Heaven nr 4 boordevol interviews
Het vierde nummer van de vierde jaargang van het popmagazine Heaven is weer aangenaam goed gevuld. Het blad bevat ondermeer interviews met Salif Keita, Lambchop, Suzanne Vega, Perry Blake, David Kitt, Tift Merritt, Spinvis, Fay Lovsky, Ygdrassil, Arto Lindsays en Jonatha Brook.
Veel cd-nieuws, ook in de vorm van meer dan zeventig recensies en de discografie van Uncle Tupelo en alle vertakkingen van deze groep: Son Volt, Golden Smog, Wilco en Jay Farrar.
Uit de interviews met Suzanne Vega, Tift Merritt en Ygdrassil hier enkele citaten:
Suzanne Vega
Chris van Oostrom sprak uitgebreid met Suzanne Vega, ook over de moeilijke periode - scheiding van haar producer en echtgenoot Mitchell Froom - die vooraf ging aan de verschijning van de cd Songs In Red And Gray. Op die cd geeft ze een inkijkje in haar persoonlijk leven. Vega hierover:
…Ik geef alleen die gedeelten van mijn persoonlijk leven prijs die ik prijs wíl geven. Meer krijgen ze niet te horen. (…) Ik heb op dit album toch redelijk afstandelijk en met gebruik van metaforen over mijn privéleven geschreven. Wie ernaar luistert zal er niet achterkomen hoe mijn ex-echtgenoot eruit ziet. Je weet misschien zijn naam en je kunt hem opzoeken op internet, maar de songs zelf leveren geen informatie omtrent wat aan de basis lag van de breuk. Je komt hooguit te weten dat Daddy's dark riddle. Wat zegt zo'n regel nou? Het geeft je een idee, maar niet meer dan dat.
Ik sta niet met mijn vuist naar hem te zwaaien om hem te straffen voor het feit dat hij een stoute jongen is geweest. Meer hoeven mensen ook niet te weten (…) Zo ongebruikelijk is het natuurlijk ook niet, zingen over stukgelopen relaties. Ik heb het alleen proberen te doen op een manier die van waardigheid getuigt en tegelijkertijd interessant genoeg is voor de luisteraar. Je kunt niet volstaan met te zeggen: ik ben van mijn man gescheiden en dit is wat ik er van denk. Je moet het publiek altijd ergens mee naar toe nemen waar het niet eerder is geweest…
Tift Merritt
Tift Merritt werd na het Blue Highways Festival in Utrecht door de pers omschreven als het grootste talent. Nu haar debuut-cd Bramble Rose is verschenen, was het de hoogste tijd voor Bart Ebisch om eens met de mooie 27-jarige zangeres uit North Carolina te gaan praten.
…Tift Merritt is het best bewaarde geheim in countryland. In 2000 won ze de talentenjacht van het befaamde muziekfestival Merlefest, in navolging van culthero Gillian Welch. Intussen begonnen platenmaatschappijen zich om haar te verdringen. Sugar Hill klopte als eerste aan. Het werd Lost Highway, ook de platenstal van Lucinda Wiliams en Ryan Adams…
... Merritt wist dat de verwachtingen hoog waren, toen ze vorig jaar de studio in ging met producer Ethan Johns (Ryan Adams). Nu moest het echt gaan gebeuren. Op een verzamelaar van platenlabel Yep Roc stond ze met een liedje. Met The Carbines had ze een single gemaakt, en met Two Dolar Pistols, de band van John Howie, een mini-cd. Het eerste echte wapenfeit, een demo met een groot aantal songs, werd echter nooit als cd uitgebracht. Simpelweg omdat ze niet tevreden was…
…Over de samenwerking met Ethan Johns is Merritt lovend. "Doordat we zo lang gewacht hadden, was er een bepaalde druk. Dat voelde hij en hij loste dat heel gemakkelijk op. 'Kom spelen', zei hij. Alles is vervolgens live opgenomen. Ik heb tegelijk gitaar gespeeld en gezongen. Eng in het begin, maar Ethan geloofde in me en dat was heel inspirerend. Het mocht vooral geen cleane Nashville-plaat worden, en daar is hij goed in geslaagd. Natuurlijk hoor je Ryan Adams terug, Ethan heeft zijn werkwijze echt niet voor mij veranderd."…
…Het resultaat is een gevarieerde countryplaat, waarop de kraakheldere, krachtige stem van Merritt centraal staat. De met veel glans omgeven stem roept grote zangeressen in herinnering, zoals Patsy Cline en Emmylou Harris. "Ik was negentien jaar toen ik Emmylou Harris ontdekte. Dat kun je dus allemaal doen met een stem, dacht ik. Ik zong voor mezelf thuis, maar vanaf dat moment realiseerde ik me dat zingen gewoon bij me hoort"…
Ygdrassil
Voordat Eric van Domburg Scipio voor Heaven Annemarieke Coenders en Linde Nijland die het duo Ygdrassil vormen, aan een luistertest onderwerpt komen ze aan het woord over hun manier van werken.
Annemarieke: "We schrijven ieder afzonderlijk onze liedjes en laten de tweede stem geheel aan de ander over. We zingen al zolang samen dat we eigenlijk feilloos aanvoelen wat bij de ander past. En als het al een keer wringt zeggen we dat gewoon".
Linde: "Je moet je liedjes ook een beetje kunnen loslaten. Omdat we ze afzonderlijk schrijven, raak je snel gewend aan één stem. Door die tweede stem wordt het toch altijd een beetje een ander liedje."
Bij de luistertest krijgen ze nummers te horen zonder dat ze weten van wie ze zijn. Zo krijgen ze Neil Young voorgeschoteld met A Man Needs A Maid. De reactie van Linde:
"Op de Regionale Radio Noord werd ons gisteren gevraagd onze Eeuwige Houdbare Plaat de draaien. Toen hebben we ook Neil Young gekozen: Country Girl van Déjà Vu. A Man Needs A Maid hebben we gecoverd op onze eerste plaat. We hebben dit nummer voor het eerst samen gezongen op Station Amersfoort, toen we elkaar net hadden leren kennen, op ons zeventiende of zo. Sommige mensen vinden dit nummer seksistisch, maar dat vind ik helemaal niet. Hij stelt zich zo kwetsbaar op en ook als vrouw kan ik me helemaal inleven in dat gevoel dat je iemand zoekt die er helemaal voor je is, ook al is het zoals wij het zingen een totaal andere song. Zo'n groots arrangement lijkt me ook wel mooi bij onze muziek, maar dan op latere leeftijd zoals bij Joni Mitchell."
Als Fine Horseman gezongen door de Silly Sisters (Maddy Prior & June Tabor) op de draaitafel ligt zijn de reacties:
Annemarieke: "Wauw, dit is mooi." (luisteren aandachtig) "Wie zijn dit?"
Linde: "Heeft Freek de Jonge ons niet ooit aangeraden hiernaar te luisteren?"
Annemarieke: "Nee, dat waren die Canadese zusjes."
Linde: "Freek de Jonge kwam ooit naar ons toe op een poëziefestival en vroeg: 'Zijn jullie zusjes?' Toen hebben we voor hem een liedje gezongen, waarop hij vroeg of we dit en dat kenden, onder anderen Kate & Anna McGarrigle, maar toen moest hij snel op."
Annemarieke: "Ik vind het heel mooi, ga het even opschrijven."
En na The Sea van Fotheringay:
Annemariek (meteen) "Sandy Denny."
Linde: "Dat is mijn lieveling. Heb ik vandaag nog gedraaid voor ik wegging."
Annemarieke: "Dit liedje?"
Linde: "Nee, niet dit liedje. Toen Fairport Convention twee jaar geleden voor het eerst in vijfentwintig jaar in Groningen was, ben ik tijdens de soundcheck naar ze toe gestapt of ik Who Knows Where The Time Goes met ze mocht zingen. En dat mocht. Dat was een van de meest fantastische dingen uit mijn leven. Echt heel bijzonder. Het ging ook heel goed. Ik vond ook dat ik het wel mocht vragen. Ze is mijn lievelingszangeres. Ik hoefde verder ook niets van hen of zo. Ik wist ook niet dat ze op het jaarlijkse Cropedy-festival in Engeland gastzangeressen de Sandy Denny-rol lieten zingen. Het was echt iets voor mezelf"…
En na Kanneke van Laïs:
Linde: "O god, dat zijn ze. Ik vond het begin niet zo mooi. Ik houd er niet van hoe ze er zo inkomen. Het is me gewoon te gemakkelijk of zo."
Annemarieke: "Ik voel me hier niet zo mee verwant omdat ze heel erg vanuit een bepaalde traditionaliteit werken. Het heeft geen persoonlijke grondslag, de stemmen natuurlijk wel en de uitvoering maar de rest… Er zijn echter wel heel veel mensen die van Laïs houden en van ons houden."
Linde: "Het lijkt me wel eens fijn hele traditionele folk te zingen, op een onpersoonlijke manier, en alleen stem te hoeven zijn."