-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
Na de geslaagde editie van vorig jaar besloot de organisatie om opnieuw een Boerebal Festival op poten te zetten in Moergestel. Hoewel het weer niet helemaal meezat was het wederom genieten van een gemoedelijke sfeer, lekker eten en drinken en mooie muziek. Heerlijke balfolk van o.a. Zoalo, Trio Dhoore en Kedal, maar ook boeiende luisterfolk, met name van Kopkaeze.
Hoewel de middag wat druilerig verloopt (de druppels verdienen de naam regen nauwelijks) is de sfeer op het Boerebal vertrouwd gezellig, ook al is dit pas de tweede editie. Na een hartelijk welkom bij de ingang en een mooie aardappelstempel mogen we gaan bekijken wat dit sympathieke festival in Moergestel dit keer te bieden heeft. Koffie, thee, heerlijk gebak tegen schappelijke prijzen en, ook niet onbelangrijk, voor de bierliefhebber is er heel toepasselijk Boerken en Boerinneken (9,5%) ingeslagen. De dansinstructie is al begonnen en ook op muziekgebied ziet het programma er veelbelovend uit.
Dansen
Al ben ik geen danser, ik mag graag luisteren en kijken naar balfolk. Het plezier waarmee de dansers over de vloer zwieren en fijne variaties uitproberen op mazurka of scottisch maakt me vrolijk. Het eerste optreden, van duo Dans L'air, gaat niet geheel van een leien dakje, maar het is dan ook pas de derde keer dat accordeonist Niek van Uden (Té) en fluitiste Wendy Wouters (Violet) samen spelen. De instrumenten kleuren overigens wel mooi bij elkaar, en hier en daar voegen ze een lied toe aan het repertoire, wat in de balfolk nog steeds niet gebruikelijk is.
Soms is balfolkmuziek zelfs verrassend luisterbaar, zoals vorig jaar bleek bij Zoalo op het Boerebal, die dus terecht teruggevraagd zijn. Het trio is nog hechter gaan spelen en wordt dan ook enthousiast ontvangen. Het Steve Bailey Quartet bestaat in tegenstelling tot de meeste balgroepen niet uit jonge muzikanten, maar weet heel wat dansers wel te overtuigen met ontspannen Keltisch getinte klanken (met ook soms een lied) waarop prima een wals of scottisch gedanst kan worden. Té zet zoals van ze verwacht kan worden een goed dansbare mooi zwierige set neer en Trio Dhoore heeft net een cd afgeleverd. Hoewel ze 's middags ook al een optreden achter de rug hebben staan de broers in Moergestel lekker fris op het podium om die ook in Nederland voor te stellen. De drie mannen hebben een mooi traditioneel geluid, waaraan ze toch hun eigen hedendaagse invulling geven en na afloop vinden de zilveren schijfjes dan ook gretig aftrek. Ze zijn overigens komende tijd nog een paar keer in ons land te zien.
Afsluiter is het Bretonse Kedal, een stel jonge gasten die via via bij de organisatie bekend zijn geworden en zorgen voor een energieke afsluiting van het officiële deel van het festival. Ze hebben blijbaar geen idee van wat Nederlandse balfolkies zoal kunnen, als ze beginnen met een an dro vragen ze vertederend charmant of die bekend is. Natuurlijk vormt die dans geen enkel probleem en ook een gavotte wordt enthousiast ingezet. Terwijl wij onder de fijne klanken van klarinet, bombarde, accordeon, bas en drums huiswaarts gaan maken de muzikanten er nog een lange nacht van.
Luisteren
Tussen de dansoptredens door zijn er onversterkte optredens bij de bar annex eetgedeelte. Gelukkig voor Bridget & Goldfish is er aan de zijkant een overdekt deel waar ook het publiek droog zit. Bridget is een dame met gitaar en liedjes in het Engels, maar verrassender zijn de stukken die ze in het Frans doet. Later hoor ik dat ze in Frankrijk gewoond heeft, al vindt ze het wel moeilijk om gevoelens in die taal goed onder woorden te brengen, ze houdt het woordenboek er nog wel bij. Ze wordt begeleid door David Cornelissen op banjo, mandoline of doedelzak, een bassist en voor de gelegenheid schuift accordeonist Kees Schoone (van Steve Bailey) aan als extra 'Goldfish', zelf noemt ie het 'ouwe karper' maar hij zorgt wel voor een mooie muzikale aanvulling. Het is een van de dingen die het Boerebal zo aantrekkelijk maken. Zo is Vandiekomsa niet helemaal compleet zonder snarenplukker en zanger Hein Augustijn, maar vindt versterking in maar liefst drie extra muzikanten. Violiste Katrien Bos, accordeonist Martijn Moedars en gitarist Mark van Dal verfraaien de charmante en soms humoristische liedjes in Brabantse tongval.
Met David Cornelissen in de gelederen zou deze groep ook best door kunnen gaan voor de Verenigde Volksmuzikanten, maar die zorgen later in de danstent voor een mix van luisterliedjes en dansdeunen. Ik had ze gemist bij het Benefietconcert voor Folkwoods eerder dit jaar, nu zorg ik dat ik er vanaf het begin bij ben en ik word niet teleurgesteld. De enthousiaste reacties die ik toen hoorde kan ik nu bevestigen, de zeven mannen zetten een sterke set neer, spelen met veel plezier eigen werk, maar er komen ook mooie eigentijdse uitvoeringen voorbij van oude liedjes, zoals De Kroeg (uit het Groot Geïllustreerd Keukenmeiden Zangboek, zanger Luc Plompen laat het even zien om te bewijzen dat het echt daarvandaan komt) of een wijnlied dat omgedoopt wordt tot bierlied uit de liedverzameling van Harry Franken. Dat maakt deze muzikanten ook waardige opvolgers van Wè-nun Henk, een band die enkele jaren lang garant stond voor dit soort aanstekelijke uitvoeringen van ons eigen erfgoed. Ruim een uur lang weten ze te boeien in een huiskamersfeer, met een flinke fles Deugniet om de inwendige mens tussendoor te versterken, fijne percussie van Roeland Uijtdewilligen en draailierspeler Jeroen Plompen die en passant een dwarsfluit heerlijk laat klinken als een zingende zaag.
Maar mijn persoonlijke favoriet van de dag is net daarvoor geweest, in de vorm van het trio Kopkaeze. Onversterkt, a capella in de buitenlucht. Dat betekent dat er wel iets verloren gaat van de meerstemmige zang, maar het is genieten van begin tot eind. Zanger Luc Plompen (wiens stem bij vlagen doet denken aan die van Ludo Vandeau) heeft anderhalf jaar terug twee kompanen gevonden voor dit project en wil daar graag mee verder, al weet hij nog niet precies hoe en wat. Nu komen er verschillende liedjes voorbij, te beginnen met de mooie ballade Roza Willen We Dansen (bekend van Rum) maar ook een paar Franstalige klassiekers van Malicorne. Het is niet altijd even gemakkelijk, maar de stemmen van de drie mannen vullen elkaar erg mooi aan en bij Marions Les Roses doe ik mijn ogen dicht, sluit ik de wereld even buiten om enkel de zang over me heen te laten komen. A capella zang hoor je tegenwoordig niet vaak meer (hooguit een of twee nummers in een optreden) en commercieel gezien is het gebruik van instrumenten ongetwijfeld handiger, maar dit optreden was voor mij een pareltje op het festival.
Opnieuw is het Boerebal Festival een mooi folkfeest geworden. Even schrik ik als de thee al voor zes uur op is, gelukkig heeft een lieve bezoekster een eigen voorraadje bij zich en blijkt een uur of wat later dat ook de bar weer voorzien is. Net als vorig jaar zijn organisatoren David Cornelissen en Sander van der Schaaf ook prominent aanwezig in diverse formaties, daarmee alleen al dragen deze rasmuzikanten dit festival met verve. De sterke bands die ze daaraan nog weten toe te voegen zijn een kers op de taart van de folkliefhebber.