Knappe ontspanning
Met zijn eerste sudioalbum sinds vier jaar levert de Amerikaanse zanger/gitarist Chris Smither een juweel van een cd af, zijn elfde inmiddels. Smither is een geboren verhalenverteller. Als gitarist beheerst hij de fingerpicking style tot in de perfectie en kan uitstekend overweg met de slide. De productie is in uitstekende handen bij David 'Goody' Goodrich, die indachtig Smithers zen-filosofie, terughoudend is gebleven. Geen noot teveel. De producer levert op zijn manier spannende bijdragen op slide-gtaar, elektrische gitaar, banjo, orgeltje en piano.
Smither is de ontspannenheid zelve. Verlost van zijn alcoholverslaving van twee decennia terug, kan hij de hele wereld aan. Lekker slow meetappend met zijn voeten leidt de ontspanning in zijn stem soms tot gelispel. Hij zingt gepassioneerd, nooit schreeuwerig eerder fluisterend.
Train Home bevat vier covers: Desolation Row van Bob Dylan, Crocodile Man van Dave Carter, Candy Man van Mississippi John Hurt en Kind Woman van Richie Furay. Ze zijn omgetoverd tot echte folk-bluesy Smither-songs. Dan zijn er nog zeven eigen nummers, waaronder het vlotte Never Needed It Moore, waarvan je na één keer luisteren zou zweren dat je het al jaren kent.
De teksten stralen levenswijsheid uit en zijn dan weer humoristisch en dan weer filosofisch. Maar vergis je niet, de muziek klinkt alles behalve bezonken. Zo luistert Lola door een banjootje lekker opgeruimd en Call Time rockt als 'n trein.
Het is een album uit één stuk. Toch stijgt er één nummer boven uit. Alleen al vanwege dat nummer is dit album aan te bevelen voor iedereen die houdt van singer/songwriter muziek. Het gaat om de bijna acht minuten durende cover van het Dylan-opus Desolation Row uit 1965, met een gastrolletje voor Bonnie Raitt. Dylan schreef het als jonge muzikant vol idealen, Smither gaat ermee aan de slag als een man van bijna 60 jaar, voor wie de samenleving al lang niet meer maakbaar is gebleken. Laat je meeslepen door het intrigerende arrangement. Beginnend met verfijnd snarenwerk tot uiteindelijk roffelende trommels van drummer Mike Piehl en de roerende hoornpartijen van Richard Downs.
Aan de opnamen van dit uitstekende album werkten verder nog mee Anita Suhanin (zang) en Lou Ultich (bas).
Henk - Waardering 9