In het jongste nummer van New Folksounds (116) is er veel aandacht voor
muziek van Nederlandse bodem, met artikelen over Maalstroom, Het
Gezelschap, Marten de Paepe en Dutch Rare Folk. Over de grenzen wordt
gekeken met artikelen over Spirogyra's voorman Martin Cockerham en
ngoni-speler Bassekou Kouyate.
Het Gezelschap maakt Montferlandse folk, Natasja Barkhuysen-Tacke vertelt over hoe ze muziek is gaan maken die nauw verbonden is met de verhalen uit de oost-Nederlandse streek waar ze woont. Met folk was ze daarvoor niet eerder in aanraking gekomen, maar ze zegt: "Door bezig te gaan met deze muziek was het alsof alles ineens op zijn plaats viel. Alsof ik een bron had gevonden."
Ook in het oosten van Nederland, maar dan iets zuidelijker ligt Nijmegen, de thuisbasis van singer-songwriter Marten de Paepe, die uitleg geeft over zijn intieme fluisterliedjes. Vervolgens gaan we naar het Roemeense dorpje Clejani, waar Taraf de Haïdouks vandaan komt, in de rubriek Het Meesterwerk wordt de voorloper van hun eerste plaat behandeld. In het vorige nummer van NFS lazen we over een elpee van Spirogyra, de frontman van die groep, Martin Cockerham, blijkt enthousiast en energiek bezig te zijn met nieuw werk, er komt zelfs een nieuw album van Spirogyra uit. Cockerham: "De opnamen zijn nog niet helemaal afgerond, voornamelijk vanwege het ontbreken van financiële middelen. De meeste opnamen zijn inmiddels gemaakt in de homestudio van Mark Francis en ik ben nu zover dat ik zelf een bescheiden homestudio tot mijn beschikking heb."
Violiste Charlotte Peyskens licht wat toe over het ontstaan van Lebocha, een groep die de grenzen van de balfolk verlegt, o.a. door invoeden van klezmer, balkan en jazz. Met Maalstroom komen we weer terug in Nederland, zij brachten eind vorig jaar een nieuwe plaat uit en Michel Duijves praat over de ontwikkeling van de groep. Uit Duitsland komt Stephan Micus, ooit door Marius Roeting 'de enige echte wereldmuzikant' genoemd. Hij bespeelt dan ook meer dan veertig verschillende instrumenten, uit de hele wereld afkomstig, die hij integreert in zijn eigen muziek. Tenslotte is er nog een uitstapje naar Afrika, in een interview met Malinees Bassekou Kouyate, die nog met Ali Farka Touré speelde op diens laatste plaat Savane, alvorens met de verzamelaar Dutch Rare Folk weer in eigen land te eindigen. Bij dit laatste blijkt het voordeel van digitalisering van bestanden. Op de website van het blad zijn namelijk verhalen te lezen uit de voorloper van NFS, Jan Viool, over o.a. Chimera, Dommelvolk en Irolt, die te beluisteren zijn op de cd die samengesteld werd door Matthijs Linneman.
In De Instrumentenbouwer komt de draailier aan bod. Er is een artikel gewijd aan de Franse chansonnière Barbara, en eentje over de kleinschalige platenmaatschappij Sublime Frequencies, gespecialiseerd in rauwe mengvormen van diverse stijlen en radio-collages. Naar goede gewoonte wordt een hele stapel cd's gerecenseerd, o.a. Nynke Laverman, Mazzeltov & Rolinha Kross, Maggie Reilly, Kila, Les Doigts De L'Homme en een kader met muziek uit diverse Afrikaanse landen uitgegeven door Harmonia Mundi-Nandi.
Daarnaast staan er diverse advertenties in het blad voor de festivalliefhebber, met de programma's van Folk in de Wâlden (7 juni Oentsjerk), Music Meeting (10-12 mei Nijmegen), Gipsy Festival (25 mei Tilburg) en Trad.it! (12 april Groningen).
De verhalen uit Jan Viool zijn na te lezen onder het kopje artikelen op www.newfolksounds.nl.