-door Mirjam Adriaans, fotos Ronald Rietman-
Een nieuw initiatief zag gisteren het levenslicht: Kempenfolkcafé in Luyksgestel begon gelijk gevarieerd, met volksdansdeunen door het Kempisch Volksorkest, Bretons repertoire en Nederlandse liedjes van de Snurkende Schurken en een mooie reünie van oude vrienden in The Boma Family.
Het eerste Kempenfolkcafé in het nog vrij nieuw ogende CC Den Eijkholt opent met muziek uit de regio. Het Kempisch Volksorkest is al zon 35 jaar bezig en speelt maandelijks samen in De Beiaard in het nabijgelegen dorp Postel. De fanfare- en harmonietraditie van het zuiden van Nederland heeft zich ook hier goed genesteld en deze avond worden diverse volksdansen ten gehore gebracht. En om die dansen ook te laten zien zijn de Kempische Volksdansers meegekomen. Deze groep zorgt ervoor dat de zaal ook heel goed gevuld is bij de andere optredens, naast zeker nog enkele tientallen bezoekers die hun weg naar Luyksgestel hebben weten te vinden voor dit mooie initiatief. Dat is een heel aardig begin, maar het aantal moet nog groeien, al zal dat enige tijd gaan kosten, zo erkent ook een van de organisatoren, Frank van Ham, na afloop.
Het programma loopt een half uurtje uit als de Snurkende Schurken ook op het podium mogen spelen in plaats van in de foyer zoals eerder aangekondigd. Maar de mannen laten zich niet kisten en vertellen gelijk goedgemutst dat ze zo heten totdat ze een betere naam hebben verzonnen. Het geluid bij hun optreden is aan de scherpe kant, maar ze zetten evengoed met plezier een scottisch in. En waar de gemiddelde balfolkie zich waarschijnlijk graag in deze dans of later in een mazurka of ridée had gestort, blijken die voor de volksdansers te onbekend of juist te anders dan wat ze gewend zijn, al waagt een enkel paar het er toch op. Als tenslotte de humoristische Wijvendans aan bod komt blijkt de eenvoudige andro wel een dans waar zich wat meer mensen met plezier bij aansluiten.
Als laatste is er een primeur voor Nederland met The Boma Family. De naam van de groep zal weinigen iets zeggen, die van de leden daarentegen des te meer: Wouter Vandenabeele (viool), Tom Theuns (gitaar, melodica, banjo) en Gabor Vörös (gitaar) kennen we al van onder meer Ambrozijn, Olla Vogala, Aurelia, Soetkin Collier, Think Of One, Follia!, en dat is maar een greep uit wat deze mannen zoal hebben gedaan. Ze woonden begin jaren negentig in hetzelfde studentenhuis aan de Bomastraat in Gent (vandaar de naam) en zaten samen met andere muzikanten onder meer in de groep Dearest Companion. Vanuit die groep in de Bomastraat is later onder meer Ambrozijn ontstaan, naast Laïs een groep die belangrijk is geweest voor de vernieuwing en opleving van de folk in België, maar ook in Nederland diverse liefhebbers trok. Een jaar geleden had Vörös een tourtje in Roemenië en vroeg zijn oude vrienden om nog eens mee te spelen. Vandaaruit is het balletje gaan rollen, ze speelden ook al in Engeland en deze avond voor het eerst in Nederland. We spelen vaker in het buitenland dan in België, grapt Vandenabeele na afloop, al vertelt hij er wel bij dat ze inmiddels ook in eigen land al enkele optredens deden. Vörös neemt vooral de leadzang voor zijn rekening, af en toe wisselend met Theuns. Er wordt flink gespeeld met de stemmen, Vörös af en toe wat gruntend of met een knijpstemmetje, waarin ook Theuns een meester is. Maar zang is niet het sterkste punt van deze heren, dat is hun muziek, te beginnen met een walske maar mensen met veel fantasie kunnen er ook een jig op dansen. Nou die fantasie blijkt hard nodig, want de heren weten een melodie neer te zetten die weliswaar ergens wel de basis van een wals of jig heeft, maar waar ze met dwingend gitaarspel en virtuoos ijle vioolklanken voortdurend een licht alternatief geluid omheen blijven vlechten. Hoewel er de hele avond een licht geroezemoes heeft geklonken verstommen de stemmen af en toe, bij een sterke solo van Vandenabeele, een bijzonder grappig stemmenspel of om goedmoedig mee te aaaahen met een lied zonder veel tekst. Het repertoire is Engelstalig, maar hier en daar hoor ik iets voorbijkomen dat aan Ambrozijn doet denken, en dat wordt later bevestigd door Theuns en Vandenabeele, nummers van toen zijn later ook op Ambrozijn-cds gezet, zij het meestal in het Vlaams of Frans en met net een wat andere bewerking. Dat deze drie mannen kwaliteit bieden staat buiten kijf, zo blijkt ook uit de bewonderende reacties van het publiek, dat enthousiast vraagt om een toegift.
Deze primeur vormt een mooi einde van een geslaagde avond, die hopelijk nog heel veel vervolgen zal krijgen. In de foyer van Den Eijkholt wordt nog een sessie op gang gebracht, en met de klanken van het Tuinpad Van Mijn Vader gaan we huiswaarts. De volgende editie van Kempenfolkcafé, op 21 februari, belooft opnieuw veel goeds, met onder meer Té en het kwartet ¡Adiós Maestro Alfredo! (met Jopie Jonkers, Koen De Cauter, Juan Masondo en Dick Van Der Harst). En op 21 maart zijn o.a. De Verenigde Volksmuzikanten te gast.
Meer weten? Programmering en info (ook voor bands die zich willen aanmelden):