Sharon Shannon - The Sharon Shannon Collection 1990-2005 - The Daisy Label/M&W DLCD012

Sharon Shannon - komende weken hier op A Woman's Heart-tournee samen met Frances Black en Mary Coughlan - brengt ter gelegenheid van haar 15-jarig jubileum de dubbel-cd The Sharon Shannon Collection 1990-2005 uit. Het album omvat negenentwintig nummers; de eerste schijf bevat 18 instrumentalen, schijf twee geeft in 11 nummers een beeld van haar samenwerking met zangers en zangeressen. De virtuoze Ierse accordeoniste put voor een groot deel uit de zeven albums die ze vanaf 1990 uitbracht. Maar - en dat maakt dit mooie overzichtsalbum extra interessant - ze voegt ook een vijftal nieuwe opnamen toe.

sharon shannon - collection 1990-2005

De laatste jaren ontwikkelde Shannon, tussen optredens en tournees door, haar eigen opname-studio in Galway. Jong talent sleutelt daar aan hun toekomst. Dat past in Shannons sympathieke basishouding: interesse in andermans talent. De laatste jaren ruimt ze op haar albums plaats in voor ‘onbekendere' collega's. Die stelt ze zo aan een breder publiek voor. Want naar Shannon wordt geluisterd. Al vanaf haar eerste solo-album Sharon Shannon uit '91, koopt half Ierland haar albums. Twee Irish Awards en zes succesvolle albums verder, is ze wereldwijd uitgegroeid tot een ster.

Als je op Shannons albums meedoet zit je gebeiteld. De carrière van zangeres Pauline Scanlon kreeg een upswing nadat Shannon haar op zowel The Diamond Mountain Sessions ('00) als op Libertango ('03) in de schijnwerpers plaatste. Op Libertango stond ook What You Make It (da, da, da, da) een rap-nummer met Marvel & Lady K. Dat groeide vervolgens uit tot een mega-hit in Ierland. Hetzelfde gebeurde drie jaar eerder met Say You Love Me dat op Shannons album The Diamond Mountain Sessions werd gezongen door de bejaarde violist/zanger Dessie O'Halloran, afkomstig van het kleine eiland Inishbofin. Daarvoor was nog nauwelijks iemand deze ongepolijste knoestige Ierse stem opgevallen... Zowel het rapnummer als Say You Love Me staan overigens ook op dit overzichtsalbum van Shannon.

Nu wijst Shannon haar luisteraars op de kwaliteiten van getalenteerde Ierse singer/songwriters als Damien Dempsey en Mundy, die samen met good-old Dessie O'Halloran de traditional Coutin' In The Kitchen een Shane McGowan-touch geven. Let op het arrangement waarin een blazerssectie (o.l.v. Richie Buckley) doet denken aan La Bottine Souriante, iets wat je in nóg drie nummers tegenkomt op dit album, Sharon houdt van die Canadezen.

Damien Dempsey is nóg prominenter aanwezig als zanger van de Shannon-interpretatie van de Beatles-klassieker Norwegian Wood. Voor deze Dempsey heeft Shannon al langer een zwak. Op Diamond Mountain Sessions zingt hij reeds het nummer Apple of My Eye.

Nog zo'n nieuwe naam die aan bod komt en waar we zeker meer van gaan horen is die van Declan O'Rourke. A Change Is Gonna Come zingt hij vanuit zijn tenen en belangrijker nog, vanuit ziel. Hij is in Ierland al een gewaardeerd popzanger/gitarist, vanwege zijn poëtische teksten, zijn rijke en gevoelige stem en zijn instrumentale capaciteiten. Zijn debuutalbum Since Kyabram imponeert collega's. Zo stond hij in het voorprogramma van Bob Dylan en van Planxty's concerten in Vicar Street.

Little Bird is een nieuw instrumentaaltje met sprankelend snarenwerk van niemand minder dan de knappe gitarist Tim Edey. Hij heeft eigenlijk geen zetje in de rug meer nodig, want heeft het inmiddels geschopt tot gastmuzikant bij Lúnasa. Verder is het nummer Man of Constant Sorrow met zang van Jackson Browne (van het album Diamond Mountain Sessions '00) opnieuw gemixt.

In de planning zat nóg een nieuw opgenomen nummer, maar dat heeft het niet gehaald. Shannon's doorbraak begon in 1990 met The Waterboys. Daarom wilde ze graag een nummer met dié band op dit jubileum-album. When You Go Away werd 27 november vorig jaar tijdens een Ierse tour van The Waterboys live opgenomen in het Ierse Athlone. Met zang van Mike Scott, Steve Wickman op viool en Sharon Shannon cajun-achtig op accordeon. Shannon verving toen tijdelijk de zieke toetsenist Richard Naiff. Zou deze versie niet het fiat gekregen hebben van de kritische Scott? Het lijkt erop. De opname is namelijk ook afgevoerd van Karma To Burn, het live-album dat The Waterboys vandaag (26/9) uitbrengen (Puck Records/Universal). Op dit officieel eerste live-album ooit van The Waterrboys - opgenomen tijdens de Ierse en Engelse tournees in 2003 en 2004 - speelt Sharon Shannon overigens op één nummer mee: de cover A Song For The Life van Rodney Crowell, opgenomen tijdens datzelfde concert in Athlone....

Zoals gezegd reflecteert dit dubbelalbum Shannon's gehele carrière. Haar ouders, beide setdancers, brengen hun vier kinderen groot in Ruan (bij Corofin in Co Clare) met traditionele muziek en tin whistles. Als elfjarige speelde Sharon al fiddle en trekzak. Open-minded als ze is grasduint ze al snel in andere muziekstijlen. Uiteindelijk gaat dat van folk tot rock en van Iers tot Zuid-Amerikaans, van Bretons tot Zweeds, van Schots tot Frans-Canadees. Niets gaat ze uit de weg. Als producers voor haar albums doet ze evengoed een beroep op reggeae-man Dennis Bovell als op folky Donal Lunny.

Shannon is niet enkel open-minded maar ook een innemend lichtelijk verlegen lachebekje. Veel muzikanten werken graag met haar. In het begin komen ze nog uit kleine kring zoals zus Mary en violiste Mary Custy. Later, bij sessies in Kinvara die leiden tot haar eerste solo-album, sluiten ervaren muzikanten aan als Gerry O'Beirne (Patrick Street), Adam Clayton (U2), Eoin O'Neil, Donal Lunny, Steve Wickham en Mike Scott van de Waterboys. Al snel maakt ze deel uit van laatstgenoemde groep, al is het voor slechts anderhalf jaar. Ze tourt met grootheden uit de Ierse folk als Mary Black, Dolores Keane, Christy Moore en speelt samen met zowel Cape Breton fiddler Nathalie McMaster als klassiek violist Nigel Kennedy.

Iedereen valt voor haar innemendheid en voor haar virtuositeit als accordeoniste. Als ze het idee opvat om albums te maken met zangers en zangeressen, zijn die meteen bereid. En dat gaat niet om de minsten, denk aan John Prine, Steve Earle, Nathalie Merchant, Jackson Browne, Kirsty McColl, Nanci Griffith, Sinéad O'Connor. Met hen neemt ze de albums ‘The Diamond Mountain Sessions' (2000) en ‘Libertango' (2003) op.

Het eerste schijfje van dit jubileum-dubbelalbum bevat enkel instrumentaal werk dat over het algemeen een opgewekt karakter heeft. Het zit dynamisch in elkaar. Van een fantastische groovy saxsolo van Richie Buckley in een live-versie van ‘The Mighty Sparrow' tot fijngevoelig gitaarspel van Tim Edey in ‘Little Bird'. Van intiem pianospel van Brian Connor in ‘Butterflies' en ‘Maguire & Patterson' tot stevige beat en hip hop programming in ‘The Bag Of Cats'. En van subtiel snarenwerk van Stephen Cooney in het Chileens getinte ‘El Mercado Testaccio' tot gedreven baswerk van datzelfde snarenwonder in ‘Tune For A Found Harmonium'. Klein nadeel is dat zeven van die achttien instrumentaaltjes al terug te vinden zijn op het album ‘Spelbound, The Best of Sharon Shannon'.

Het tweede schijfje bestaat uit nummers van de twee song-albums plus de reeds beschreven nieuwe zangnummers, waarin een voorname arrangerende rol is weggelegd voor violiste Winnie Horan (ook Solas). Shannon heeft bij de selectie uit de ‘oude songs' ook gekozen voor het nummer ‘Libertango' (gezongen door Kirsty McColl). Jammer. Bij de bespreking van het album Libertango in 2003 bestempelden we dat al als een overgeromantiseerde draak. Gelukkig wordt het meteen gevolgd door het rauwere swingende ‘Galway Girl' van Steve Earle, dat je weer met beide voeten op de dansvloer zet. Om in de tijdgeest te blijven; na het zuur komt gelukkig het zoet.

Al met al kom je na het beluisteren van dit dubbelalbum nog meer onder de indruk van de veelzijdigheid en muzikaliteit van Sharon Shannon. Klasse! Mooie manier om met haar kennis te maken. Maar ook voor de kenners twee aangename schijfjes om vaker te draaien.

Henk - Waardering 9-