les tisserands
Les Tisserands - Les Tisserands - Homerecords.be 4446017

Het album van Les Tisserands wordt aangekondigd als een ontmoeting tussen folk, jazz en oude muziek. Maar de echo's uit barok en renaissance voeren in mijn beleving aanvankelijk de boventoon. Na talloze draaibeurten groeit mijn waardering voor de subtiele jazzy input, die echter best nadrukkelijker had gemogen. De diversiteit bevalt me. Het gaat van verstilde poëzie tot gedreven dans, naast onverwachte keltische harpklanken, stokoude liederen en zelfs een Mexicaanse zarabanda.

De Vlaamse folkmuzikant Jowan Merckx is de bezieler van Les Tisserands. Reeds lang sluimerende liefde voor oude muziek gekoppeld aan zijn fascinatie voor de middeleeuwse spirituele beweging van de Katharen hebben geleid tot dit project. Samen met enkele bevriende muzikanten stichtte Merckx een muziekgroep die hij doopte tot Les Tisserands (zoals de Katharen ook wel werden genoemd in Frankrijk).

In de 12de en 13de eeuw deden in Occitannië (Zuid-Frankrijk) de Katharen uit religieuze overwegingen onbaatzuchtig ‘vrijwilligerswerk in de thuiszorg'. Ze predikten er soberheid, pluriformiteit en verdraagzaamheid en groeiden uit tot een echte ‘tegenkerk'. Ze gingen openlijk in tegen het instituut van de Katholieke Kerk. Die ging slechts uit van de zondige mens, de katharen van de goede. Uiteindelijk roeiden de katholieken in samenwerking met de Franse overheid de katharen uit.
 
‘Kathaarmuziek' bestaat niet, maar Jowan Merckx wilde in de muziek van zijn Tisserands de geest van het Katharisme laten doorklinken, iets van de filosofie van de Katharen, de  zuiverheidsgedachte, de overgave het onbaatzuchtige. Een andere inspiratiebron vormen de toenmalige Occitaanse troubadours. Poëtische teksten van figuren als Marcabrun, Bernard de Ventadour en Raymond de Miravel leunen aan bij de ideeën en handelingen van de katharen en getuigen van een grote vrijheidsdrang. Hun muziek en teksten vond Merckx, geschreven in een nagenoeg onbekende muziektaal, terug in gespecialiseerde biebs.

Les Tisserands herbergt folkgroep Amorroma (waarin Merckx fluiten en doedelzak bespeelt), het oude muziekensemble Zefiro Torna en het jazz/wereldmuziek-duo Traces. In totaal acht muzikanten. Dat leidt tot samenspel op blokfluit, doedelzak, dwarsfluit, sopraansax, keltische harp, bouzouki, vedel, viola da gamba, luit, contrabas en zang. Samen met zangeres Els Van Laethem (Zefiro Torna) is Merckx verantwoordelijk voor het repertoire en de composities. In een kruisbestuiving met de andere muzikanten zijn de arrangementen vervolgens gegroeid.  

Zoals het katharisme niet onderhevig was aan dogma's of wetten of leer, pakken Merckx cs de muziek ook vrij aan. En de dualiteit in de kathaarse doctrine, gebaseerd op de tegenstelling tussen goed en kwaad, leidt tot contrasten in de vorm van enerzijds fraaie verstilde solo's op bijvoorbeeld fluit in Sander en anderzijds minder hapklare brokken zoals springerige Bulgaarse toonaarden en ritmes in L'uelh del vesent (het Occitaanse Katharisme zou zijn oorsprong hebben in oost-Europese regio's als Bulgarije, Griekenland, Klein-0Azië, Dalmatië en Bosnië).

Het album grossiert in mooie melodieën. Al meteen hoor je een schitterende ingetogen pavane op sopraansax. Ook de doedelzakmelodie Scoone figure mag er zijn en de keltische harpsolo in Pu Amor, maar de mooiste vind ik die van Tant ai mon còr, met verheven zang van sopraan Els Van Laethem (ook Huelgas Ensemble) en een kippenvel-intermezzo op doedelzak en luit.   

Zonder authentiek middeleeuws te willen klinken gebruken Les Tisserands dankbaar de klankkleur uit die tijd. Het sterkst wordt de muziek deze tijd ingetrokken door het dynamische aardse jazzy spel van contrabassist Vincent Noiret (ook Tangram, Tricycle, Luc Pilartz Ensemble, Ialma, Amorroma, Panta Rhei, Photis Ionatos). Dat leidt bijvoorbeeld tot het onstuimigste nummer van dit album: Colèra ò  pietat - l'indivisible, een lange bourrée bandbreed met een Djal-allure gebracht, compleet met jazzy fluit.

Waar de jazzy component niet of minder prominent aanwezig is, klinkt het kamermuziekachtige  samenspel wat zoetgevooisd, zoals het klassiekerige Arbor sai d'amor en het barokkige Lo present etèrn. De toevoeging van sax aan blokfluiten, harp, viola da gamba en luit, geeft jammergenoeg niet dat rauwe accent dat je van een sax zou kunnen verwachten.
De toon die Philippe Laloy (o.a. ook Tangram, Tricycle, Panta Rhei) aan zijn sopraansax ontlokt past bij oude muziek, is ongemeen fraai lyrisch, zo'n  beetje als een hobo. Maar hij zou - zonder meteen te moeten juichen, spetteren of scheuren - ook eens wat gepeperder uit mogen pakken. Zoals bijvoorbeeld Jan Garbarek in zijn bewerking van Noorse middeleeuwse muziek, samen met zangeres Agnes Buen Garnas op het album Rosenfole.

Merckx cs hebben een geheel eigen weg gekozen. Uitersten als jazz en oude muziek hebben ze in inventieve arrangementen bijzonder knap bij elkaar gebracht. De Occitaanse muziek wordt verpakt in prachtige klankleuren. Of het ook maar enigszins de authentieke muziek van Katharen benadert, zullen we nooit weten. Zoals dat bijvoorbeeld ook geldt voor de spannender eigentijdsere invulling die ik ken van bijvoorbeeld het album van Rosina de Pèira & Martina. Maar uit de overlevering is wel iets meer bekend van de troubadourmuziek. Om het in de geest van de Katharen te houden koos Les Tisserands voor een ‘gepolijste' aanpak. In die zin begrijp ik de keuze voor de klassiek geschoolde stem. Maar voor mij had het vocaal iets meer rudimentair mogen klinken, zoals de interpretaties van bekende vertolkers van het Occitaanse troubadourlied als Marilis Orionaa of Jan-Màri Carlòtti.

Henk - Waardering 7,5