-door Mirjam Adriaans, foto Ronald Rietman-
Slechts een veertigtal bezoekers waren gisteravond getuige van een bijzondere avond in de reeks Ad van Meurs presenteert… bij Meneer Frits in Eindhoven. De Engelse singer-songwriter Russell Joslin en zijn partner Sarah McCaig maakten indruk, met sterke teksten en een intense vorm van folk waarmee ze wisten te boeien van begin tot eind.
Zijn gitaar ziet er afgeragd uit, alsof hij er al een jaar of veertig mee onderweg is, terwijl hij zelf die leeftijd nog niet eens bereikt heeft. Hoewel zijn naam geen belletje doet rinkelen, maakte Russell Joslin sinds 2007 toch al vier albums, de laatste twee met medewerking van zangeres Sarah McCaig. Vorig jaar vertelde Joslin in een interview dat hij niet opgroeide met folk, hij speelde zelf klassieke muziek en luisterde naar de rock- en heavy metalplaten van zijn oudere broer. Toen hij zelf liedjes ging schrijven realiseerde hij zich pas dat de dichters en de herrieschoppers onder de singer-songwriters hun wortels in de folk hadden en dat dat bepaald geen zweverig lief genre was.
Deze achtergrond is terug te horen in de liedjes van Russell Joslin, die beide sets in zijn eentje begint, met zijn gitaar en diepe stem met een heerlijk scherp randje (je zou bijna punkliedjes verwachten bij het geluid), om na een paar nummers Sarah McCaig uit te nodigen op het podium. Zij blijkt een aanwinst met haar mooie donkergekleurde vocalen, die ook heerlijk melodieus kunnen klinken zoals in het nummer Shackles, waar haar stem een prominentere rol krijgt.
Vol passie brengt Joslin zijn sterke teksten die soms hard binnenkomen, en hoewel hij zo af en toe ook wel over de liefde schrijft zijn ook die woorden bepaald niet lief van toon. Water For Blood bijvoorbeeld heeft meer weg van een murder ballad:
Drained of life and drenched to the skin
With guilt and unforgivable sin
And the words I sing so loud and untrue
But blood is no thicker than water
Not even for you
De genoemde liedjes zijn afkomstig van het gloednieuwe album Hey Mathematician, dat in Engeland pas in de zomer zal verschijnen. Daarop staat ook If I Die A Tory, een protestlied waarin de regering de schuld krijgt van een en ander, verplichte kost voor folkies zou ik zeggen. Toch is Joslin geen echte protestzanger, hij heeft eerder een verhaal te vertellen, in de traditie van vele folkzangers, maar tegelijk met beide benen in de moderne tijd. Vaak put hij inspiratie uit persoonlijke ervaringen, zo leverde een verblijf in Amerika hem een paar mooie stukken op: Robin In Black, over een intrigerende ontmoeting met een meisje die op niets uitloopt, en Pittsburgh It Is, over hoe hij in die stad strandde met een Greyhound bus en vervolgens samen met een veganistische heavy metal muzikant een bar opzocht. Beide stukken zijn terug te vinden op zijn vorige album, Harlequins, uit 2015.
Naast zijn eigen werk kent Joslin ook zijn klassiekers, zo blijkt uit een sterke uitvoering van Outlaws And Dreamers van de Schotse folkicoon Dick Gaughan aan het eind van zijn eerste set en een prachtig intens samengezongen Where Did You Sleep Last Night oftewel In The Pines als toegift. Deze laatste schrijft hij toe aan Lead Belly, volgens mij is het nog wat ouder, maar die vergissing vergeef ik hem graag. Sommige bezoekers praten nog even na, nee, mooi is niet het juiste woord voor wat we gehoord hebben, fascinerend wel, boeiend van begin tot eind, het was even wennen, maar wel goed, het doet denken aan Wovenhand. Makkelijk is het niet om precies te omschrijven wat er gebeurde deze avond, maar een ding is zeker: Russell Joslin en Sarah McCaig hebben hem heel bijzonder gemaakt.