-door Mirjam Adriaans, foto Ronald Rietman-
De temperatuur ging richting 20 graden en de zon scheen volop. Het laatste folkcafé van het seizoen in de Paradox in Tilburg werd bevolkt door slechts een twintigtal mensen. Het optreden van Ruud van den Boogaard met band werd door dat kleine groepje echter zeer gewaardeerd.

Nee, Ruud van den Boogaard maakt niet de verfijnde folk die we vaak horen in het folkcafé in de Paradox, maar dat betekent bepaald niet dat het helemaal geen folk is, of dat hij geen kwaliteit aflevert. Deze middag had ie zijn volledige band meegebracht, en dat alleen al was voldoende reden om een uur of wat binnen te gaan zitten: Gabriël Peeters (drums), Geurt Engelsman (contrabas), Bart-Jan Baartmans (elektrische gitaar en mondharmonica) en Mike Roelofs (toetsen). Zelf voegt Van den Boogaard daar nog een akoestische gitaar aan toe. Ze zijn stuk voor stuk goed in wat zij doen, Amerikaanse singer-songwriters op tour in Nederland maken graag gebruik van hun diensten en hun muzikale kwaliteit is ook te horen op diverse americana-albums uit binnen- en buitenland.


Ruud v.d. Boogaard

Ook de liedjes van Ruud van den Boogaard zijn de moeite waard, hij liet alles van zijn cd Open Hart horen en nog een paar nieuwe stukken. Het klinkt soms wat poppy of neigend naar een smartlap, maar de fijne Brabantse teksten verhalen in eenvoudige woorden met gevoel voor humor over het alledaagse leven. Eigenlijk is er inhoudelijk gezien niet eens zoveel verschil met liedjes uit de Keltische folktraditie, en dan met name het kroegenrepertoire (Seven Drunken Nights, Wild Rover, Dirty Old Town). Het gaat bij Van den Boogaard over het meisje waar hij verliefd op was op school (Marionneke Sanders, dat ook door JW Roy opgenomen werd op Laagstraat 443), of over vreemdgaan en de waarheid vertellen of toch maar niet (het hilarische Drank & Vrouwen). Met een jongensachtige charme komt hij er na een paar nummers achter dat het eigenlijk wel erg vaak over vrouwen gaat, maar da's toeval, er zit niks achter. "En misschien hadden we vandaag Jeanette achter de bar moeten zetten, die dochter van het café, of nou ja, eigenlijk dus van de kroegbaas, die kreeg het café altijd vol." En meteen verontschuldigt hij zich bij het aanwezige personeel, "wat er nu staat is ook mooi hoor." Bij enkele nummers kan hij het publiek zelfs vrij gemakkelijk overhalen om mee te zingen, "gij het mijn gered, hallelujah" klinkt het na enige aarzeling wel lekker toepasselijk uit alle kelen op deze zondagmiddag. Het is overigens niet katholiek bedoeld en verhaalt over een scheiding en het geld dat de ander nou van hem heeft. Tenslotte speelt hij Ga Naar Huis, dat is niet persoonlijk bedoeld, het gaat over een laatste klant aan de bar die maar niet wil vertrekken. De toehoorders hebben er zelfs na deze smeekbede nog geen genoeg van, we willen een toegift en al zijn we dan maar met weinigen, onze waardering laten we luid en duidelijk horen. Na afloop kan hij zelfs een stel cd's kwijt aan enkele bezoekers, misschien wel het duidelijkste bewijs dat wie er niet was de verkeerde keuze heeft gemaakt.

Het seizoen is nu ten einde, de derde zondag van oktober gaat het folkcafé weer van start, dan met Nathalie Matteau.