-door Mirjam Adriaans, foto's Ronald Rietman-
Van singer-songwriters tot Ierse muziek, langs Nederlandstalige folk, Ethiopische wereldmuziek en fijne gastcolumns ging Achter de muziek aan naar interviewtjes. Maar over balfolk ging het slechts een keer. Tijdens het heerlijke CaDansa-weekend in oktober zag ik Toon Van Mierlo en Pascale Rubens van het in Nederland immens populaire Naragonia aan het werk tijdens workshops en hun optreden en het idee voor de 100ste editie van deze column was geboren.
Hoewel ik mezelf zonder meer als luisteraar bestempel kan ik intens genieten van een band die ten bal speelt. En Naragonia, in duo- of kwartetvorm, blijft me boeien, zowel live als op plaat. Eerder dit jaar verscheen Mira, hun zevende album in totaal en het derde in kwartetvorm, en ik vroeg me af wat ik nog voor nieuws kon zeggen over deze muziek. Bij het vorige kwartetalbum Idili (2014) stelde ik al de vraag of Naragonia wel slechte platen kan maken en het antwoord luidt nog steeds volmondig nee. Maar waarom zou ik niet eens de muzikanten zelf aan het woord laten?
Toon Van Mierlo en Pascale Rubens waren gelijk enthousiast toen ik ze op CaDansa vroeg of ze aan deze column wilden meewerken en we besloten om via de mail een interview te doen. Met hun antwoorden krijg ik een mooi inkijkje in hun muzikale achtergronden, daarnaast vertellen ze over de nieuwe plaat en een paar nevenprojecten. En als extraatje mag er alvast een klein tipje van de sluier opgelicht worden rond het aanstaande jubileumbal op 12 december bij café Wilhelmina in Eindhoven.
Allereerst wat algemene achtergrond, iets wat ik van elke muzikant wil weten:
FF: Wanneer ben je begonnen met muziek maken en kun je daar iets over vertellen?
Pascale: "Op mijn 9-de ben ik begonnen met een klassieke opleiding viool aan de muziekacademie. Op mijn 18de, oftewel mijn laatste jaar aan de academie, heb ik eerder door een toevalligheid de diatonisch accordeon ontdekt. Een nieuwe wereld ging voor mij open; ik ben nog steeds verliefd op het instrument."
Toon: "Ik ben net als Pascale op mijn negende begonnen, maar dan met hobo. Hobo is een dubbelriet instrument dat heel dicht aanleunt bij schalmeien, bombardes en doedelzakken Achteraf versta ik mijn toenmalige keuze dan ook heel goed; het zijn net die instrumenten waar ik toen ik twintig was opnieuw mee startte. Ik heb hobo maar een paar jaar volgehouden omdat het klassieke systeem me niet lag. Later startte ik dus opnieuw met uilleann pipes, whistle en daarna andere doedelzakken, saxen, klarinet, accordeon enz."
FF: Wanneer en waarom heb je de keuze voor balfolk gemaakt?
Pascale: "In het begin speelde ik voornamelijk concerten. Ik had begin 2000 een duo met een cellist (Musaraigne), gaandeweg en mede door de oprichting van ons duo Naragonia, ben ik steeds meer voor balfolk gaan spelen. Het is meer natuurlijk gegroeid, niet als een keuze die ik ooit heb gemaakt."
Toon: "Het is ook bij mij geen bewuste keuze, maar eerder een keuze vanuit de muziek. Onze muziek vond een medium om te kunnen groeien en bestaan in het toen snel populair wordende balfolkcircuit. We zijn gestart in 2003 (ja ja we zijn oud en we weten het). Vanaf dan was het een heel fijne wisselwerking: de dansers en dansen beïnvloeden onze muziek en wij brachten van onze kant nieuwe melodieën naar de dansers en dansen."
FF: In welke bands (naast Naragonia) speel je / heb je zoal gespeeld?
Pascale: "Mijn eerste band noemde Jan Spoon, the fiddle sisters and the relatively old man. Toen speelde ik nog geen trekzak. Dat was een leuke periode waar we met z'n vieren voornamelijk op buurtfeesten, Bokrijk, ... speelden. Begin 2000 ontstond Musaraigne, een duo accordeon-cello. Hannes Pousseele was mijn bovenbuurman toen ik op kot zat in Leuven en speelde prachtig cello. Niet veel later werd ik gevraagd om accordeoniste te worden bij de groep Griff. Een sextet waar drie doedelzakkers de hoofdrol spelen. En dan in 2003 ontstond Naragonia. Toon en ik werden gevraagd om dansleraar Koen D'Hondt muzikaal te begeleiden voor stages en bals op het festival Andanças (Portugal). Na een aantal repetities besloten we verder samen te blijven musiceren en uiteindelijk om verder samen door het leven te gaan..."
Toon: "Ik promoveerde rond 2001 van muzikant op de rommelmarkt van Turnhout, naar fluit en doedelzakspeler bij Flikkelantier en Mede, twee lokale groepen, bestaande uit een bont allegaartje, waarmee we heel veel pret beleefden. Mijn leven veranderde plots toen ik auditie deed bij Fluxus, een toen bekende groep rond de familie Garriau. Plots kwam ik dan ook in een veel professioneler circuit terecht van culturele centra (theaters in Nederland) en grote festivals. Ondertussen ontstond Embrun en Naragonia ontstond kort daarna. Tevens was het de beginperiode van het boombal; een circuit dat ons zoveel podia bood, dat we de kans hadden om met al die groepen echt veel te spelen, cd's te maken, naar het buitenland te gaan enz... Voor elke groep die gelukt is, zijn er twee anderen geweest die geen lang leven beschoren waren of waar mijn engagement eerder beperkt was. Van alle projecten naast Naragonia (quartet) blijven nu enkel nog Hot Griselda (met twee fantastische muzikanten uit Nederland trouwens) en Novar over. De groepen waar ik in meespeelde, inviel of verving op een willekeurig rijtje; Manimoen, Fluxus, griff, Goze, harakiwi, Snakes in exile, balla vogala, Aedo, Mede, Flikkelantier, amorroma, celtic attitude en nog een hoop die ik vergeet."
FF: Welk(e) instrument(en) bespeel je?
Pascale: "Diatonisch accordeon, viool en zang"
Toon: "Doedelzakken, fluiten, diatonisch accordeon, bombarde en saxen"
FF: Welk instrument gebruik je bij het schrijven van je eigen muziek en hoe ontstaat een compositie?
Pascale: "Ik componeer voornamelijk op mijn trekzak. Ik zoek dan een akkoorden-schema, begin via de zang er over te improviseren en kom uiteindelijk tot een melodie. Wat nooit werkt is van mezelf te zeggen "en nu ga ik een compositie maken". Om te componeren heb ik tijd nodig, moet ik ondergedompeld zijn in de muziek; vaak is dat na een aantal dagen intensief gespeeld of gerepeteerd te hebben."
Toon: "Een goede ruimte met een mooie galm waar je lang genoeg in de muziek kan zitten doen wonderen om tot een goed nummer te komen. Een plaats dus waar je rustig helemaal in je muziek kan kruipen zijn voor mij de sleutelfactor en het instrument is dan eigenlijk niet echt van belang."
FF: Wie is je grote muzikale held (meer antwoorden mogelijk)?
Pascale: "Andy Cutting, Julian Sutton, Sylvie Berger, Julie Murphy, Avishai Cohen, Suzanne Vega, Brad Melhdau..."
Toon: "Andy Cutting, Julian Sutton, Gregory Jolivet, Maarten Decombel, Frederic Paris, Julien Barbances, Vivaldi, Bach... en nog heel veel anderen"
Dan heb ik nog een paar vragen over de nieuwe plaat en enkele projecten waar Toon en Pascale zich mee bezig houden:
FF: Dit jaar verscheen een nieuw album van Naragonia Quartet, Mira, dit keer bij Homerecords.be en niet bij Appel Rekords, heeft dat een reden en zo ja welke?
Toon: "We hebben altijd een fijne samenwerking met Den Appel gekend, maar het was goed om een keer onder een ander label een cd uit te brengen, alleen al voor de ervaring en de verandering op zich. We hopen ook dat Homerecords ons nieuwe horizonten kan tonen en dat onze cd’s op andere plaatsen terecht komen."
FF: De plaat begint en eindigt met vogelgeluiden, waardoor ik de indruk krijg dat het een soort conceptalbum is, is dat ook zo of is het puur als intro en outro bedoeld?
Toon: "We vonden het alle vier mooi dat de cd opent en afsluit met de zang van een merel; een mooie en algemene tuinvogel met één van de prachtigste melancholische gezangen uit de vogelwereld. Dat geluid schept zo’n sfeer dat het geluid minstens zo krachtig is als mensenmuziek. Ik denk dat we op Mira erg trouw zijn gebleven aan onszelf en wat we goed kunnen. Daardoor is het ook wel een heel natuurlijk aanvoelende cd voor ons. Misschien geen openbaring, maar in al z’n eenvoud wel mooi en dat is wat we graag wilden. Vandaar dat een merel daar goed bij paste; een merel die in al zijn eenvoud mooi is."
FF: Hoewel de plaat al even uit is lijkt ie wel gemaakt voor Halloween, met titels als De Spijtigen Duvel / Galleyhead, Hekske / De Dieven of Wieske's Bezem / Talenthee. Hoe bedenk je de titel van een stuk?
Toon: "Als ik heel eerlijk ben zijn die titels steeds een moeilijke laatste horde om te nemen, dan zit ik zuchtend met een papiertje klaar om wat ideeën neer te schrijven. Oorspronkelijk noemen al die stukken scottisch 1 en jig 4 enz… maar op een cd is het dan toch leuk om via een titel een niet ingevuld verhaal te lanceren, waarbij luisteraars zelf kunnen fantaseren over wat het zou gaan. Alle titels hebben voor mij wel een betekenis: zo komt 'de spijthigen duvel' van een tof café in Turnhout, en Galleyhead van de fantastische Turnhoutse folkgroep die me ooit de zin gaven om deze muziek te spelen, Hekske van de vader van Pascale die op z'n 82 nog altijd even enthousiast heks speelt voor onze kinderen, de dieven zijn dan weer onze kinderen zelf. Wieskes bezem is een bloedstollend fantastisch waargebeurd verhaal uit mijn studententijd..... maar dat ga ik hier nu niet vertellen."
FF: We kennen Naragonia uit de balfolkwereld, maar in 2011 zagen we op Brosella een mooie samenwerking van jullie met de Welshe groep Fernhill (die ik zie terugkomen in een van de titels op het album Batiska), hoe is dat toen tot stand gekomen en heeft dat nog een vervolg gekregen?
Pascale: "Ja, dat was een fijne samenwerking. Toon en ik zijn al lang grote fan van Fernhill en zeker van de prachtige stem van Julie Murphy. Het is Marc Vandemoortele (oa Radio 1 en Klara) die ons samen op een avond programmeerde. Het klikte goed tussen alle bandleden en het is wederom Marc die ons voorstelde van iets gemeenschappelijks te doen. We hebben een aantal keren samen op 't podium gestaan en iedere keer waren we geboeid door die prachtige stem."
FF: En als we het er toch over hebben, jullie noemden op CaDansa al allebei dat je ook een theaterproject doet, op jullie website zie ik Tal en Thee staan, heeft dat iets te maken met een van de stukken op Mira en kun je daar iets meer over vertellen? En zijn er nog meer projecten of activiteiten waarover je iets wil zeggen?
Naragonia: "'Boom' is een kinder-theatervoorstelling van het theatergezelschap Tal en Thee en Naragonia. De voorstelling zelf is een mix van animatie, figurentheater en onze (live)muziek. Voor ons beiden is het een heel constructieve samenwerking geweest. Maarten Van Aerschot van Theatergroep Tal en Thee is een fantastisch iemand met veel professionaliteit. Daar hebben we zelf veel van geleerd. Het project is ongeveer een dik anderhalf jaar geleden gestart en tot nu toe hebben we over de 200 keren gespeeld...
We hebben ondertussen een aantal projecten achter de rug en in ons hoofd broeien een aantal nieuwe :). Het fijne aan projecten is dat het een tijdelijk karakter heeft, naast het continue van de groep zelf. Projecten zijn een broeikast van ideeën, van trial and error,... En idd de titel is dus een ode aan Maarten die we heel erg appreciëren."
FF: Een vraag voor Toon: Even vooruitblikken naar december, want dan viert het folkbal in café Wilhelmina in Eindhoven zijn vijftienjarig bestaan, dan speelt BTWE (Balfolk met Toegevoegde WaardE of gewoon een samenstelling van de voorletters van de vier muzikanten die meedoen), een Belgisch-Nederlandse gelegenheidsformatie, kun je al iets laten weten van de muzikale plannen?
Toon: "Ik was heel blij met de vraag van Wouter Kuyper om samen iets te doen.... en dan nog wel voor het vieren van de bals in de Wilhelmina; Een plek waar we beiden steeds heel graag komen en ondertussen heel veel fijne momenten beleefden. We zien er ook steeds vrienden terug. Wouter en ik zijn nu aan het overleggen wat we gaan doen en ik nodig alle lezers van dit artikel persoonlijk uit om te komen meegenieten van die avond. Ik beloof alvast in opperste feeststemming te zijn die avond en kijk er naar uit om met Wouter te spelen!"
FF: En een voor Pascale: Je geeft ook les op enkele muziekacademies en op CaDansa gaf je een workshop accordeon voor halfgevorderden, wat is voor jou het belangrijkste dat je een student kunt leren?
Pascale: "Het belangrijkste voor mij tijdens het doceren is het aanwakkeren van een passie, het ervaren van spelplezier, het exploreren van tal van mogelijkheden naast de melodie. De muziek die we spelen is niet statisch, het is eerder muziek met het accent op vrijheid. Ik zie doceren als het doorgeven van elementen waarmee de student kan goochelen, ongeacht het niveau.
Wat ik meegeef is mijn invalshoek. Er bestaat geen "school" voor diatonisch accordeon. Iedere docent benadert het instrument op zijn/haar manier. Als student is het interessant van die verschillende invalshoeken te ontdekken."