenseert' Linda de liedjes van anderen. Wat mij betreft doet ze dat té voorzichtig. Geen onvertogen woord. Soms komt ze met een behartenswaardige opmerking als: ‘je kunt niet schrijven als je niet leest', of ‘keep it simple' of ‘zoek eens andere structuren op, luister ook naar andere genres'. Maar bij de tips die ze geeft citeert ze liever andere grootheden - daar gaan we weer - dan dat ze vanuit haar eigen hart iets zegt. Is het verlegenheid, bescheidenheid, gebrek aan durf? Ik hou er een katerig gevoel aan over. Als medicijn zet ik de volgende ochtend meteen een album van haar op. Dat werkt heilzaam. Wat een prachtige stem heeft ze toch. Ze is een van de weinigen die droefheid écht tastbaar maakt.
***
Linda Thompson, de vrouw van...
Maar met die gigant uit de Britse folkscène was ze overigens slechts tien jaar getrouwd, van 1972 tot 1982. Een stuk of zeven elpees maakte ze toen met haar Richard, waaronder op 't eind het hoog gewaardeerde ‘echtscheidings-album' Shoot Out The Lights. Richard schreef alle songs.
Ik val pas helemaal voor Linda als ze vele jaren later, ze is dan al 54, haar eerste solo-album uitbrengt: Fashionably Late. Nu schrijft ze haar songs zelf. Ze zijn over het algemeen rustig en folky. Eind vorig jaar verscheen de opvolger Versatile Heart, zo mogelijk nog beter.
Tegen Frank de Munnik zei ze onlangs in een interview over haar solo-debuut: ‘Als ik nog met Richard zou zijn, dan had ik niets geschreven. Waarom zou ik? Richard schrijft briljant. Maar ik ben erg blij dat ik liedjes ben gaan schrijven. Ik kan nu naar Richards platen en die van mij luisteren, zonder te denken; die van mij is weer niets.'
***
In het Eindhovens Muziekcentrum wordt ze aangekondigd als de vrouw van Richard, de vriendin van Nick Drake, de vriendin van Sandy Denny, de moeder van Teddy Thompson. Altijd is het die ‘... van'. Maar, zo wordt er terecht aan toegevoegd, ‘wie haar laatste twee solo-cd's heeft gehoord moet beamen dat het hier echter ook gaat om een van de beste zangeressen van dit moment'. Zoals ik al zei, wie van de ‘...van' diepgaande beschouwingen en adviezen had verwacht moest het doen met ‘tips van...'.
Linda had vrienden gebeld en gemaild met de vraag: Ik moet dit en dat doen in Eindhoven, kun je mij nog wat tips meegeven? Wat zouden jullie jonge songwriters adviseren? Hoe zouden ze een song volgens jullie het best aanpakken? Linda's netwerk strekt zich verder uit dan enkel Richard en Teddy. We horen tips van Paul Simon, Martin Carthy, Rufus Wainwright, Brian Eno, etc.
Zoals:
‘Gebruik je geliefde zonder weerga in je teksten, dan komt het pas echt uit je hart' (Teddy Thompson).
‘Vertrouw op jezelf' (Martin Carthy).
‘Speel een lied eens in een andere gitaarstemming' (Richard Thompson)
‘Put on a dress and awake' (Rufus).
‘Hou de energie hoog, zonder koffie en cocaïne' (Bobby Gillespy)
‘Borduur op andere songs voort' (Richard Thompson)
‘Maak je niet sappel om wat de woorden die je op een rij zet betekenen, de betekenis wordt later duidelijk' (Brian Eno).
‘Noteer telkens voor je gaat schrijven, hoe jij je op dat moment voelt' (Paul Simon).
Zelf komt ze nog met: ‘Lees gedichten, maar realiseer je dat gedichten meestal niet als songs werken'.
Eigenlijk vind ik de inbreng van de drie Nederlandse singer-songwriters die met Linda het podium delen nog het boeiendst: Signe Tollefsen, Pien Feith en Leine. Die zingen ieder twee van hun beste liedjes, de redding van deze workshop. Ook hun bijdragen aan de gesprekken over songwriting zijn beklijvender dan Linda's commentaar op elk lied. Dat beperkt zich meestal ‘great' of ‘what a cords'. Dat laatste slaat dan op het originele gitaarspel van Leine.
Kort voor de workshop met Linda had de Amerikaans-Nederlandse Signe Tollefsen in haar eigen set nog indruk gemaakt met P.J. Harvey's ‘Down By The Water'. Ze klonk als een complete band door slim zichzelf te samplen en vervolgens die samples als loops mee te laten draaien bij haar gitaarspel en zang. Nu zing-zegt Signe een ijzersterk verstild lang lied als was ze een reïncarnatie van Joni Mitchel. Maar meer nog blijkt ze goedgebekt en ‘sexy' (quote Linda). Met naast een Nederlandse moeder een Amerikaanse vader verloopt voor haar de conversatie in het Engels natuurlijk het meest vanzelfsprekend. Toen Linda zei dat lange nummer als blues te beschouwen, zei Signe gevat: waarom niet gewoon folk? Helaas kreeg dat geen inhoudelijk vervolg. Waarom blues, en hoezo folk?
Pien Feith oogt charmant en verlegen. 't Is natuurlijk ook niet niks om een halve meter naast een toekijkende Linda Thompson op te moeten treden. Ze verdient een uitvoeriger reactie op haar intrigerende Catpower-achtige Like a banner. Pien zegt stellig dat zij nauwelijks vrienden vraagt te oordelen over haar songs. ‘Aan de woorden verander ik sowieso niks als ik het af vind, misschien wel een of ander akkoord.'
Eindelijk ontspint zich een aardig gesprek. Signe adviseert je songs voor te leggen aan iemand die je respecteert. Linda is het daarentegen met Pien eens: ‘Als ik mijn song af vind, is dát het mooiste moment van het schrijven. Niemand kan er dan meer iets aan veranderen.' Ze vraagt hooguit het oordeel van haar producer, maar dat heeft dan meer te maken met de selectie van songs voor een album.
Dan gaat het over de uitdaging. Linda: ‘Mijn zoon Teddy zegt altijd: mijn ambitie is ‘I Love You' zo te zingen dat de luisteraar het gevoel heeft dat hij die drie woorden voor het eerst hoort.'. En over inspiratie zegt Linda: ‘Ik laat me wel eens leiden door een krantenkop, een artikel of een gedicht'. En: ‘Luister naar anderen, luister naar andere muziek. Je mag gerust uit andere songs jatten, dat is meer een hommage aan die song dan diefstal'.
Leine - de meest getalenteerde en originele met haar jazzy touch - spreekt Linda tegen als die zegt dat haar lied een love-song is. ‘Je mag het van mij best een love-song noemen, maar voor mij ligt dat toch anders', merkt ze bescheiden maar beslist op. Wat dat andere dan was kwam er helaas niet uit. Ook daarop geen vervolg.
Leine's songteksten beslaan een breed spectrum. Ze zingt een lied waarin ze al haar belevenissen als treinreiziger heeft samengevat, waarbij de belangrijkste inspiratiebron iets zegt over haar gevoel voor humor: ‘Ik zag een blinde man met zijn geleidehond achter zich aan over het perron rennen om zijn trein te halen.'...
***
Als je de drie kwartier die de workshop duurde zo beschrijft lijkt het heel wat, maar de gesprekjes - tussen de mooie songs van het Nederlands talent - bleven teveel aan de oppervlakte. Ik zal het niet afdoen als een theekransje, maar ik vond dat er teveel naar elkaars mond gepraat werd. Bij een aantal onderwerpen had het wat dieper mogen gaan. Voor een volgende keer is een gespreksleider wellicht een optie. Die zo'n Linda Thompson wat meer uit haar tent lokt. Die, waar nodig, afbreekt of doorvraagt. Daarvoor is drie kwartier echter te kort.
De andere songwriters-workshop op Naked Song, die van Graham Gouldman (o.m. Hollies, Herman's Hermits en 10CC), was doodgemoedereerd een half uur uitgelopen. Daar hoorde ik achteraf enthousiaste verhalen over van muzikanten. Er was veel gepraat, minder gezongen. En dat terwijl daar de conclusie was dat over songwriting eigenlijk niets te vertellen valt.
In het Eindhovens Dagblad schrijft René van Peer na afloop ondermeer: ..."Dus eigenlijk is zo'n workshop onzin", merkte Spinvis glimlachend op tegen veteraan songschrijver Graham Gouldman (...). Ze hadden voor publiek gedachten uitgewisseld over de manier waarop liedjes tot stand komen, en waren tot de conclusie gekomen dat het vooral een kwestie is van intuïtie. Gouldman lachte terug: "Dat klopt."...
Anne Soldaat, Graham Gouldman en Spinvis
En muzikant/recensent Peter Borgers in diezelfde krant: ...Songschrijven is meer een kwestie van toeval dan inspiratie. En dagelijks werken aan liedjes levert meer resultaat dan wachten op dat ene moment van goddelijke inspiratie. Eigenlijk weet ie niet wat ie doet, zegt Gouldman zelf. "Er is geen workshop, want er zijn geen regels." (...) Als we de zaal verlaten zijn we eigenlijk niks wijzer geworden. Die hit - en de eeuwige roem - zal een droom blijven. Maar toch hebben we iets geleerd: er zijn geen regels...
***
Ik zei al dat ik een gespreksleider miste die Linda zo nu en dan met een goed voorbereide vraag had kunnen dwingen tot scherpere stellingnamen. Het gekke is dat de ideale gespreksleider in de zaal zat: Frank de Munnik, die dat in het Eindhovens Muziekcentrum eerder al eens knap deed met als gast producer Joe Boyd. Je moet de workshop-tijd dan wel minstens verdubbelen, maar toch...
Frank de Munnik kent Linda Thompson. Hij zocht haar eerder dit jaar op in Londen. Het interview dat hij met haar had is nog steeds hier op internet te beluisteren. Eigenlijk had iedereen die de workshop tijdens Naked Song bijwoonde, dat interview van te voren moeten horen. Want daarin laat ze iets meer het achterste van haar tong zien.
Zondagochtend na Naked Song heb ik het nog eens beluisterd. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat de drie Nederlandse singer-songwriters het interview wél goed beluisterd hadden voordat ze zich aan Linda's oordeel onderworpen. Ze hadden hun huiswerk goed gedaan. Ze kenden Linda's ideeën. Eigenlijk vind ik nu nóg meer dat ze elkaar naar de mond praatten... Jammer.
Henk
foto's Ronald Rietman