-door Mirjam Adriaans-
In Tsjechië begon Loes van Schaijk met inburgeren, een baan en het goed leren van de taal, om vervolgens weer volop de muziek in te duiken. De pandemie gooide ook bij haar roet in het eten, maar leverde dan wel weer een fraai solo-album op, dat op 27 november verschijnt en waar ik alvast naar mocht luisteren (met plezier kan ik zeggen). Vandaag deel 2 van het interview met haar, over Tsjechië en het kersverse All I Ever Really Seem To Say.
De laatste keer (tot nu toe) dat ik Loes van Schaijk zag spelen was in oktober 2019, op balfolkfestival CaDansa, waar Red Herring een deel van de dansers wist te overtuigen om even op een theaterstoeltje te blijven zitten om geboeid te luisteren naar hun lekkere folky invulling van bluegrass en americana. Loes woonde toen al in Praag, was daar enthousiast over en niemand had nog enig vermoeden van de pandemie die op ons af kwam enkele maanden later.
Over haar eerste ervaringen in Tsjechië:
Loes: In 2018 ben ik naar Praag verhuisd en daar heb ik nog geen moment spijt van gehad. Begonnen achter de bar, daarna heb ik intensief gewerkt aan mijn beheersing van de Tsjechische taal, en uiteindelijk vorig jaar, 3 maanden vóór de eerste lockdown, ben ik volop de muziek in gedoken. Vanwege de huidige onzekere situatie combineer ik nu meerdere baantjes als vertaler met optreden in Ierse pubs, en daarnaast investeer ik zoveel energie en tijd als ik maar op kan brengen in mijn muzikale projecten: het promoten van mijn solo-album, mijn nieuwe (Tsjechische) band Lu's &, Red Herring (dat volgend jaar 10 jaar bestaat!!), en Svaťa Kotas Band.
Ondertussen wordt het hoog tijd om nog eens naar dat nieuwe solo-album te luisteren. Nog eens, want ik heb al een aantal keren met plezier mijn cd-speler aangezet om me onder te dompelen in de liedjes van All I Ever Really Seem To Say. En dan wil ik meer weten. Over een paar liedjes, of nou ja, eigenlijk boeien ze allemaal, maar het zijn met name het Nederlandstalige en het Tsjechische stuk die de vraag oproepen hoe ze die keuze gemaakt heeft. En met al die Tsjechische muzikanten herinner ik me weer dat er jaren terug bij de Manic Mondays in Eindhoven altijd een Tsjechisch bandje stond op de maandag na EWOB (European World of Bluegrass), een internationaal festival in Voorthuizen. Soms jonge gasten nog, maar wat konden ze spelen! Hoe zit dat eigenlijk met Tsjechië en bluegrass?
Over Tsjechië:
FF: Je bent naar Tsjechië verhuisd, een land dat veel goede bluegrassmuzikanten herbergt (er stonden er altijd wel een paar op EWOB), kun je iets vertellen over hoe Tsjechië en Slowakije deze muziek omarmd hebben?
Loes: Daar zou ik een heel boek over kunnen schrijven, ware het niet dat andere mensen dat al hebben gedaan, bijvoorbeeld Lee Bidgood: ik kan zijn boek Czech Bluegrass en de documentaire Banjo Romantika van harte aanbevelen. Er zijn meerdere factoren te bedenken, waaronder de vrijetijdsbestedingen "tramping" en scouting die beide teruggaan tot het begin van de 20e eeuw. "Tramps" trokken in het weekend de natuur in, naar de bossen en de bergen of met een kano het water op, verkleed in Amerikaanse camouflage/legerkleding of als cowboys en indianen, en namen meestal een muziekinstrument mee. Er werd volop om het kampvuur gezongen.
Tsjechië en Slowakije hebben na ongeveer 400 jaar onderdrukking in het Habsburgse rijk maar heel kort trots mogen zijn op hun eigen staat; toen kwamen de Nazi's al en daarna de Russen en het communisme. Het communisme meemaken in Centraal Europa moet een bizarre en beklemmende ervaring zijn geweest, en wat ik hoor van mijn vrienden die het hebben meegemaakt, of wat zij van hun ouders hebben gehoord, is dat er veel schijnbare tegenstrijdigheden waren.
Er waren heel veel dingen verboden, zoals in het Engels zingen of jeans dragen, maar ze gebeurden wel, en soms ook gewoon in het oog van de partij—als er een draai aan gegeven kon worden dat dit juist een goed visitekaartje was voor de communistische partij, hoe modern en ruimdenkend ze waren, enzovoort. Mensen werden onder druk gezet: als ze niet volgens de regels wilden spelen (= o.a. lid worden van de partij en deze openlijk promoten), dan werd ervoor gezorgd dat we ze nooit meer hun beroep kunt uitoefenen, hun kinderen niet naar aan de universiteit zouden worden toegelaten, of ze werden zelfs verbannen. Veel bands die een Engelse naam hadden moesten deze veranderen in een Tsjechische naam die politiek totaal onschuldig klonk. Vaak werd gekozen voor een woordgrap die vrij duidelijk de draak stak met de communistische partij, maar dat werd kennelijk ofwel niet opgepikt ofwel bewust door de vingers gezien. Tramping werd verboden omdat het in principe een romantisering van het Amerikaanse Wilde Westen was—hoewel er wat voor te zeggen valt dat de tramps hiermee niet zozeer het echte Amerika in gedachten hadden, maar Karl May—maar aan de andere kant kwam het de communistische partij heel goed uit als iedereen in het weekend de stad uit ging, dan konden ze namelijk niet demonstreren!
Men werd expliciet aangespoord om een buitenhuisje te kopen in de natuur en daar in het weekend uit te rusten van de werkweek. Het was dus op zich wel mogelijk voor mensen om in de natuur rondom dat buitenhuisje rond het kampvuur Amerikaanse liedjes te zingen, al dan niet met Tsjechische teksten. Voor sommigen was dat een vorm van verzet tegen het regime, voor anderen was dat simpelweg een vrijetijdsbesteding zoals het al decennia vóór het communisme was. De kinderen van deze generatie, die tieners en twintigers waren tijdens de fluwelen revolutie, gingen misschien met hun ouders mee "trampen", of ze gingen zelf de natuur in met de scouting en leerden daar een akoestisch en draagbaar snaarinstrument bespelen. Zoals dat vaak gaat met pubers: sommigen werden erg goed op hun instrument, hadden erg veel tijd om te oefenen (want naast school kon en mocht er niet zoveel) en wilden op een gegeven moment iets méér dan dat wat ze van hun ouders mee hadden gekregen.
Toen deze muzikanten voor het eerst in contact kwamen met bluegrass, ofwel door een duizendmaal gekopiëerd cassettebandje dat Lilly Pavlak mee had gesmokkeld uit het Westen toen ze daar au pair was, ofwel door concerten bij te wonen van Amerikaanse bluegrassbands op tour (en ja, ook dat gebeurde vóór de val van het IJzeren gordijn!) zoals Tony Trishka & Skyline, de New Grass Revival, of de Lonesome River String Band, waren ze helemaal verkocht. De meeste muzikanten van mijn leeftijd, zoals Ondra Kozák en Radek Vaňkát, waren al van jongs af aan 200% toegewijd aan de muziek en oefenden ongeveer 4 uur per dag, elke dag.
Er waren ook festivals voor folk en countrymuziek zoals Porta waar tienduizenden mensen naartoe gingen omdat het een kans was om elkaar te ontmoeten en om muzikale inspiratie op te doen. Ik wil dit niet laten klinken alsof Tsjechië en Slowakije hun bruisende bluegrassgemeenschap te danken hebben aan het communisme, dat zou veel teveel eer zijn. Ik denk dat de liefde voor de natuur en voor de bergen, die eeuwen terug gaat, belangrijker is. Op dit moment lijkt de Tsjechische bluegrassgemeenschap een beetje te vergrijzen, er is nog geen nieuwe generatie opgestaan, zoals dat in Amerika bijvoorbeeld wel is gebeurd met bands als Mile Twelve, Molly Tuttle, Sierra Hull, AJ Lee and Blue Summit... Maar ik denk dat juist die nieuwe Amerikaanse generatie ook weer invloed zal hebben op de muzikanten in Centraal Europa en dat we over niet al te lange tijd heel aangenaam verrast zouden kunnen worden...
FF: Voor wie meer wil weten heeft Loes een paar interessante links over deze geschiedenis bijgevoegd:
https://www.press.uillinois.edu/books/?id=p083006
https://dc.etsu.edu/etsu_books/83/
https://en.wikipedia.org/wiki/Czech_tramping
https://www.skaut.cz/english/about-us/
FF: Deze zomer heb je daar met een stel muzikanten per fiets getoerd, hoe was dat?
Loes: Dat was een fantastische ervaring en ik kan niet wachten tot we weer mogen! We gaan hopelijk in mei 2022 een hele maand op fietstour met dezelfde band.
Jan Řepka is een Tsjechische singer/songwriter die ik heel hoog heb zitten. Hij heeft een unieke stem, speelt heel goed gitaar, schrijft bijzonder mooie teksten en vertalingen (van o.a. Bob Dylan, Mani Matter, Paul Simon, Georges Brassens e.a.) en een hele charismatische en sympathieke omgang met het publiek. Meer een chansonnier, kleinkunstenaar...
En hij is fietsfanaat. Of anti-auto. Of beide. Hoe dan ook — zoals ik per stom toeval in 2005 in een Slowaakse bluegrassband ben geduikeld, fietste hij in 2009 de Californische Ginger Ninjas tegemoet, die een heel circus vervoerden op verlengde transportfietsen: instrumenten, PA, zelfs een massagetafel...
Het was een soort zwaan-kleef-aan gezelschap, dus hij is een stuk van de tour met hun meegegaan en was daar zó van onder de indruk dat hij zelf een Xtracycle bestelde en het jaar daarop zijn eigen fietstour plande. Sindsdien heeft hij dat bijna ieder jaar gedaan; soms met een paar andere muzikanten, soms helemaal alleen. Dit jaar vroeg hij ons om mee te gaan en hebben we als band een set ingestudeerd met liedjes over fietsen (daar zijn er veel meer van, dan je denkt!).
Al heb je nog zo'n grote cargobike, een contrabas vervoeren is nicht im Frage, dus heb ik voor deze tour een basukelele gekocht. We hebben in 18 dagen 15 keer opgetreden en 340 kilometer afgelegd. Jan is inmiddels ervaren genoeg om te weten dat het dom is om al je energie te verspillen aan het fietsen als je 's avonds nog moet optreden, dus we fietsten elke dag maar een klein stukje en deden dat op een heel rustig tempo. Het was zwaar, maar fysiek gezien op een prettige manier. Wat ik heerlijk vond was de routine en het gevoel van totale onafhankelijkheid. Ik kan het iedereen, die een enigszins draagbaar instrument heeft, van harte aanbevelen! In deze twee blogs doe ik uitgebreid verslag van de tour:
https://insounder.org/jan-repka-bicycle-band-choose-eco-friendly-touring
https://insounder.org/10-tips-your-first-diy-musical-bicycle-tour
Enfin, genoeg te vragen en hoewel ik na het lezen van deze antwoorden eigenlijk nog meer wil weten over dat land en zijn muzikale cultuur, lijkt me dat iets om me later nog eens in te verdiepen, laat ik eerst maar overgaan op het nieuwe album, want dat is de moeite van de aanschaf zeker waard.
Over het album:
De plaat bevalt me, heeft over het geheel genomen een heerlijk sober folky gevoel, waarbij haar fijne warme stem zich lijkt aan te passen aan de sfeer van een lied, soms soepel en ontspannen, dan weer indringend gevoelig, hier en daar op het scherpe af. Hoewel ik Loes vooral ken als bassiste speelt ze op deze schijf voornamelijk akoestische gitaar en dat klinkt zeker niet verkeerd. Bovendien krijgt haar spel heel fijne ondersteuning van enkele Tsjechische muzikanten en vervullen haar bandmaatjes van Red Herring een paar gastrollen.
Al gelijk bij opener Being Here (in september uitgebracht als single), wordt duidelijk dat het een persoonlijk album is, iets dat ergens in haar ziel ontstaan is. Het nummer is een muzikale ode aan Tsjechië en Slowakije en was pas tien jaar nadat ze eraan begon af. Ze moest eerst haar koffers pakken en definitief naar die contreien verhuizen voor de puzzelstukjes op hun plek vielen. Maar ook het Nederlandstalige Kom Op Meid getuigt van bevlogen gedachtespinsels, omlijst door het bijna draailierachtige vioolspel van Ondra Kozák. Further Away is dan weer een ronduit ontroerende tekst over een ervaring met dementie, met enkel gitaar en een fijn subtiel vleugje viool (Honza Bartošek) in de begeleiding. This Sorry Waltz (wederom met extra begeleiding van multi-instrumentalist Kozák) kan opgevat worden als titelnummer en herbergt mijns inziens meerdere lagen van liefde en afscheid, maar ook troost, verontschuldigingen en verwerking.
Maar er is ook ruimte voor ontspanning, bijvoorbeeld in het licht jazzy aandoende Good Things (Are Gonna Come To Me), al lijkt de tekst hier soms wat minder optimistisch dan de muziek doet vermoeden, en in de Keltische sferen van Oh My Lovely/The Gun Sermon, met fluiten en viool door Joram Peeters en bodhrán (voor de kenners: eentje van Brendan White) door Loes zelf. The Wind And The Water past overigens als lied ook wel in die traditie, al is het muzikaal juist veel soberder van opzet. Heerlijk bluegrassy is dan het doorstomende The Cactus Connection (hoe krijg je die tekst zo snel gezongen?), met fijne banjo door Petr Brandejs. De in het Tsjechisch gezongen afsluiter begint a capella, om vervolgens over te gaan in samenzang en opnieuw lekkere folky klanken.
En het wordt steeds duidelijker dat hier de liefde voor muziek aan het werk is. Loes van Schaijk heeft in Tsjechië blijkbaar heel wat inspiratie opgedaan, zowel voor een paar mooie bewerkingen van bestaande songs (covers of stukken die ze eerder met andere projecten opnam) als om haar eigen werk uit te breiden met een stel fijne, soms ronduit ontroerende, maar steeds gevoelvolle liedjes. Het is zeker geen straf om (herhaaldelijk) naar al het moois op All I Ever Really Seem To Say te luisteren.
FF: Waarom heb je voor de titel All I Ever Really Seem To Say gekozen?
Loes: Zoals meestal het geval is met mijn teksten, zitten daar twee gedachten achter: een serieuze en een knipoog.
Het is een flard uit het lied This Sorry Waltz: All I ever really seem to say is "sorry" / But what does "sorry" really do to ease your pain?
Omdat dit mijn solo-debuutalbum is, waarin ik mezelf vooral als songwriter presenteer, wilde ik een zo breed mogelijk scala presenteren: alles wat ik als songwriter te zeggen heb, bij wijze van spreken.
Daarnaast lokt het, voor degenen die het lied This Sorry Waltz kennen, uit tot het afmaken van de zin: ".... is sorry." Ik heb de onhebbelijke gewoonte om mezelf voortdurend te verontschuldigen en kleiner te maken. Mensen zeggen dan dat dit valse bescheidenheid is, en dat dat heel irritant is, waarop ik meteen reageer door me daarvoor te verontschuldigen, enzovoort...
In het begin speelde ik met de gedachte om het album de titel Sorry te geven, maar ik vond het uiteindelijk leuker om het stukje daarvóór te pakken en de luisteraar zelf de kans te geven om de zin af te maken. Met misschien wel een heel ander woord dan "sorry." En dan wordt het interessant, op het moment dat mensen mijn teksten op hun eigen manier interpreteren.
Mijn ego heeft de neiging om me te willen verdedigen en uit te leggen wat ik heb bedoeld, maar een belangrijk kenmerk van mijn stijl als songwriter is juist dat ik altijd bewust een stukje ambiguïteit inbouw. Als de liedjes zich lenen voor meerdere interpretaties, dan gaan ze leven, dan wordt het een conversatie die nooit hoeft te eindigen, en dát is voor mij een reden om te blijven schrijven.
Het deel van het hele album-proces waar ik me altijd het meeste op verheug is het lezen van recensies. Zelfs als ze negatief zijn. Ik vind het ongelofelijk interessant om te zien wat er gebeurt als ik een bal opgooi — wie hem opvangt en met welke strategie ze hem verder spelen...
FF: Je woont in Praag en er spelen dan ook een stel Tsjechische muzikanten mee, hoe heb je die leren kennen en kun je iets zeggen over hun inbreng?
Loes: De voornaamste multi-instrumentalist op het album is Ondra Kozák, die ook de opnames, mixing en mastering heeft verzorgd. Ik heb hem voor het eerst ontmoet in Bratislava (Slowakije) op een bluegrassfestival in 2006 toen hij nog speelde met de band Křeni. Hij is ook één van mijn helden... Een ongelofelijk goede muzikant, veelzijdig, intelligent, gedisciplineerd, en bovenal een mooi mens, geduldig en grappig.
Een solo-album opnemen is intens en voor een wiebelige persoonlijkheid als ik is het belangrijk om iemand aan je zij te hebben die stabiel is. Hij heeft me meerdere keren een adempauze gegeven als ik die nodig had, of juist een schop onder de kont, en hij moest me regelmatig herinneren aan mijn doel: ik wilde het graag eerlijk, intiem en minimalistisch houden. Geen volledige band, liefst zoveel mogelijk alles zelf inspelen en alleen een tweede instrument toevoegen als dat ook daadwerkelijk iets toevoegt. Bij elk nummer bedachten we samen wat het nodig had en hij was bijna altijd in staat om dat te verzorgen. Op het album speelt hij gitaar, mandoline en viool.
Ik wilde ervoor waken om teveel gasten uit te nodigen; ik ken namelijk zoveel goede muzikanten dat ik bang was dat ik niet op zou kunnen houden. Uiteindelijk heb ik nog een paar mensen benaderd: Petr Brandejs (banjo op The Cactus Connection), Radek Vaňkát (dobro op Being Here), Joram Peeters (viool en whistles op Oh My Lovely), Arthur Deighton (bouzouki op Oh My Lovely en Traveling Shoes) en Honza Bartošek (viool op Further Away en "The Cactus Connection").
Joram en Arthur zijn mijn bandgenoten in Red Herring, die behoeven voor Folkforum waarschijnlijk geen introductie. The Cactus Connection kwam bijna per ongeluk op het album, het was eigenlijk eerder een grap die ik een dag voordat ik de studio in ging in elkaar had geflanst. Petr Brandejs (van o.a. Petr Brandejs Band, Album, en voorzitter van de Tsjechische bluegrassvereniging) was een week later toevallig bij Ondra op bezoek voor een ander project en Ondra vroeg of ik geen banjo wilde voor dat nummer, dat leek me wel een goed plan en Petr vond het prima, dus die heeft tussen de bedrijven door wat ingepingeld en het klinkt heerlijk.
Radek is één van de beste dobroisten die ik ken en een bijzondere vriend die me geholpen heeft om me thuis te voelen toen ik net geëmigreerd was. Het nummer Being Here heb ik gedeeltelijk voor hem geschreven en daarom vond ik het toepasselijk dat hij er ook op speelde.
Met Honza Bartošek speel ik nu al een paar jaar als duo, hij speelt ook in mijn band Lu's &, en toen ik op een bepaald moment vast zat en een "outside ear" nodig had, is hij ingesprongen om kritisch naar alle tracks te luisteren, wat darlings te killen, mijn uitspraak voor het Tsjechische nummer te verbeteren, en wat viool en vocalen te verzorgen bij nummers die nog iets extra's nodig hadden. Zonder hem zou het album nu nog in een spreekwoordelijke la liggen...
FF: Naast Engelse liedjes en een instrumentaal staan er ook een Nederlandstalig en een Tsjechisch stuk op, was dat een bewuste keuze?
Loes: Jazeker, daar heb ik lang over nagedacht. Als ik al zoiets als een "fanbase" heb, dan is die erg versnipperd over folkscenes in meerdere landen, maar de grootste concentratie bevindt zich in Tsjechië/Slowakije en in Nederland. Ik schrijf het liefst en het makkelijkst in het Engels, want ik ben opgegroeid met Engelstalige muziek om me heen, dus woorden op melodieën plakken is voor mij gevoelsmatig het meest logisch in het Engels. Maar sinds ik geëmigreerd ben merk ik dat mijn Nederlandse vrienden en fans erg nieuwsgierig zijn naar hoe Tsjechische muziek klinkt en omgekeerd. Het Nederlandstalige nummer is een hertaling van mijn hand, en het Tsjechische nummer is de enige echte cover op het album. Ik kreeg wel wat gemengde reacties van Tsjechische vrienden op de keuze voor "Ja, písnička." Het is zó bekend in Tsjechië en zó vaak gecoverd dat het op de één of andere manier gevoelig ligt. Ook is de zangeres, Pavlína Jíšová, nog zelf actief en het wordt hier not-done gezien om liedjes te coveren van artiesten die op dat moment zelf nog met die liedjes optreden. Maar op het moment dat ik de studio in ging was dit het enige Tsjechische nummer dat ik echt goed beheerste. En omdat mijn voornaamste doel was om aan mijn Nederlandse publiek te laten horen hoe de (gezongen) Tsjechische taal klinkt, leek het me ook logisch om een nummer uit te kiezen dat hier erg geliefd en bekend is. Ik hoop daarmee mensen uit te lokken om naar het origineel van Jíšová te luisteren en daarna nog veel meer Tsjechische muziek te verkennen...
FF: Kom Op Meid is oorspronkelijk een Ests stuk, hoe heb je dat leren kennen en wat heeft je doen besluiten om er een Nederlandse tekst op te maken?
Loes: Het nummer heet oorspronkelijk "Kuule, mees!" wat zoiets betekent als "Kom op, kerel!" en is geschreven door Eeva Talsi van de band Curly Strings. Toen ik hen op EWOB heb zien spelen was ik helemaal flabbergasted. Dit nummer ging me door merg en been, vooral de intense manier waarop Eeva het zingt, en ik móest weten waar het over ging. Ik heb de tekst opgezocht en in Google Translate gegooid, en hoewel dat nooit een perfect resultaat geeft, kon ik eruit opmaken dat het gaat over iemand die met een alcoholistische partner leeft en daar schoon genoeg van heeft. In eerste instantie wilde ik het nummer graag vertalen met dezelfde strekking. Maar toen ik een keer zelf in een depressie zat en me bedacht hoe moeilijk het moet zijn voor mijn partner om daarmee om te gaan, schreef ik een tekst vanuit het perspectief van een partner die geen geduld meer met mij heeft. "Als je niet wil bloeden, kom op, meid, dan wen je aan de pijn / Als je niet wil groeien, kom op, meid, dan blijf je altijd klein" – met andere woorden: "Zeur niet en doe er wat aan!" Dit soort teksten heb ik vaak te horen gekregen en hebben me veel pijn gedaan. Als je in een depressie zit dan wil je wel maar kun je niet. Makkelijk gezegd, denk ik dan... Maar als ik dit lied zing vanuit het perspectief van de ander, dan voel ik dat het helemaal niet makkelijk is om zoiets te zeggen als je van iemand houdt. Het is een uiting van frustratie, machteloosheid, ook een vorm van opgeven: je moet nu echt jezelf gaan helpen, want ik kan het niet meer.
FF: Waar gaat het Tsjechische lied over en kun je iets vertellen over de achtergrond van dat nummer?
Loes: "Já, písnička" betekent "Ik, lied." De tekst is geschreven door Pavol Lohonka, de muziek door Pavlína Jíšová en Antonín Hlaváč, en de oorspronkelijke uitvoering is van de folkband Žalman & Spol. De tekst is heel poëtisch en ik weet niet zeker of ik hem goed begrijp. Ik heb er meerdere mensen naar gevraagd en hoewel iedereen het lied kent, heeft niemand me een bevredigende uitleg kunnen geven! De mooiste verklaring kreeg ik van een andere Nederlandse muzikant die naar Tsjechië is geëmigreerd, Ralph Schut. Hij schreef dat hij eigenlijk nooit zo over de tekst na had gedacht, omdat hij normaal gesproken eigenlijk alleen naar de muziek luistert, maar hij zou voor mij wel even wat beter kijken. En daarna schreef hij dat het volgens hem een verhaal is vanuit het perspectief van een liedtekst, waar iedereen heel romantisch en diep over doet, maar die eigenlijk niemand écht goed begrijpt. Hij vat het op als een symbolische kritiek op de folkmuziekgemeenschap, en dat het schrijven van goede teksten vaak voelt als parels voor de zwijnen. En daarmee wordt de (wrange) kracht van deze liedtekst bewezen, want het is precies zo uitgepakt: heel het land kan dit lied uit het hoofd zingen, terwijl bijna niemand de moeite doet om te achterhalen wat ze nou eigenlijk zeggen...
Dit is deel 2 van een tweeluik over Loes van Schaijk, deel 1 is hier te lezen.
Er staan 2 release-optredens in Nederland gepland, Loes speelt beide keren een dubbelconcert met Miss Emma James:
Vrijdag 19 november 2021, 19:30 in NME-Centrum InBredius in Woerden (Klik hier voor het Facebookevent)
Zaterdag 20 november 2021, 14:00 uur in Casa Viva La Vida in Lekkerkerk (Klik hier voor het Facebookevent)