Fred Piek - Ballads - eigen beheer (www.fredpiek.nl)
Hij mag dan 65 zijn, zijn stem heeft nog immer het scherpe van pakweg 40 jaar geleden. Fred Piek is een grootheid in de folkwereld, al zul je hem dat zelf nooit horen zeggen. Gloriejaren waren er met Fungus, later was er succes met de Amazing Stroopwafels. Hij maakte platen met o.a. Louis Debij en Walter Kuipers, speelt soms mee met Linde Nijland, maar vertelde me vorig jaar ook dat hij een aantal nummers nou eens goed op wilde nemen. Dat deed hij solo, met enkel zijn stem en gitaar, gisteren werd Ballads officieel gepresenteerd in de Kroepoekfabriek in Vlaardingen.
Waar we Piek voornamelijk kennen van zijn Nederlandstalige werk heeft hij bij Ballads gekozen voor Engelstalige liedjes. Een paar jaar geleden tikte hij een pickup op de kop en ging hij zijn oude elpees nog eens luisteren. Veelal Britse of Schotse folk, van Nic Jones tot Dick Gaughan, Shirley Collins, Boys Of The Lough of The Copper Family. Gaandeweg de presentatie vertelt hij dat op zijn nieuwe plaat eigenlijk wel veel nummers staan die ook op de eerste elpee van Fungus stonden (Farewell To Tarwathie, Irish Girl, Two Brethren, Farewell To Whisky, Ye Mariners All), maar voor wie die plaat in huis heeft: niet getreurd, hij heeft er wel andere arrangementen voor weten te vinden.
De eerste exemplaren van Ballads worden uitgereikt aan Sofie Lodders, die de plaat opnam met haar mobiele studio. Zij speelt deze middag ook nog een partijtje mee op bouzouki in Farewell To Whisky. Dochter Ellis Piek krijgt het tweede exemplaar, zij zorgde voor een mooie, smaakvol sober vormgegeven layout van de hoes en bijgevoegde inlay van de cd.
In de tweede set geeft Maalstroom alvast een voorproefje van hun nieuwe cd, die rond eind augustus moet verschijnen. Zanger Job Cornelissen is helaas verhinderd, dus krijgen we enkele instrumentaaltjes, waaronder een set melancholieke mazurka's en een wat opgewektere bourrée. Ze hebben de smaak van balfolk duidelijk te pakken. Vervolgens begeleiden ze Fred Piek nog naar het einde van het optreden, met fraaie instrumentatie bij o.a. The Farewell To Gold van Nic Jones en in de toegift met De Stad Waar Ik Zo Van Hou, inderdaad een vertaling van The Town I Loved So Well (beide nummers zijn overigens niet op Ballads terechtgekomen).
En dan ga ik naar de cd luisteren. Gelijk vanaf opener Young Edwin In the Lowlands word ik, zelfs nog meer dan bij de presentatie, gegrepen door die prachtig dwingende folkstem, evenals het sprankelende gitaarspel dat de liedjes zo mooi laat uitkomen. Warm en toch scherp bezingt Fred Piek de lotgevallen van een zeeman op zoek naar goud die bij terugkeer naar zijn geliefde een tragisch lot wacht. Dit lied staat op een plaat van Louis Killen, die ik vorig jaar ontdekte dankzij een mooi optreden in Gemert, waar Piek al flink wat nummers zong van Ballads. Ook A Ship In Distress, eveneens uit het repertoire van Louis Killen, minstens zo indringend als toen live en nu op plaat voor mij een van de hoogtepunten. Bijna 47 minuten lang is het genieten van prachtige folkparels die nog altijd de moeite waard zijn. Oudere folkies zullen ze nog kennen van vroeger, voor mij zitten er een paar tussen die ik nog maar net ontdekt heb. De uitvoeringen zijn treffend, meer begeleiding dan die ene akoestische gitaar hebben deze heerlijke folkverhalen niet nodig.
Tijdens de presentatie vertelt violist Gilles Rullman van Maalstroom over de folkgeschiedenis die aanwezig is in de zaal (in het publiek zitten heel wat folkliefhebbers, waaronder zowel muzikanten als organisatoren en mensen die erover schrijven), hij voelt zich jong als hij luistert naar de verhalen van Fred Piek over de wilde jaren voordat hij geboren was. Dat gevoel herken ik, maar al luisterend naar Ballads besef ik dat Fred Piek weliswaar een flink folkverleden heeft, maar nog lang geen geschiedenis is.
Mirjam Adriaans