Het Brugges Festival speelde zich afgelopen dagen af op drie locaties waar de luisteraar optimaal aan zijn trekken kwam. Prioriteit ligt bij een juiste geluidsversterking, concertante omstandigheden en geriefelijke ontvangst / verblijf / repetitiefaciliteit voor muzikanten. Artistiek leider Jo Van Driessche van de organiserende vzw Rembetika steekt - om zijn woorden te gebruiken - liever geen geld in allerlei toeters en bellen, maar besteedt het liever aan een bijzondere programmering en klankweergave. Spekkie naar mijn bekkie. Van de meeste concerten heb ik dan ook behoorlijk genoten!
Keerzijde van deze aanpak is dat het eigenlijk niet zozeer een festival is, maar meer een serie hoogwaardige concerten. Ik miste een festivalclub die gedurende de festivaldagen geopend is voor festivalgangers en muzikanten. Nu ben je als argeloze festivalganger - tussen de concerten door - veroordeeld tot de drukke toeristenmarkt die het centrum van Brugge zelfs half november nog is. Een groter contrast is nauwelijks denkbaar. Eerst ruim een uur geroerd luisteren naar de schoonste muziekskes om je vervolgens te moeten wurmen door doelloos rondslenterende drommen toeristen...
De drie concertlocaties liggen dicht bij elkaar in het hartje van de stad. Alle festivaldagen, vrijdag, zaterdag en zondag, is er om 11:30 uur een ochtendconcert in de Orgelzaal, 's middags om 15:30 uur een concert in De Biekorf en 's avonds vanaf 20:00 uur een dubbelconcert in de historische Stadsschouwburg. In totaal dus twaalf concerten. Tot de beste vijf reken ik die van Philippe Thuriot, Lieven Tavernier, Eva Deroovere & Gerry De Mol, Eleanor McEvoy en Zuiderwind.
Orgelzaal
Voor de eerste keer maakte het festival gebruik van de Orgelzaal van het reeds 160 jaar oude Conservatorium. Een gouden greep! Dit zaaltje biedt 's ochtends plaats aan zo'n 120 bezoekers. Het bezit als een geschenk uit de hemel een toepasselijke eenvoud en authenticiteit. Achter het kleine podium heerst een oud pijporgel. Aan de zijmuren voelen de uit steen gehouwen muzikale genieën als Händel, Liszt, Bach, Beethoven en Wagner de emotie die loskomt tijdens de intieme concerten van Eva Deroovere & Gerry De Mol, Lieven Tavernier en Philippe Thuriot. De juiste muzikanten op de juiste plaats!
Biekorf
's Middags biedt de theater-achtige ruimte van de Biekorf meer belichtingsmogelijkheden. Er staan groepen voor een wat breder publiek. Het Waalse trio O'Tchalai boeit met zowel melancholie als dynamiek uit de Balkan en nog verder oostelijk. De zang zit vol weemoed, maar naast accordeon en contrabas valt vooral het sterke spel op van violiste Pascale Trussart.
Jan Desmet (zang, accordeon, banjo, gitaar, ukelele, etc - De Nieuwe Snaar) en Arne van Dongen (zang, contrabas - Olla Vogala) pakken de wildenthousiaste kinderen én hun ouders in met humor, zang en theater rond hun eigen Nederlandstalige interpretatie van Woody Guthries kinderliedjes. Jig-a-long wordt bij hen ‘Wip er op los', wat de ouders dan ook niet mochten meezingen...
Van het tienkoppige ensemble Ishtar raak ik niet onder de indruk. Muzikaal technisch valt er niets aan te merken op de vertolkingen van liefdesliederen uit heel Europa. De meeste muzikanten zijn klassiek geschoold. De zang en het spel op ondermeer hobo, klarinet, piano, contrabas, cello, viool, gitaar zijn goed verzorgd. Maar het komt op mij té gekunsteld over. Het heeft een iets té klassiek smaakje. Allemaal muziek van papier, geen echte emotie, alles gespeeld. Toppunt was de belangrijkste van de drie zangeressen die een prachtige stem helaas koppelde aan een vorm van overacting die zelfs het publiek bij een operette - waar ze wellicht eerder thuis hoort - zou zijn opgevallen.
Schouwburg
's Avonds zijn er telkens dubbelconcerten in de prachtige koninklijke stadsschouwburg met zijn neorenaissance uitstraling. De eerste avond staan Olla Vogala en de speciale produktie Zuiderwind op het programma. De tweede avond Ovakango (Fluxus & Hoover The Dog) en Eleanor McEvoy (solo). De slotavond: Marwan Zoueini en Nikos Kypourgos & band (Kypourgos nam de plaats in van de aangekondigde Nikos Papazoglou die vanwege een verkeersongeluk verhinderd was).
Hoogtepunten
's Ochtends in de Orgelzaal ontstonden wat mij betreft dé hoogtepunten van dit festival. Je zit dicht op de muzikanten. Al gauw is er een huiselijke sfeer. Soms vrijwel letterlijk.
Lieven Tavernier kroop nog nooit zover onder mijn huid. Elk woord weegt door, temeer omdat hij er de beste toon bij weet te vinden. Er hangt een zekere triestheid over hem: ‘Ik sta altijd aan de kant, waar de regen valt...'. Door plankenkoorts overmand vraagt hij vertwijfeld aan een kennis op de eerste rij of het allemaal wel te harden is. Als door stomheid geslagen zwijgt ze...
Bij accordeonist Philippe Thuriot (Prometheus Ensemble, vaak actief bij het Muziek Lod en vaste begeleider van zangeres Catherine Delasalle) zitten eveneens bekenden in het zaaltje. Vlak voor hem. Hij zou ze bij wijze van spreken allemaal een hand kunnen geven: familie, Catherine Delasalle en leerling Bert Leemans (Embrun).
Thuriots nog piepjonge kindertjes luisteren stilletjes. Ze ogen trots. Daar hebben zij ook alle reden toe want papa - die zelden solo optreedt - citeert niet enkel uit zijn 15-jarige carrière maar biedt ook een wonderschoon kijkje in de muziekjes die hij thuis voor zijn kinderen speelt, als die zitten te tekenen. Zijn virtuoze en gevoelige spel heeft gelukkig niet geleden onder de hersenbloeding die hem anderhalf jaar geleden trof.
Thuriot heeft met zijn spel op de chromatische accordeon muzikaal gezien minimaal de potentie van een Kimmo Pohjonen of het Poolse Motion Trio. Alleen doet Thuriot het zonder alle poespas. Gewone trui, ribbroek, zachtaardige blik door een brilletje vanonder halflange donkere gekrulde lokken. Als vanzelf neuriet hij wel eens mee met de muziek die hij speelt. Dat gaat van improvisaties rond Astor Piazzola's Libertango tot John Lennon's Blackbird, maar meer nog brengt hij eigen composities geïnspireerd door bijvoorbeeld muziek uit de Krimm. Als hij een gevoelige weergave geeft van indrukken die hij overhield aan een trip door Senegal, laat ook hem dat nauwelijks nog onberoerd.
Het concert van Eva Deroovere & Gerry De Mol gaat met iets minder emotie gepaard, maar is zeker zo boeiend. Waar ze het werk van hun nieuwe album Min & Meer meest uitvoeren met behulp van twee muzikanten, traden ze nu met zijn tweetjes op. In deze setting waren hun liedjes nog kleiner en bloter dan we gewend waren. Twee stemmen en gitaar. Geen klarinet, viool, of percussie-spul dit keer voor zangeres Eva Deroovere. Nee, zij beperkt zich inventief tot instrumentarium van vlees en bloed: de vinger uit de mond ploppend, gebibber, fluitend, zuchtend, handenwrijvend, klappend etc. Het klinkt vaak opgeruimd. Olijk is het als het gaat over het kleine meisje dat van zichzelf vindt dat ze helemaal niet klein is. Maar het kippenvel komt toch weer eventjes onweerstaanbaar opzetten als Deroovere met gesloten ogen ‘Teder Hart' van Brell/De Mol vertolkt met mooie zinnen als: ‘In hun ogen drijft de spijt die achterblijft'.
Avondconcerten
Van de zes grote avondconcerten zijn er twee die mij het meest bijblijven, dat van de Ierse singer/songwriter Eleanor McEvoy en dat van Zuiderwind, het speciale project waarin vier piepjonge Zuidafrikaanse stemmen worden begeleid door zes muzikanten van de Vlaamse groep Olla Vogala plus een Zuidafrikaanse gitarist en percussionist.
Fluxus & Hoover The Dog
Het concert van Fluxus & Hoover The Dog vond ik ook verrassend. Beide groepen kwamen elk goed aan bod, maar vooral samen klonk het uitbundig en soms waanzinnig swingend. Verschillende ritmes tuimelden over elkaar heen. Van reggae tot jig. Strak ondersteund door bas en drums. Prachtige waren enkele Fluxus-walsen. Vooral die in 8 die Toon van Mierlo aanbracht. Hij maakt geen deel meer uit van Fluxus maar kennelijk wel van dit bijzondere Ovakango project. Mooie blazerssectie met naast Toon van Mierlo ook nog Koen Garriau en Stefan Timmermans. Zij produceerden prachtige harmonieën zoals die tussen doedelzak en altblokfluit. En wat een groovy sax. Aan de andere kant - ze stonden met tien muzikanten op het podium - klikte het ook tussen Greet Garriau op diatonische accordeon en Paul Hutchingson op chromatische accordeon. Hoover The Dog stoeide lekker met de ritmes van keltisch gekleurde instrumentalen met voorop die fraaie viool van John Hymas. Er klonken ook stemmen. Greet Gerriau verbaasde met een krachtig gezongen joik!
Olla Vogala
Olla Vogala maakte er een bijzonder concert van, maar bezorgde me toch een tweeledig gevoel. De groep vierde haar tienjarig bestaan. Wat ik niet begreep was het ontbreken van zanger Djamel die toch behoorlijk geluidsbepalend was de afgelopen jaren. Of was voor hem vanwege alle gastzangers geen plaats? Met Melike (Be, Turkije), Ludo Vandeau (Be), Stella Khumalo (Z-Afrika) en Luciano Catapano (Italië) was de vocale inbreng inderdaad al flink. Misschien wel iets té, want daardoor miste ik de langere dynamische instrumentale nummers waarmee Olla Vogala normaal furore maakt. De groep speelde nu hoofdzakelijk in dienst van de zang. Dat leverde natuurlijk juweeltjes op, zoals die rasechte Napolitaanse serenade van tenor Catapano en het fraaie ingetogen nieuwe nummer Judith dat Vandeau ten beste gaf begeleid door enkel strijkers!
Marwan Zoueini
Marwan Zoueini, de Libanese oud-speler en zanger, kwam in zijn eentje op oud en zang stroef op gang. Zijn stem klonk schuchter en zijn spel op de oud was niet subtiel. Toen zijn bandleden erbij kwamen veranderde dat snel. Het duurde niet lang of er ontstond een sfeertje van heerlijke improvisatie waarin het er vurig swingend aan toe ging. Turkse viool, Amerikaanse banjo, zigeunergitaar, arabische oud, en arabische percussie (tamboerijn en darbuka) zorgden voor een bijzondere fusie, waarbij uitersten toch bij elkaar bleken te passen.
Nikos Kypourgos
Van de Griekse componist Nikos Kypourgos heb ik vrijwel enkel zijn rug en zijn grijze krullenbol gezien. Met zijn rug naar het publiek dirigeerde hij een vijfkoppige groep en twee bijzondere stemmen: Lizeta Kalimeri en tenor Doros Dimosthenou.
Ik zie toch liever een instrumentaal participerende ‘dirigent' als Wouter Vandenabeele die naast zijn groep zit en zijn rol als dirigent iets bescheidener etaleert. Vandenabeele speelde overigens nog een stukkie mee op viool. De Griek en de Vlaming kennen elkaar van het Hadjidakis-project. Kypourgos ontnam onze blik op de muzikante die gitaar en luit speelde. Bovendien irriteerde de manier waarop hij de zangeres nogal eens abrupt opzij zette als hij de microfoon nodig had om iets aan te kondigen.
Dat deze baas een gigantische staat van dienst heeft is bekend. En dat hij mooie vaak gevoelige muziek componeert staat buiten discussie. Maar het klonk me toch ook af en toe iets te bedacht en iets te klassiek in de oren. Indruk maakte op mij de tenor, de glijdende tonen op de Turks-Arabische ney (fluit) en de 1-snarige viool en het samenspel tussen die twee. Verder bestond het ensemble nog uit een percussionist, een contrabassist en de onzichtbare snarenvrouw. Plus een dirigent.... Of ben ik dan te oneerbiedig.
Eleanor McEvoy
Eleanor McEvoy is het bekendst van haar nummer Only A Woman's Heart, dat al door zoveel groten werd gecovered. Tegenwoordig klinkt ze minder folkachtig zeker op haar laatste meer rockachtige cd's. Nu, in haar eentje met akoestische gitaar op het grote podium, is ze toch weer die folky, zij het met een rocky uitstraling. "Toch voel ik mijzelf een folksinger", zegt ze, "Ik zing over wat je als vrouw meemaakt in Ierland".
Ze beheerst in haar uppie al snel de hele zaal. Haar stem heeft het donkere van Dolores Mary O'Riordan (Cranberries) en het beheerst overslaande van Sinead O'Connor. Haar bluesy gitaarspel is niet om over naar huis te schrijven, haar teksten en zang wel. Ze heeft een goed gevoel voor humor en is uit het kritische hout gesneden. Ze is speels, ondeugend, innemend en subtiel. "Wie mij kent weet dat vrijwel alle vrouwen in mijn liedjes door hun vriendjes worden gedumpt. Ik heb daar een nieuwe variant op gevonden", om meteen ‘The Rain Falls' in te zetten waarin een meid de bons krijgt per per e-mail. Geen tranentrekker maar een pittige song vol venijn, pittig gitaarspel, schoonheid en een knipoog.
Van haar recentste album ‘Early Hours' zingt ze "You'll Hear Better Songs (Than This)" met redelijk fingerpicking gitaarspel. Ook van dat album doet ze de interpretatie van Chuck Berry's "Memphis Tennesssee" en het midtempo nummer "I'll Be Willing".
Tot dan toe heeft het allemaal niets van doen met traditionele muziek. Daar komt verandering in als ze de fiddle uit de koffer pakt. Ze vertelt over de pub bij haar om de hoek in Wexford. In ‘Butlers' doet ze als 't kan elke vrijdagavond mee in een Ierse sessie. Niet zingend, maar op de fiddle. Ze zet de viool aan haar kin en speelt de slow air "Driving Home From Butlers". Er volgen ook nog een (te) rustige jig en reel. Ze blijkt geen hoogvlieger op viool, hoewel haar spel in de begeleiding van een nieuwe song ‘Wrong so wrong' toch iets dynamisch heeft.
Dan zingt ze nog een nummer in Gaelic. Eigenlijk moet ze niets hebben van dat oude gedoe... "Moet ik nu weemoedig gaan zingen over een meisje dat haar homeland met pijn in het hart verlaat en naar het verre Londen vertrekt, terwijl je tegenwoordig met Ryan Air in no time vanuit Dublin in Londen bent, en weer terug...?"
Uiteindelijk grijpt ze natuurlijk terug naar haar eerste album. Een juichkreet van herkenning gaat door de zaal: ‘Only A Woman's Heart' klinkt mooi!
Zuiderwind
Zuiderwind is een speciaal project dat is opgezet door Jo Van Driessche (Rembetika vzw) en Wouter Vandenabeele (Olla Vogala). In Griekenland waar zij in aanloop naar de Olympische Spelen een project rond componist Manos Hadjidakis verzorgen vertellen Zuid Afrikaanse zangeressen over het vele ondergewaardeerde vocale talent in hun thuislanden. Samen met de Zuid Afrikaanse zangeres / zangpedagoge Stella Khumalo selecteert Vandenabeele in Zuid Afrika na een auditie vier piepjonge stemmen. Drie meisjes Mpumi Mkhawanazi, Cindy Ngidi en Thembi Mazibuko en een jongen Simon Samukelo Dube. De zangpedagoge bereidt hen in Zuid Afrika voor op wat in Brugge gaat gebeuren. Ze zoeken passende nummers uit van township jazz tot gospel. Vandenabeele schrijft er de arrangementen bij en e-mailend wordt een en ander op elkaar afgestemd. Een paar dagen voor het eerste optreden in Brugge komen ze bij elkaar voor de eerste repetitie. En tijdens de première klinkt het als een klok!
Met name de kleinste van het stel, Mpumi, dient zich aan als een nieuwe Myriam Makeba. Uit Zuid Afrika zijn ook meegekomen gitarist Lungile Phatho (typische springerige vrolijke Afrikaanse stijl op elektrische gitaar) en percussionist Isaias Lazaro Nhacocome. Maar zij staan evenals de zes Olla Vogala's duidelijk in de schaduw van de vier stemmen. Wat een vitaliteit! En wat een prachtige typische Zuid-Afrikaanse driestemmige harmonieën. De gospel Mphefumlo maakt heel wat los in de zaal, er volgt een ware ovatie, terwijl het concert nog lang niet voorbij is. De jonkies ondergaan het beschroomd. Zoals ze telkens wanneer ze niet zingen een bedeesde indruk maken. Zodra de muziek begint komen ze echter in beweging en stralen hun ogen.
Waar de muziek in vorige projecten van Olla Vogala, zoals het Marokkaanse vorig jaar, nog duidelijk een Olla Vogala signatuur kende, was daar nu in het merendeel van de nummers nauwelijks sprake van. De band speelde geheel in dienst van de zang. Knap werk dus van An Niepold (accordeon), Luc Vanden Bosch (drums), Mark Demaeseneer (sax), Arne Van Dongen (contrabas), Frederik Heirman (trombone) en Wouter Vandenabeele (viool, mandoline).
Dit gezelschap trad een dag later (afgelopen zaterdag) ook op in Dendermonde. Volgend najaar volgt een twee weken durende tournee door Zuid-Afrika, waarna in de tweede helft van oktober diverse locaties in Vlaanderen en Nederland worden aangedaan. Tegen die tijd zal ook een album van dit project verschijnen.
Fietsverlichting
Als Rembetika volgend jaar zijn geld opnieuw stopt in een project als Zuiderwind, neem ik het ontbreken van een festivalclub of iets dergelijks op de koop toe. Dan laat ik me met liefde een poot uitdraaien op de overvolle terrassen van de markt. Dan zal ik niet zeuren over de fietsverlichting die tot twee keer toe van mij fiets gesloopt werd. Zelfs in die mooie stad Brugge ja...