-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
Hij komt zijn nieuwe plaat The Low Highway voorstellen en daar speelt Steve Earle ook heel wat stukken van, maar ondertussen komt ook een doorsnee van zijn eerdere werk voorbij en vraag je je af of er eigenlijk een rootsgenre is dat ie niet beheerst. Hij begint akoestisch, om er vervolgens vol rockend in te vliegen waarna ook country, folk en bluegrass nog te horen zijn. Zijn optreden in de Effenaar in Eindhoven is strak met een goede opbouw naar een spetterende uitsmijter.
Naast een cd-voorstelling is het optreden ook een eerbetoon aan folkicoon Woody Guthrie, zijn muziek is dan ook gelijk te horen bij aankomst in de zaal en na afloop zingt een enkeling zelfs mee met de klanken van This Land Is Your Land. Steve Earle is zijn land afgelopen jaar steeds meer gaan bekijken door de ogen van Guthrie, zo vertelt ie tijdens zijn maar liefst 2 uur durende optreden. Maar voordat hij daaraan begint kondigt ie eerst zijn voorprogramma aan. Als je goede muzikanten in je band hebt (The Dukes & Duchesses zijn "the best band in the whole world" aldus Earle), die ook nog zelf cd's maken, dan is dat gemakkelijk geregeld. Chris Masterson (gitaar) en Eleanor Whitmore (akoestische gitaar, viool) vormen een duo dat lekkere rootsy luisterliedjes brengt van hun nieuwe plaat Birds Fly South. Een fijn opwarmertje voor het werk van de meester zelf, die de goed gevulde Effenaar niet verrast, maar wel prima weet te vermaken.
Na een akoestisch begin met het titelnummer van The Low Highway barst het gitaargeweld los en dat komt het geluid niet echt ten goede. Als ik een viool op het podium zie, zou ik die namelijk ook graag horen, en die verdronk behoorlijk in de stevige rocknummers, gelukkig bleek de balans in de akoestische stukken beter, Whitmore is overigens de enige Duchess deze avond, Allison Moorer ontbreekt. Behalve flink wat werk van de nieuwe plaat krijgen we ook een carrière-overzicht in vogelvlucht. Nummers als Taneytown of Copperhead Road en Galway Girl gaan er nog steeds in als koek bij de fans. Wat mij betreft zijn de folky nummers de krenten uit de pap, This City bijvoorbeeld (ook gebruikt voor de tv-serie Treme over New Orleans na Katrina), waarbij de zaal stil luistert naar de prachtige tekst: This city won't wash away / This city won't ever drown / Blood in the water and hell to pay / Sky turned gray when the pain rained down.
Maar nadat hij zijn bassist Kelley Looney even in de schijnwerper laat staan neemt Earle de banjo ter hand om Warren Hellman's Banjo ten gehore te brengen en dan ben ik helemaal verkocht, hij voegt met dit stuk (ook op The Low Highway te vinden) een regelrechte oude Amerikaanse folkblues toe aan de traditie. Het is gelijk een ode aan Warren Hellman, een bankier die ook achter het jaarlijkse festival Hardly Strictly Bluegrass zat en er bij zijn dood in elk geval voor zorgde dat dat nog zeker een jaar of 10 kan voortbestaan. "It shows that if you're rich you don't have to be an asshole" voegt Earle er nog aan toe. De echte bezieling mis ik deze avond een beetje, maar hij blijft maatschappelijk betrokken, maakt zich ook zorgen om de opmars van autisme in de wereld sinds zijn drie jaar oude zoontje John Henry die diagnose heeft gekregen. Earle draagt Remember Me in de eerste toegift aan hem op. En ach, het publiek is toch enthousiast, dus heeft ie ook alvast een tweede toegift ingecalculeerd, om het concert dan echt af te sluiten met een snoeiharde uitsmijter, The Revolution Starts van het album The Revolution Starts Now waarvoor hij een Grammy in de wacht sleepte. De fans kunnen tevreden terugkijken op een geslaagde rootsavond.
Meer foto's van onze fotograaf staan hier.