the jellyman's daughter - dead reckoning
The Jellyman's Daughter - Dead Reckoning - eigen beheer (https://www.thejellymansdaughter.com)

In Schotland broeit iets de laatste jaren, er wordt een en ander opgeschud in de folkwereld. Zo zag ik een paar jaar terug in Geldrop een duo uit Edinburgh, The Jellyman's Daughter, bestaand uit Emily Kelly (gitaar) en Graham Coe (cello), dat heerlijke samenzang vermengt met originele instrumentatie. Hun muziek kun je in de vergaarbak americana gooien, maar is net zo goed verwant aan pop, soul, klassiek of rock, en zelfs een Beatlescover herken je vooral aan de tekst, want zij geven er een heel eigen invulling aan. Ze zijn sinds 2012 een duo, in 2014 verscheen hun titelloze debuut dat al zeer lovende recensies kreeg en sinds een paar maanden is er Dead Reckoning, waarop zij koers zetten naar meer diepgang in hun muziek.

Net als op hun titelloze debuutalbum uit 2014 heeft The Jellyman's Daughter ook nu weer gasten uitgenodigd, dit keer zijn dat Jamie Francis (Sam Kelly & the Lost Boys) op banjo, Paul Gilbody (o.a. KT Tunstall) op contrabas en Toby Shaer (Cara Dillon, John McCusker, Heidi Talbot) op fiddle, plus nog een 16-koppig strijkorkest met violen, viola's en cello's. Emily Kelly hanteert akoestische gitaar en mandoline, Graham Coe bespeelt naast zijn cello ook nog mandoline, akoestische gitaar, piano en EBow akoestische gitaar.

Kelly en Coe houden zich niet echt aan een bepaald genre, al klinken ze over het geheel genomen toch vrij folky in hun liedjes over relaties, reizen of de wereldproblematiek. Maar je hoort invloeden van bluegrass of soul, de intro van openingsnummer Quiet Movie doet aan de Ierse Enya denken, waar titelnummer Dead Reckoning juist heel kaal begint met de soepele stem van Kelly en mandoline van Coe om vervolgens opgetuigd te worden met strijkers, terwijl het geheel toch niet al te vol gaat klinken. De cello bepaalt vaak het geluid. Van speelse romantiek tot vuige progrock, Graham Coe heeft het in zijn vingers. En Emily Kelly weet de weg op haar akoestische gitaar, zij geeft samen met de banjo en viool The Worst Of It All, een prachtig door haar gezongen liedje over wereldproblemen, een zekere melancholie mee die door de soberheid juist flink binnenkomt. Vervolgens komt er met The Shoogly Peg een ronduit lekker naar jazz neigend instrumentaaltje (met o.a. cello en banjo) langs zodat je niet in een sombere stemming blijft hangen.

De enige cover van dit album is Cry, Cry, Darling, van Jimmy C. Newman, een lied dat, net als het origineel, heel gemakkelijk een tranentrekker zou kunnen zijn, maar hier vooral fijngevoelig door Kelly wordt gezongen, geaccentueerd door nostalgische cellopartijtjes, waardoor de emotie bij de luisteraar ontstaat in plaats van bij de muzikanten.

De titel van het album is een term uit de navigatie, van de term 'gegist bestek' had ik nog nooit gehoord, maar het gaat om een methode waarbij vanuit de vertrekpositie aan de hand van de koers en afgelegde afstand de huidige positie bepaald wordt. Het lijkt een zorgvuldig gekozen titel te zijn, want met de liedjes op Dead Reckoning zet The Jellyman's Daughter koers naar meer diepgang, gedreven door de prachtige cello en gitaar en die heerlijke vocale harmonieën. Hopelijk zien we dit duo snel weer terug in Nederland.

Mirjam Adriaans