CDs
Fling – Lost in Dunkineely
Fling - Lost in Dunkineely - Cup 8032 -I-C-U-B4-T records / Music & Words
Friesland was vorig week eventjes wereldnieuws door de paarden op de kwelders onder Marrum. Prachtige beelden van fraaie vergezichten en majestueuze wolkenvelden konden in kranten over de gehele wereld bewonderd worden. Natuurlijk ging het om de paarden (die nu van de slager gered moeten worden...), maar die uitgestrekte kwelders en wadden geven het gebied een uitgesproken mystieke sfeer. Als er dan een stukje Nederland is waar de melancholieke sfeer van de gedichten van W.B.Yeats echt gevoeld kunnen worden, dan is het wel dit stukje Friesland, met altijd wind, regen en mist.... Het is dan ook niet verwonderlijke dat de groep Fling, voor een deel geboren en getogen in dat meest noordelijk stukje Nederland, al meerdere gedichten van deze beroemde Ierse dichter opgenomen hebben.
In 2002 leek door het vertrek van zanger en boegbeeld Gerrit Breteler een einde te komen aan de groep die zich met de albums The wild Swans at Coole en The Blackbird behoorlijk in de kijker had gespeeld. Een tijd van personeelswisselingen brak aan, een tijdje lag de groep zelfs helemaal stil, totdat in 2004 een stabiele samenstelling zich aandiende met Evertjan 't Hart (pipes, low whistle, bouzouki), Peter Zijlstra (viool), Peter Rechsteiner (gitaar, toetsen) en Annemarie de Bie (zang, bodhrán, fluit). Al tijdens het eerste optreden dat ik van de vernieuwde Fling zag, bleek dat deze samenstelling grote potentie had.
Nu is er dan de langverwachte derde cd Lost in Dunkineely. Hoewel ik al enige opnamen op MP3 had voor beluisterd, is het totale resultaat in een woord verpletterend. Fling bewijst met dit album dat de afslanking van 6 naar 4 personen een goede en terechte stap is geweest. Met een hechte bezetting, een minimale instrumentatie en maximale arrangementen weet de groep een kleurrijk klanktapijt neer te leggen, dat recht doet aan de melancholieke sfeer die de Keltische muziek zo kenmerkt. Uitstekend instrumentaal werk met de nadruk op melodie en vorm zonder goedkoop winstbejag. Fling laat zich niet verleiden tot de grote instrumentale snelheidsrace waaraan de laatste tijd zoveel Keltische bands zich bezondigen.
Hoogtepunten op het album zijn de twee door W.B. Yeats geschreven gedichten (The withering of the boughs en The song of Wandering Aengus), op muziek gezet door Evertjan 't Hart en Annemarie de Bie, die samen ook nog tekenen voor het ultieme meesterwerk Where eternity lies, met glansrollen voor zangeres Annemarie de Bie en violist Peter Zijlstra. Als je daarnaast van bekende traditionals als Lord Franklin, The grey Cock en The maid of Culmore menig bekende versie weet te overtreffen, dan kom je van goeden huize. Lord Franklin krijgt een ongekend krachtige uitvoering mee, terwijl de bijna a capella uitvoering van The grey Cock van begin tot het einde blijft boeien.
De productie van het album, opgenomen in de eigen Fling Studio in Brantgum, was in handen van Evertjan 't Hart. Op het laatste album van Chris Kalsbeek bewees hij al over een uitstekende kijk op het opnemen van Keltische muziek te beschikken en met dit album overtreft hij zichzelf nogmaals.
Groepen uit Ierland en Schotland zijn gewaarschuwd. Fling heeft zich met Lost in Dunkineely, met ogenschijnlijk gemak, genesteld in de Keltische eredivisie en kan vol vertrouwen de confrontatie met internationaal gevestigde namen aan.
Assie Aukes - waardering: 9,5