Gerard & Compagnie – Emily unknown to the world - Cicconia Producties CCD008 2022 / www.gerardencompagnie.nl
Gerard & Compagnie stort zich onder de bezielende leiding van Gerard Nijborg al sinds jaar en dag op de Amerikaanse folk, maar op dit album Emily, unknown to the World zet de groep een stapje verder. Na de ode aan Leadbelly, Pete Seeger en Tom Paxton op Three of a kind uit 2018 ging de groep aan de slag met gedichten van Emily Dickinson (1830-1886). Gerard Nijborg verdiepte zich de afgelopen jaren in de wereld van deze Amerikaanse dichteres die bij haar leven een eigen gekozen, teruggetrokken leven leidde. Pas na haar dood ontdekte haar zus Lavinia dat Emily een groot aantal gedichten van uitzonderlijke kwaliteit had geschreven. Na publicatie erkende men Emily Dickinson als een van de belangrijkste en invloedrijkste dichters van Amerika. Haar werk luidde een nieuw tijdperk in de Amerikaanse poëzie in, het Modernisme. Dickinsons gedichten waren hun tijd vooruit. Veel van haar gedichten behandelden romantische thema’s als de dood, liefde en onsterfelijkheid.
Gerard Nijborg zette in totaal vijftien gedichten op muziek en doet dat in de stijl die we van Gerard & Compagnie gewend zijn, muziek met een Amerikaanse folkinslag. Introspectieve gedichten als Morning en We grow accustomed to the dark hebben een gedragen melodie, terwijl Wild nights en These little rose een meer up tempo benadering krijgen. Zo krijgt het album de nodige afwisseling en variatie. Zanger Gerard Nijborg zingt met het nodige pathos, en dat past prima bij de veelal gedragen interpretaties van de gedichten van Dickinson. Nieuwkomer in de Compagnie Baudien Dijkstra verzorgt op gepaste wijze de achtergrondvocalen en treedt op de voorgrond in het duet The heart has many doors. Muzikaal is de Compagnie goed op dreef. Het gitaarspel van Lieuwe Koster vormt een solide basis, waarop, met name, violist Alco Hoogcarspel zich prima kan uitleven. Bijzonder zijn de bijdragen van ‘special guest’ het strijkkwartet Risata. Dit viertal horen we echter alleen in de instrumentale intermezzo’s. Dat is wat jammer, ik had ze graag vaker geïntegreerd in het groepsgeluid willen horen, zoals min of meer in A narrow fellow in the grass en A thought went up gebeurt. Dit had ook zeker gekund in het instrumentale stuk Emily’s waltz. Een van de meest geslaagde nummers is The sun went down met een mooie accordeonpartij van Koster. I never saw a moor wordt a capella gezongen en vormt een mooie contrast met de rest, terwijl I thought the train would never come instrumentaal de meeste raakvlakken kent met het eerdere werk van Gerard & Compagnie.
Emily unknown to the world is een geslaagde poging om het werk van Emily Dickinson voor een breder publiek toegankelijk te maken. Voor velen zal dit een eerste kennismaking met het werk van deze Amerikaanse dichteres zijn. Wie Dickinson echter in het Nederlands wil lezen, kan Verzamelde gedichten, vertaald door Peter Verstegen (Amsterdam, 2011) eens proberen. In het verleden hebben ook Simon Vestdijk en oud-popjournaliste Elly de Waard verschillende gedichten van Emily Dickinson vertaald.
Hans Wigman – O’er the singing woodlands - Eigen beheer / Te bestellen via de mail:
Toevalligerwijze en onafhankelijk van elkaar werd enkele tientallen kilometers verderop in Leeuwarden ook al werk van Emily Dickinson op muziek gezet. Haar gedicht As imperceptibly as grief werd opgenomen door folkzanger Hans Wigman uit het Friese Hilaard. Wigman begon zijn muzikale activiteiten met het spelen van voornamelijk Engelse en Ierse folk, aangevuld werk van singer-songwriters als Neil Young, John Martyn en Tim Buckley.
Met name de invloeden van de laatste twee zijn duidelijk hoorbaar op het album O’er the singing woodland – Poetry in song dat onlangs verscheen. Op dit album brengt Wigman liederen, gebaseerd op gedichten van Engelse, Amerikaanse en Nederlandse dichters als de eerder genoemde Emily Dickinson, Alfred Lord Tennyson, William Butlers Yeats, Jan Jacob Slauerhoff en Frederik van Eeden.
Hij wordt begeleid door Sebas Postma op toetsen, Erik Wessels op bas en Erik de Jong op tinwhistle en bodhran. Laatstgenoemde tekende ook voor de opnamen die plaatsvonden in theater De Bres in Leeuwarden. De Jong heeft de productie van het album bewust klein gehouden, zodat de aangename, ietwat breekbare stem van Wigman en zijn gitaarspel goed tot zijn recht komt. De pianoklanken van Sebas Postma vormen in deze songs voor een prima en vooral warme invulling. Wigman is er in geslaagd om pakkende melodieën voor de gedichten te componeren. De folk als inspiratiebron is hierbij onmiskenbaar hoorbaar.
Liederen met gedichten van beroemde dichters worden afgewisseld met eigen werk. Dit ontkracht voor mijn gevoel een beetje de essentie van dit album. Hoe goed de eigen nummers ook zijn, qua tekst staan ze niet in verhouding met het werk van voorgenoemde dichters. Wellicht was het een beter idee geweest om die eigen nummers te bewaren voor een ander album. Het zou tevens de tijdsduur van het album ten goede komen, die is met een klein uur aan de ruime kant.
Niettegenstaande deze puntjes van kritiek is Hans Wigman erin geslaagd om met een mooi en keurig verzorgd album voor de dag te komen. Misschien is het een uitdaging om met een Nederlandstalig album aan de slag te gaan. De vertolkingen van de gedichten van Slauerhoff en Van Eeden smaken in ieder geval naar meer.
Assie Aukes