Festivalverslagen
Veel volk maar minder folk op Dranouter
‘Wij zijn blij dat er nog echte folkliefhebbers op Dranouter zijn!' Deze opmerking van Erwin Libbrecht van Faran Flad ontlokte een spontaan applaus bij het publiek in de Flamundo tijdens de 35ste editie van het folkfestival Dranouter afgelopen weekend. Door de verjonging die het festival zowel in de organisatie als in de programmatie doorvoert was er met name op zaterdag voor de traditioneel ingestelde folkliefhebber minder te beleven dan in andere jaren.
‘Muziek is weer het sleutelwoord, verbreding van het muzikale aanbod, genres en fusies brengen die de jeugd aanspreken en het festival situeren in de hedendaagse muziekscene', zo sprak voorzitter Marnique Deswarte in het voorwoord van het programmaboekje. Dit betekent dat het festival de folk zoals die de afgelopen 35 jaar geprogrammeerd werd, meer en meer op een zijspoor zal rangeren. Belgische topartiesten als K's Choice, Milow, Novastar en streekgenoot Flip Kowlier deden wat de organisatie ervan verwachtte: veel volk naar het festivalterrein trekken. De folkies konden het doen met gerenommeerde namen als Richard Thompson, Moving Hearts en The Chieftains. De rest van het programma werd opgevuld met namen met een breed scala van genres uit buiten-, maar vooral binnenland. Het programma sprak zeker aan, een kleine 90.000, veelal jeugdige, bezoekers passeerden dit weekend de entree. Het programmeren van grote namen uit de Vlaamse popwereld houdt echter het gevaar in dat het publiek niet meer geïnteresseerd is in andere, minder bekende namen. Zo moesten minder bekende artiesten als Soetkin Collier Quintet en de IJslandse Storsveit Nix Noltes spelen voor een nagenoeg lege Kayam. Goed, deze groepen speelden vroeg in de middag, maar ook een gerenommeerde naam als Moving Hearts wist rond zes uur de grote Kayam maar net tot de helft te vullen. Blijkbaar hebben de West-Vlamingen een boontje voor The Chieftains, want de Kayam stroomde wel vlot vol voor het concert van deze Ierse grijze heren.
Dranouter nieuwe stijl betekent zoeken naar muziek met roots. Op vrijdagavond betekende dit o.a een mooie programmering in de Flamundo. Hiervoor was Dranouter een samenwerkings-verband aangegaan met muziekclub 4AD uit Diksmuide. Deze club programmeert al jarenlang bands met raakvlakken met de folk. De samenwerking op de vrijdagavond pakte uit met interessante concerten van o.a. Rupa & the April Fishes, Iva Bittova, De Kift en Konono no.1. Een experiment waard om volgend jaar een vervolg te krijgen.
De in India geboren, maar in Californië residerende Rupa Marya opende met haar band The April Fishes het programma op vrijdagmiddag in de Flamundo en zorgde meteen al voor een hoogtepuntje. Haar eigenzinnige muziek is een allegaartje van stijlen dat in dienst staat van haar zoetfluwelen stem. Ze zingt merkwaardig genoeg in het Frans, want ze woonde in haar jeugd geruime tijd in Zuid-Frankrijk. Haar liefde voor het Franse chanson en de gypsy-swing zal daar vandaan komen. Zij combineert dit met gemak met Balkan-ritmes, Zuid-Amerikaanse tango's, soft jazz, ska en reggae. Zo creëert ze een volstrekt eigen geluid, waarin de ritmewisselingen er voor zorgen dat het publiek zich geen seconde verveelt.
De populariteit van de Vlaamse Yevgueni is sinds een eerdere doorkomst op Dranouter behoorlijk gestegen. De Kayam stoomde al vroeg in de avond vol. De groep rond zanger Klaas Delrue grossiert in mooie teksten en pakkende melodieën en manoeuvreert tussen kleinkunst en pop. Nummers van het nieuwe, derde album We zijn hier nu toch zoals de zomerhit Nieuwe meisjes werden afgewisseld met oude successen als Sara, Aan de arbeid en Als ze lacht. In de toegift kwam zus Annelies Delrue de groep vocaal versterken.
Richard Thompson is al meer dan veertig jaar actief, maar heeft nog niks aan scherpte verloren. Zijn gitaarspel is nog steeds adembenemend, terwijl zijn stem nog steeds weinig sleet vertoont. Tot vreugde van de oudere fans putte hij in Dranouter veelvuldig uit zijn werk van de beginjaren '70, de periode toen hij een duo vormde met zijn toenmalige vrouw Linda. Uit deze succesperiode kwamen o.a. Down where the drunkards roll, I want to see the bright lights tonight en Wall of death. Ook latere successen als Beeswing, 1952 Vincent Black Lightning en I misunderstood kwamen langs. Aangezien het laatste album Sweet Warrior weer een Richard Thompson op een elektrische gitaar liet horen, had ik op een begeleidingsband gehoopt. Deze hoop kwam echter niet uit, maar ook de meer akoestische nummers van dit album, zoals het traditioneel klinkende Johnny's Far away en Sunset song blijven de moeite waard. Een singer-songwriter alleen heeft het meestal niet gemakkelijk op een groot festivalpodium, maar Richard Thompson bleef fier overeind.
Iva Bittova is een Tsjechische stemkunstenares en violiste die in haar eentje de Flamundo wist te boeien. Eerlijk gezegd deden haar vocale capriolen op het snijdvlak van folk en avant-garde mij persoonlijk niet veel, maar zij wist wel het muisstille publiek tot op de laatste zitplaats te boeien.
De Kift heeft een patent op prachtige teksten die met een duidelijke Noord-Hollandse tongval en een knipoog naar de onvervalste smartlap werden gezongen. Instrumentaal klinkt De Kift uiterst origineel met een geraffineerde kopersectie gecombineerd met een vette punkgitaar.
Toen was het de beurt aan K's Choice, de groep rond broer en zus Gert en Sarah Bettens. Na zes jaar stilte is de band terug. Op Dranouter was het alsof de band nooit weg was geweest. Vanaf het eerste lied Everything for free tot het laatste, het mooi gearrangeerde Not an addict zong een uitpuilende Kayam alle liederen uit volle borst mee. Het is uitkijken naar een nieuw album dat in de loop van volgend jaar verwacht kan worden of deze comeback van K's Choice ook voor de toekomst beklijft. Flogging Molly en Konono no.1 hebben we wegens het late uur en de vermoeidheid na een lange, lastige reis vanuit het noorden laten schieten.
Zaterdagmiddag opende zangeres Soetkin Collier met haar groep om 13:00 uur het programma in de Kayam. Voor de gelegenheid had ze ook trekharmonicaspeelster Sophie Cavez meegebracht, wat resulteerde in een voller groepsgeluid en prachtig samenspel tussen respectievelijk de nyckelharpa van Didier François of de gitaar van Tom Theuns. Fons Vanhamel bleef het geheel op de achtergrond van inventieve baspartijen voorzien. Op dit gespreide bed van prachtige klanken gedijt de melancholische stem van Soetkin Collier als geen ander. Hoogtepunten van haar eerste album Nocturne zoals het uit Junglebook afkomstige Vertrouw op mij en het door Tom Theuns geschreven Heen en weer worden afgewisseld met nieuwe nummers zoals de Franse traditionals Mariez moi en het in de toegift gespeelde Le maitre de la maison. Voor mij mag er snel een nieuw album komen van dit uitstekende quintet!
Van horen zeggen bracht Transpiradansa in de Palace een goed concert. Dit jongerenorkest o.l.v. Wouter Vandenabeele bracht met groot enthousiasme dansmuziek uit de gehele wereld ten gehore. Opvallend was de uitstekende geluidskwaliteit.
Voor Keltische muziek hoeft men niet altijd naar de Britse eilanden, soms zijn uitstekende groepen om de hoek voor handen. Dit zal de organisatie gedacht hebben toen het de prestaties van het gloednieuwe Faran Flad ter ore kwam. De groep bestaat echter uit een stel muzikanten die zijn sporen al lang verdienden in illustere groepen als Kadril en Panta Rhei. De naam komt uit het oud-Germaans en betekent ‘reizen in schoonheid'. En dat is precies wat de groep rond Kadril-voorman Erwin Libbrecht beoogt. Dat mondt uit in een aantal liederen waarin de ritmiek, die de Keltische muziek zo vaak karakteriseert, in dienst staat van de schoonheid van de melodie. Bijgestaan door een drietal gastmuzikanten op bas en percussie weet de groep de traditionele Keltische muziek van een frisse klank te voorzien. De setopbouw was met drie instrumentale nummers achter elkaar, waarvan twee solostukken op viool en doedelzak, nog niet optimaal. Daardoor kwamen de vocale kwaliteiten van de Britse zangeres-fluitiste Heather Grabham te weinig aan bod. Maar ze schitterde wel in de prachtige ballade The shaking of the sheets. Faran Flad wist zelfs The leaving of Liverpool, de oude klassieker van The Dubliners af te stoffen en van een nieuw vernisje te voorzien.
Met het Amerikaanse CocoRosie, rond de zussen Sierra (Rosie) en Bianca (Coco) Cassady had menigeen het moeilijk. Het pruilende mondje en het dreinende stemmetje van de aanstellerige Bianca Cassady en de waarschuwing dat het publiek een avondje poëzie kon verwachten, beloofden niet veel goeds. Het is lastig om de muziek van het kinderstemmetje te scheiden. Lukt dat, dan kom je er achter dat CocoRosie, ondanks de vervreemdende entourage op zijn best een aantal aardige liedjes heeft, te pover echter om de aandacht vast te houden. Mede doordat het concert zich zo traag ontwikkelde hield een groot deel van het publiek het halverwege voor gezien.
Novastar is groot in België. De Kayam puilde dan ook uit toen Joost Zwegers en de zijnen het podium betraden. Er werd veel werk van het succesvolle laatste album Almost bangor gespeeld. Live klinkt Novastar een stuk aardser dan de hemelse klanken van dat album. Weller weakness, het titelnummer Bangor, Tunnelvision en het deels akoestische Mars needs woman zetten de toon. De bomvolle Kayam ontplofte echter halverwege bij The best is yet to come. Met het door duizenden monden meegezongen Because werd dit schitterende concert afgesloten. Zwegers' uitroep ‘Nu al het meest fantastische publiek van deze zomer!', was in dit verband absoluut niet uit de lucht gegrepen.
Aangezien we nog een stukje van The Veils wilden meepakken, bleven we niet op de toegift wachten. Dat hadden we beter wel kunnen doen, want het geluidsniveau van deze Nieuw-Zeelandse band was dusdanig dat we ons niet in de Flamundo waagden.
Voor de folkies begon de zondag uitstekend in de Flamundo. De Britse band The Urban Folk Quartet, niet te verwarren met Pete Morton's Urban Folk, is afkomstig uit de omgeving van Birmingham. Spil van de band zijn de twee violisten: Tom Broughton speelde bij The Albion Band, terwijl de Spaanse Paloma Trigas werd ontdekt door Carlos Nuñez. Energieke instrumentale muziek op een technisch hoogstaand niveau gespeeld, zo kan het concert van dit viertal het best omschreven worden. De groep weet de eenvormigheid, die bij een instrumentale groep altijd op de loer ligt, vakkundig te omzeilen door een uitgekiende afwisseling van diverse instrumenten. Met name het gebruik van de Middeleeuwse luit werkte uitstekend in de rustige nummers. Ondanks het vroege uur was de tent uitstekend gevuld met een publiek dat dit concert prima wist te waarderen.
Bij Mary Gauthier lag dat heel anders. De zwaarmoedige songs van deze Amerikaanse singer-songwriter zijn niet altijd even gemakkelijk. Wanneer de zangeres tevens geen enkele poging tot contact met het publiek onderneemt, haakt een groot deel van het publiek snel af. Dit concert was wellicht beter op zijn plaats geweest in De Kring op een later tijdstip, want het zonnige weer strookte moeilijk met de atmosfeer van dit concert. Liedjes over een miezerige kerst doen het nu eenmaal slecht op een zonnige zondagmiddag.
De IJslandse groep Storsveit Nix Noltes wist ondertussen weinig publiek naar de grote Kayam te trekken. Dat was jammer want de versie van hun Balkan-muziek was op zijn minst interessant te noemen. Zware gitaarklanken werden afgewisseld met melodieuze accordeongeluiden, terwijl het tweetal blazers de drive van de Balkan wist te ondersteunen. Deze jonge band mist nog raffinement en subtiliteit, maar weet toch al een redelijk eigen stempel op de Balkanmuziek te drukken.
Van de Ieren die aan de wieg stonden van Moving Hearts in 1981 zijn er tegenwoordig nog vier actief in de band. Het openingsnummer McBrides van het eerste album bewees dat het groepsgeluid in principe weinig was veranderd. De interactie tussen piper Davy Spillane en saxofonist Keith Donald is nog altijd geluidsbepalend in de band. Vroegere vocalisten als Christy Moore of Mick Hanley zijn er niet meer bij. Moving Hearts probeerde dit te compenseren met gastvocalist Iarla Ó Lionáird (Afro Celts). Veel impact had dit echter niet. Ook de inbreng van gast-accordeonist Máirtín O'Connor (Riverdance, De Dannan) was aardig, maar in het totale groepsgeluid te verwaarlozen. Aangezien het geluidsniveau dermate hoog was, hield ik deze favoriete band uit het verleden halverwege de set wel voor gezien.
In tegenstelling tot Mary Gauthier wist de Noorse Ane Brun de valkuil voor eenzame singer-songwriters wel te vermijden met een levendige podiumpresentatie. Even leek het er op dat ook dit concert zich zou voortkabbelen, maar Brun wist met haar lichtvoetige liedjes toch te overtuigen en het publiek te boeien.
Milow zagen we maar eventjes. Hoewel hij zeer knappe songs schrijft en in bezit is van een uitstekende stem, vond ik zijn optreden in Dranouter nogal statisch. Als de man maar de helft van de podiumpersoonlijkheid van een man als Joost Zwegers zou bezitten, dan zou het al heel wat aardiger zijn om naar te kijken.
Het optreden van The Chieftains kende een hoog meeklapgehalte. Het viertal werd muzikaal bijgestaan door Triona Marchall op harp, de Amerikaanse gitarist Jeff White, de Schotse zangeres Alyth McCormack en de Canadese violist Jon Pilatzke. Laatstgenoemde vormde samen met zijn broer Nathan Pilatzke en de Ierse traditionele danseres Cara Butler het dansteam. En alsof dit nog niet genoeg was draafde er tijdens het optreden ook nog een complete Schotse pipes & drumband op. Al deze aardige toevoegingen konden echter niet verheulen dat The Chieftains bij tijd en wijle nogal eens rafelig speelden. Dit kan aan het geluid hebben gelegen, fluitist Matt Molloy ging zich persoonlijk met het monitorgeluid bemoeien, maar sommige overgangen waren ronduit slordig. Toch maakten de mannen van The Chieftains een betere indruk dan bij hun vorige passage in Dranouter. Voor het eerst sinds lange tijd kan dit jaar dan ook een nieuw album verwacht worden, met als uitgangspunt de Keltische en Mexicaanse connectie, met daarop o.a. een bijdrage van Linda Ronstadt.
Halverwege het optreden van The Chieftains vertrokken we voor de laatste maal naar de Flamundo voor het optreden van het Noorse Katzenjammer. Een uitstekende keuze, want het concert van deze vier vrolijke meiden uit Oslo groeide uit tot hét hoogtepunt van het festival. Met een frisse mix van rockabilly, retropop, folk en Duitse hoempa, met een knipoog naar de Andrews Sisters en de stoere Noorse Vikingen bracht dit jonge enthousiaste viertal de volle Flamundo tot een meedeinende massa. Compleet beduusd ondergingen de meiden dit stormachtige succes. Wanneer zelfs de geluidstechnicus het publiek opzweept voor nog een toegift, dan weet je dat je op de goede plaats bent. Dat de band door het repertoire heen was en opnieuw A bar in Amsterdam moest inzetten, maalde geen mens om. Allicht niet, het liedje is een van de beste nummers van de cd Le pop die na afloop van het concert dan ook gretig aftrek vond.
Op weg naar de uitgang hoorden we Bart Peeters zingen dat hij liever niet in Holland wilde wonen. Dat namen we voor kennisgeving aan. Met de prachtige klanken van Katzenjammer in ons hoofd verlieten we met een tevreden gevoel het festivalterrein.
Er was dit jaar inderdaad minder folk op het festival te beluisteren. Vooral de zaterdag was dit jaar magertjes. De zondag maakte echter veel goed. De organisatie moet natuurlijk verder om het festival te continueren. Zolang aan het programmeren van folk op zo'n diverse manier gestalte wordt gegeven, zul je mij niet horen klagen. Het moet me echter wel van het hart dat het geluidsvolume bij tijd en wijle de perken te buiten ging. Wanneer ik zoveel jonge mensen met oordopjes zie lopen, dan is er iets faliekant mis. Ik zal ze volgend jaar zeker meebrengen.