Terugkaatsend geluid speelt prachtig Gjallarhorn parten
De Finse groep Gjallarhorn is op tournee. Deze week zijn ze nog op drie plaatsen in Nederland te bewonderen: morgen (di) in Groningen, donderdag in Hengelo en vrijdag in Leiden. Afgelopen donderdag 23 oktober gaf Gjallarhorn een concert in de Concertzaal in Tilbug. Op ons verzoek schreef Kelly van der Heijden (gitarist Inner Strength) een impressie.
- door Kelly van der Heijden -
De Finse wereldmuziek formatie Gjallarhorn is al jaren een van mijn grote voorbeelden. Afgelopen donderdag heb ik ze voor de derde keer live aan het werk gezien en ik blijf ze geweldig vinden. De zang van frontvrouw Jenny Wilhelms was weer prachtig en ook de andere bandleden maakten opnieuw veel indruk. Gjallarhorn is een levend sprookje. Ik vind het dan ook meer dan terecht dat ze prijs voor de beste act van Scandinavië hebben gewonnen. Het concert in de Tilburgse concertzaal was voor Gjallarhorn het zesde optreden in een rij van acht tijdens hun tournee in Nederland.
Nu ik zelf een keer op de stoel van de kritische toehoorder zit, kan ik ook enkele kanttekeningen plaatsen. Zo is er sinds de laatste keer dat ik ze aan het werk heb gezien, op 28 november 2002 in Doornroosje, niet veel veranderd. Geen nieuw repertoire, vrijwel dezelfde show. Zelfs de verhaaltjes die Jenny bij de nummers vertelde kon ik me nog bijna exact herinneren.
De set begon naar mijn mening wat slap, met veel nummers die teveel op elkaar leken. Toen de overigens voortreffelijke didgeridoo-speler Tommy Mansikka-Aho ook af en toe naar zijn mondharp en berimbau greep, kwam de sfeer er pas goed in. Ik had het leuker gevonden als ze direct wat meer afwisseling hadden gezocht. Maar goed, da's misschien een kwestie van smaak.
Ik vond Gjallarhorn in de grote, hoge concertzaal minder tot z'n recht komen dan in het knussere, warmere Doornroosje. Het leek afgelopen donderdagavond allemaal veel afstandelijker. Jammer was ook dat de zaal maar half vol zat. We zullen het de mensen die de concertzaal voorbij liepen niet kwalijk nemen, ze weten niet beter ;-). Feit blijft wel dat het voor een halfvolle zaal lastig spelen is. Niet alleen voor je gevoel, maar ook akoestisch gezien. Jenny vertelde na het optreden dat ze veel last hadden van het geluid, dat voortdurend weerkaatste. Het valt niet mee om dan altijd perfect in de maat te blijven, al slaagden ze hier behoorlijk goed in.
De performance vond ik eerlijk gezegd een beetje tegenvallen. Zo is er bijna geen interactie tussen de bandleden. Het is vooral percussioniste Sara Puljula die hier af en toe een poging toe doet. Ik vind Sara met haar gedoseerde spel overigens een geweldige muzikante. Voor de performance vind ik het ook jammer dat er redelijk wat muziek vanaf 'band' wordt meegespeeld. Je hoorde soms twee of drie lagen percussie, terwijl alleen een tamboerijn (zichtbaar) werd bespeeld. Persoonlijk vind ik een optreden dan toch minder 'echt' overkomen. Soms had ik zelfs het idee dat de muzikanten niet helemaal in de pas liepen met de band die werd afgespeeld. Het terugkaatsende geluid zal hier ongetwijfeld de voornaamste oorzaak van zijn geweest. Het meespelen met de band heeft natuurlijk ook zijn voordelen: als de overige partijen niet te horen zijn, zou het viertal ongetwijfeld veel te kaal klinken ten opzichte van hun cd's.
Het enige echt grote minpunt vond ik het stemmen tussen de nummers door. Net als Jenny de achtergrond van het volgende nummer probeert te schetsen, wordt ze gestoord door het stemmen van altviolist en mandolaspeler Adrian Jones, die overigens voortreffelijk speelde. Als muzikant kan ik me dit goed voorstellen; voor het publiek is dit echter niet zo prettig. Vooral niet omdat er op volle geluidssterkte werd gestemd. Althans, zo leek het op de eerste rij, dicht bij de monitoren. Soms waren de verhalen van Jenny bijna niet verstaan. Ik vind het moeilijk te begrijpen dat zo'n goede band dit niet anders probeert op te lossen.
Al met al is Gjallarhorn er naar mijn mening weer in geslaagd om een prima optreden neer te zetten. Aan de reacties van het publiek te merken, zal deze mening door de aanwezigen wel worden gedeeld. Ik vond het leuk om zelfs enkele bejaarden in het publiek te zien genieten. Geweldig dat mensen op die leeftijd nog voor iets nieuws openstaan!
Wel vraag ik me af waar het in de toekomst met Gjallarhorn naar toe gaat. Eerlijk gezegd vond ik het laatste album 'Grimborg' een beetje tegenvallen ten opzichte van 'Sjofn'. Het lijkt op meer van hetzelfde, maar het klinkt naar mijn mening vooral veel vlakker. Eigenlijk zit ik niet te wachten op een vergelijkbaar 4e album. Ik ben dan ook benieuwd hoe ze zich verder gaan ontwikkelen.
Hoe dan ook: ik vind Gjallarhorn een van de meest originele wereldmuziekacts die ik ooit gehoord heb. Ze zouden op eigenlijk op geen festival mogen ontbreken. Misschien ook nog een keer op Folkwoods?!
Lúnasa: klasse van klassiek geschoolde musici
met rock-power en folk-uitstraling
De Ierse topper Lúnasa heeft afgelopen week een aantal concerten in Nederland gegeven. Half november komt de groep terug voor enkele optredens tijdens Celtic Nights. Donderdag stonden ze op het podium van Odeon in Zwolle. Wegener-journalist Dick Laning was erbij en schreef erover in de krant. Het concert moet iets heel bijzonders geweest zijn want Laning gaat niet zo snel uit z'n dak. Enkele citaten:
…Knap chagrijnig kun je worden van het zoveelste Ierse bandje dat de ene na de andere reel riedelt en jolig de vijfde set jigs inzet. Om de schijn op te houden wordt er af en toe nog een ballad gezongen, maar voor de rest is het stampen en rammelen. (…) Lúnasa is verschrikkelijk veel meer dan de spreekwoordelijke uitzondering. Dit vijftal heet dus niet een band, maar een kwintet, aangezien de heren stuk voor stuk de klasse van klassiek geschoolde musici hebben. Maar Lúnasa heeft de uitstraling van een folkgroep en de power van een rockband. (…) het repertoire vraagt zoveel van hun muzikaliteit en vakmanschap, dat je genadeloos onderuit gaat als het een avond niet loopt. Of ze dat wel eens overkomt valt op grond van het concert in Zwolle niet waar te nemen, want hier presenteren ze zich als een absolute topband…
...Lúnasa is een puur akoestisch kwintet met veel fluiten, een contrabas (zeldzaam in een Ierse folkband), viool, uillean pipes (doedelzak) en gitaar. Zou je in de eerste set af en toe wellicht nog een fraaie zangstem wensen, na de pauze valt je mond soms open van verbazing. Ongenadig als de golven kunnen beuken op de Ierse rotsen, zo komen de reels in een moordend tempo voorbij. En nooit rechttoe-rechtaan maar altijd met verrassende tempowisselingen en met fluitspel dat mijlenver boven de noten uitstijgt. Dan hoor je lieflijk vioolspel of een intrieste, klaaglijke slow-air op die indringende uillean pipes. En altijd is er dat onvermoeibare, sterke ritme van die gitarist, geholpen door een stuwende bas….
…In de keuze van hun repertoire zijn de vijf net zo eigenwijs als in de keuze voor louter instrumenten. Wat je hoort is pure traditie, zij het nergens belegen. Misschien is wat Lúnasa laat horen juist wel de ware aard van al die traditionals of in een traditioneel idioom geschreven nummers…
…Lúnasa is genoemd naar Lugh, de Ierse god van de kunsten. Die ouwe baas zal daar dik tevreden mee zijn…
Country-deuntjes Jumbalaye voor DJ.Jak te toegankelijk
DJ.Jak is naar een concert geweest van Jumbalaye in Meulebeke. Country door Eva de Roovere (Kadril, Oblomow), Nathalie Delcroix (Laïs) en o.a. snarenvirtuoos Wigbert Van Lierde. DJ Jak vond er niks aan, maar weet het nog aardig te formuleren. Hier een citaatje. Overigens staan op zijn site www.folkroddels.be een mooie fotoreportage van dit concert.
…Dat de groep bestaat uit stuk voor stuk rasmuzikanten staat boven alle twijfel. Maar meestal is de muziek wat mij betreft te toegangkelijk. Slechts af en toe wisten ze bij me een gevoelige snaar te raken. Voor alle duidelijkheid : de rest van het publiek genoot met volle teugen van de leuke country-deuntjes...