CDs
Eenvoud siert Davie Lawson
Davie Lawson - Konichiwa? - Smoked Recordings SR008 (distributie Munich)
Met een warme, lichte stem, die af en toe een fijn rafelig randje vertoont, bezingt Welshman Davie Lawson, die tegenwoordig in Nederland woont, op beeldende wijze overpeinzingen en flarden van verhalen. Een deel daarvan is terechtgekomen op zijn debuut-cd Konichiwa? die op 30 april officieel uitkwam.
Bij zijn liedjes begeleidt Davie Lawson zichzelf op een akoestische gitaar, al is hier en daar nog een extra gitaar, dobro of bas te horen op Konichiwa?. Die wordt dan bespeeld door Dan Tuffy, van wie even de stem te horen is aan het begin van Josephine, een nummer waarop hij ook de bas hanteert. Hij is een van de mensen achter het sympathieke kleine label Smoked Recordings, waar tot nu toe de cd's van Big Low en Parne Gadje verschenen, en onlangs nog de plaat van ud-speler Kamal Hors. Tuffy hoorde Lawson voor het eerst op Myspace, na een tip van een vriend, die hem ook had geboekt voor een optreden in een kroeg. Daar bleek hij nauwelijks boven het geluid van de cappuccino-machine uit te komen, maar volgens Tuffy waren de liedjes, met invloeden van Nick Drake en een jonge Dylan, zo goed dat hij Davie Lawson uitnodigde voor een opnamesessie.
Uiteindelijk werd in een paar dagen tijd de hele plaat opgenomen, Lawson had een hele stapel papier bij zich, waaruit hij stukken koos, die vervolgens 'live' geregistreerd werden, zodat er een natuurlijk gevoel ontstaat bij beluistering van Konichiwa?. En zo krijgen we een echt singer-songwritersalbum, zanger met gitaar als basis voor mooie luisterliedjes. De inhoud van die nummers is overigens wat minder toegankelijk, de teksten komen over als gedachtenspinsels of een verhaal dat ergens in het middeen begint en geen echt einde kent. Toch valt over het algemeen wel te zeggen dat dit geen vrolijke stukken zijn, Lawson gooit met donkere termen als death, grave, alone, fight enz. Als hij dat eens niet doet ontstaat het vermoeden dat er iets achter schuilt. Ook de titels zijn niet erg hoopgevend: Your Son May Grow To Be A Pauper, My Country Is The Land Where It Rains (Momma) of When The Money Left So Did The Priest geven een aardige indruk van waar het geheel over gaat.
Als je denkt dat het wat onschuldiger is, zoals bij Childhood Days, kom je erachter dat het verleden dood is en begraven. En Delia is niet de oude klassieker, maar een eigen nummer, dat autobiografisch lijkt te zijn, maar zelfs als dat zo is doen de ekster en de kraai in het verhaal weer denken aan de fabels van Lafontaine.
Davie Lawson moet ook behoorlijk onderlegd zijn, de titel Konichiwa? schijnt een Japanse begroeting te zijn en in Your Son May Grow To Be A Pauper passeren enkele bekenden uit de geschiedenis de revue. Zo horen we de heilige Johannes (St. John) en Augustinus (Augustine) vermeld en vervolgens het tragische levenseinde van Isadora Duncan (1878-1927), zeer bekend in feministische kringen. Zij kwam om het leven door een sjaal die in het spaakwiel van haar auto terechtkwam. New Orleans komt terug, in Oh My Messiah, waarin Lawson een hele wereld verwoordt in een paar zinnen: oh my messiah, your priests they say you love me / oh if I'm a black skinned boy, I guess that your baby's not.
Wie de mondharmonica bespeelt op Berlin's Wall wordt niet vermeld, maar hij geeft wel een warme, ontspannen sfeer aan dit lied, dat qua inhoud toch ook weer vrij ondoorgrondelijk is.
De productie werd gedaan door Dan Tuffy, de mix is van Michiel Hollanders en dus hebben we er met Konichiwa? weer een fijne luisterplaat bij. Wat Davie Lawson doet klinkt eenvoudig, maar hij weet het met dichterlijke, niet voor de hand liggende teksten en een heerlijk in het gehoor liggende stem toch heel bijzonder te maken. Prachtig debuut van een zingende schrijver.
Mirjam Adriaans, waardering: 8,5
Zie ook: www.myspace.com/davielawson.
Aanstaande zaterdag, 26 mei 2007, is deze jonge singer-songwriter live te zien en te horen op het Naked Song Festival in Eindhoven.