-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
Het contrast tussen de twee sets is groot, eerst zijn er de prachtig ingetogen liedjes met complexe melodieën van Alexandra Alden, daarna barst er een uitbundig feest los met een energiek staaltje onvervalste bluegrass en country door Paris Texas. Een met een zestigtal bezoekers uitverkochte kapel van DomusDela in Eindhoven geniet met volle teugen.
Het is even wennen aan weer een andere locatie voor De Maandag van Van Meurs, voor een drankje moet je naar de andere kant van het gebouw en er staan geen tafeltjes bij de stoelen, maar de kapel van DomusDela vormt een prachtige achtergrond voor de muziek van deze avond.
Alexandra Alden won de Ad van Meursprijs voor het mooiste liedje 2019 en uiteraard komt dat nummer, Darling (over een jong stel dat elkaar nog aftast, maar tegelijk ook over het vinden van jezelf), voorbij net als Pilgrim en nog een paar andere stukken van haar album Wild Honey.
Haar mooie zachte heldere vocalen gaan vergezeld door fijn gitaarspel, zowel elektrisch als akoestisch, maar krijgen nog iets extra's door de gevoelige en sfeervolle contrabas van Jurriaan de Kok, die bovendien laat horen dat zo'n staande bas ook zonder andere instrumenten een prima begeleiding kan zijn.
Hoewel de liedjes veelal dromerig klinken zit er meer achter dan je op het eerste gehoor zou denken en dat wordt met name duidelijk als ze begint aan het laatste nummer, Wild Honey & Thyme. De dame komt uit Malta en maakt zich zorgen om haar land, om de moord op een journalist een paar jaar geleden, corruptie tot in de regering aan toe en het landschap dat verpest wordt door allerlei lelijke bouwprojecten. Vol bevlogenheid vertelt ze erover, in een democratie kun je toch met elkaar praten is haar stellige overtuiging en ze heeft haar idealen en protest subtiel verwerkt in de tekst, waaruit tegelijk de liefde voor haar moederland spreekt. Een virtuoos begin van de avond.
Na de pauze is het aan Paris Texas om het publiek te vermaken en dat doen deze Belgen met verve. Als jonge honden zo speels en uitbundig voeren ze hun liedjes uit, het plezier spat er vanaf. Maar ja, ze hebben dan ook al zeven maanden niet mogen optreden en de opluchting dat dat nu wel weer kan klinkt door in hun muziek. De band heeft een oude bekende in de gelederen, Jan Michielsen van 4Wheel Drive, die ook al eens op de Maandag te zien was, zijn mandoline vormt een ijzersterke bindende factor in het bruisende geheel. De andere mannen leren we deze avond een beetje kennen. Zo was de groep nooit ontstaan zonder bassist Maarten Michielsen, mag Dirk Peeraer met de platte gitaar (of dobro zo u wilt) nog lang niet afgeschreven worden en zijn gitaristen en frontmannen Gerrit Hüppertz en Dave Crokaerts vrienden die graag samen muziek maken en de kern van de band vormen.
Vol overgave storten deze vijf mannen zich in hun optreden, de nummers zijn deels afkomstig van When You’re Gone, hun eind vorig jaar bij het sympathieke label Trad Records verschenen debuutalbum, maar we krijgen ook al voorproefjes van het tweede album, dat nog opgenomen moet gaan worden. En dat eigen materiaal is de moeite waard, zelf grappen ze nog over dat ze nu tot de top van de internationale singer-songwriters horen (er staat een bord van De Maandag van Van Meurs met die tekst), “dat wisten wij niet, wij zijn maar Belgen,” zegt Hüppertz bescheiden, maar hun verhalen over gebroken harten en andere treurnis doen zeker niet onder voor die van heel wat Amerikaanse collega’s. Bovendien klinken ze meer ontspannen dan gelikt en dat geeft ze zeker zoveel charme. Er wordt regelmatig samengezongen, en wat klinkt dat lekker naast de wat knauwende vocalen van Hüppertz en de meer robuuste stem van Crokaerts, die de meeste leadpartijen voor hun rekening nemen.
Inspiratie werd gevonden in de VS, waar o.a. Prospect Avenue (iets met een lief in New York, maar het ging niet goed met die relatie, want zo hoort dat in de country) vorm kreeg, maar ook de zelfgekozen dood van een vriend wordt verwerkt in Friend Of Mine. Het publiek reageert met een zeer welgemeend applaus, zowel de inhoud van de liedjes als de muzikale capriolen op het podium worden gewaardeerd in de zaal.
En natuurlijk is er een meneer die weet dat Lone Star over Texas gaat en de mannen voelen zich zelfs zo welkom bij dit aandachtige publiek dat met enthousiasme reageert, dat ze een nieuw stuk uitproberen met enkel akoestische gitaar (Jan Michielsen) en zang, nostalgische weemoed slaat toe bij de Good Old Times. Vervolgens heeft een andere bezoeker nog ooit meegedaan met het spuwen van kersenpitten en ook dat stuk (Cherry Stone) vind ik niet op hun debuut, maar het heeft wel een hilarisch einde.
Hun klassiekers kennen ze trouwens ook, bluegrass is immers niet compleet zonder een instrumentaaltje van Bill Monroe en omdat ze deze avond in ons land spelen hebben ze een wel heel lekkere countrygrass (bestaat dat woord eigenlijk?) uitvoering van The Dutch Mountains. Als je dan ook nog een heerlijk uitgelaten Guitar Town van Steve Earle voorbij hoort komen weet je waar Paris Texas ook in het eigen werk zo'n beetje de mosterd vandaan haalt.
Na afloop wordt er nog even nagekletst, zowel Alexandra Alden als Paris Texas willen graag een nieuw album opnemen, maar hoe en wat is nog niet helemaal duidelijk, corona en lockdown kunnen immers nog roet in het eten gooien. Tenslotte wordt er nog vinyl geruild tussen beide acts, het wordt tijd om te gaan, met lichte tegenzin, want soms wil je eigenlijk geen afscheid nemen van zo'n heerlijke muzikale avond.