-door Patrick Adriaans-
Blue Highways, dat associeer ik met paden die doorgaans niet bewandeld worden. Met emotie, op een rafelige manier gebracht, vanuit het hart. De voorgaande afleveringen van Blue Highways voldeden ook aan dat etiket. Helaas was het wat dat betreft deze editie toch behelpen.
Muzikaal zaten de bands die ik gezien heb allemaal wel goed in elkaar, maar het miste ziel. Het meest overtuigend op dit gebied werd er toch gezongen in de kleine zaal. Caroline Herring, die her en der een snik in haar zang had op momenten dat het gepast was, zonder gemaakt over te komen. En ook Lori McKenna wist op dit gebied te overtuigen. En als het gaat om muziek brengen met passie en ongebreidelde energie was de afsluiter in de kleine zaal Two Cow Garage de plek om te zijn op dit festival.
Maar dat is veel te weinig voor een festival als Blue Highways. Was er dan niet meer te genieten? Jawel, er werd wel mooie muziek gemaakt, maar voor mooie muziek alleen ga je niet naar Blue Highways, daar horen ziel en emotie zeker ook een rol te spelen. Wat niet wegneemt dat ik op zich genoten heb van de samenzang van de Tres Chicas, die ook zeer aardig samenspeelden. Erg uitgekeken had ik naar het optreden van Kate en Anna McGarrigle, al voor Blue Highways, maar ook tijdens. Het werd steeds maar weer uitgesteld, omdat Kate vastzat in een trein die tegen een koe opgereden was. En dan te bedenken dat het nieuwe album van ze La Vache qui Pleure heet. Welk een ironie...
Het optreden zelf was zeker de moeite van het wachten waard. Het begon wat onwennig, de stemmen kwamen nog niet boven de muziek uit. Maar gaandeweg het optreden werd de balans gevonden. Ook hier ontbrak de emotie, maar er werd op een zodanig hoog niveau gemusiceerd dat het hier niet stoorde. En de muziek van de McGarrigles leent zich ook niet voor emotie.
Verder zag ik nog Jim Lauderdale, Tom Russell, Son Volt en Chuck Prophet. De laatste twee vond ik tegenvallen. De eerste twee konden me meer bekoren, met name Tom Russell. Al had deze een nummer over Woody Guthrie, dat ik zowel tekstueel als muzikaal niet echt een eerbetoon vond aan Woody. Een nummer zingen vanuit het oogpunt van de moeder van Guthrie gaf bij mij een beetje een dubbel gevoel. Voor de leken, de moeder van Guthrie leed (net als hijzelf later) aan de ziekte van Hutchinson waardoor ze (net als hij later) in een inrichting verdween. Goedbedoeld nummer maar ik voelde het anders.
Zo komen we weer terug bij de teneur van dit stuk. Ik dacht deze editie veel terug aan de vorige edities en de verrassingen die daar te zien waren. Dit was toch teveel net niet, niet slecht maar saai. Volgend jaar beter?