-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
De Celtic Folk Night die op dit moment een kleine tour doet door Nederland is er eentje om niet te missen. Topgroepen Fernhill, Startijenn en Lau zijn misschien niet zo bekend onder het grote publiek, maar voor de muziekliefhebber is het puur genieten, zo bleek gisteravond in Eindhoven.
In de foyer van de kleine zaal van het Muziekgebouw heet het duo John O'Dreams de bezoekers welkom. Zanger John Flierman doet zijn bijnaam 'de Nederlandse Christy Moore' eer aan, zijn stem lijkt op die van zijn voorbeeld en veel van diens repertoire komt voorbij. Ed Veltrop begeleidt op piano of accordeon. Het is een leuke binnenkomer en in de pauze krijgen ze de mensen lekker aan het meezingen met Cohen's Hallelujah, maar het grote geschut staat toch in de zaal, te beginnen met Fernhill.
De muziek van Fernhill (uit Wales) is fragiel, trompet en viool laten een soort vraag- en antwoordspel horen waar je als luisteraar stil van wordt. Na afloop van het festival beschrijft Martin Green (accordeonist van Lau) die klanken als 'sonically unlikely'. Hij roemt de durf van Fernhill om stiltes te laten vallen en geen bas te gebruiken, waardoor die prachtige breekbaarheid ontstaat. En dan hebben ze nog een troef: de stem van Julie Murphy (die volgende maand ook een nieuwe solo-cd presenteert). Met name het wonderschone, uit de 18de eeuw stammende, Glyn Tawe (van hun vorig jaar verschenen cd Canu Rhydd) ontroert. Het door Christine Cooper gesproken verhaal over de herinneringen aan de groene velden en Jack's farm als intermezzo bij de zang in het Welsh doet me een traan wegpinken.
En als Christine en Julie hun vocale krachten bundelen in Like The Snow (met Julie op sruti, een Indiaas instrument) kruipt het kippevel over mijn lijf. Dit optreden alleen al was voor mij gelijk een hoogtepunt waar ik even van moest bijkomen, maar er staan nog twee namen geprogrammeerd.
Ondanks de pauze met opnieuw John O'Dreams is de overgang naar Startijenn wel heel groot, van de stille kracht uit Wales naar een ongemeen fel snerpende Bretonse biniou is sommigen zelfs te veel. Toch is het spel van de Bretonnen erg strak en zeer dansbaar. Zelfs als overtuigd luisteraar zit ik op een gegeven moment toch in mijn stoel een andro te doen. De plin Hir, Hir (de naam schijnt ook 'lag, lang' te betekenen) duurt maar liefst een kwartier en een danser vertelt me na afloop dat hij het liefst zo door de zaal had willen meedoen, jammer dat daar nu net geen ruimte voor was en er te weinig dansers in het publiek zaten.
Sterk slagwerk, gitaar en bombardes maar vooral erg lekkere grooves kenmerken deze band die sinds ik ze een paar jaar geleden in Groningen zag nog gegroeid is. Deze band zou, ondanks de overigens zeer enthousiaste ontvangst van het publiek nu, waarschijnlijk nog beter tot zijn recht komen op het hoofdpodium van een festival als Folkwoods.
Het is voor het eerst dat ik de Schotse groep Lau zie en gelijk vraag ik me af waarom ze wel twee keer de BBC Folk Award voor Best Group hebben gewonnen en nog niet die voor Best Live Act. Die hebben ze wel gekregen bij de Scots Trad Music Awards en terecht. De drie heren (Martin Green op accordeon, Kris Drever op gitaar en zang, Aidan O'Rourke op viool) weten direct te boeien met hun inventieve spel. Met droge humor bedankt Martin Green onze voorouders voor het uitvinden van manieren om het water tegen te houden, anders had hij zijn 'sub aqua flat' moeten laten zien aan Kris Drever, die daar dan toch maar inspiratie uit haalde en de instrumental Horizontigo maakte, als tegenhanger van 'vertigo', het Engelse woord voor hoogtevrees.
Accordeon, gitaar en viool vlechten zich natuurlijk in elkaar, spelen met dynamiek en akkoorden. Ze gaan langzaamaan volledig op in hun eigen muziek, die eigen composities omvat, maar ook mooie uitvoeringen van ander werk. Prachtig is de cover Midnight Feast van Lal Waterson (van de ep Evergreen met Karine Polwart), deze waaiert zelfs psychedelisch uit om over te gaan in een ijzersterke subtiele instrumental, heerlijk en de mannen krijgen dan ook gelijk een staande ovatie en ze mogen een toegift doen.
Na afloop vraag ik me af of er nog minpuntjes waren. Nou, niet veel. De foyer was wel erg donker (er moest geïmproviseerd worden met spots in Lichtstad Eindhoven) en bij het optreden van Startijenn waren oordopjes bepaald geen overbodige luxe. In de muzikale opbouw waren zij volgens mij een betere afsluiter geweest, al kreeg Lau juist het meest warme onthaal van het publiek. Maar als John O' Dreams zijn laatste setje afsluit met You Couldn't Have Come At A Better Time kan ik het alleen maar hartgrondig met ze eens zijn. Deze Celtic Folk Night was een feest voor de muziekliefhebber, kortom grote klasse met hoofdletter K.