Bladen
NFS 107 met DJAL en festivalverslagen
In de rubriek Achter de Schermen wordt deze keer de platenbaas opgevoerd. Nou is Jos Starmans van Inbetweens Records niet zo'n stereotiep gelikte figuur met dikke auto, maar vertelt hij dat de liefde voor de muziek hem eigenaar van een platenlabel maakte. Hij zegt: "Eigenlijk ben ik veel meer liefhebber dan zakenman. Ik wil ook geen album uitbrengen vanwege de commercie. Ik wil iets doen wat ik leuk vind. En kwaliteit, maar dat is dan ook weer subjectief, gaat bij mij voor kwantiteit."
Over DJAL worden heel wat lovende kritieken de wereld ingestuurd. De Franse balgroep is bijzonder populair onder dansers, en Rolf Groeneveld vroeg o.a. naar de onlogische keuze om met een studioplaat te komen na eerdere live albums: "We zijn in de eerste plaats een balgroep, en spelen dus vooral voor dansers. De muziek komt daarom op een optreden veel meer tot zijn recht dan in een studio. (...) Na de eerste twee platen hadden we echter de behoefte om subtielere, complexere dingen met de muziek te gaan doen die op het podium juist weer niet tot hun recht komen omdat je dan altijd geneigd bent wat ruiger en ritmischer te spelen."
Overigens bracht Groeneveld ook een bezoek aan het festival in het Franse Saint Chartier, waar de band speelde. Daar kreeg hij zijn bedenkingen over het voortbestaan van dit evenement. Hij schrijft verderop in NFS in zijn (over de muziek heel positieve) verslag: "Ik ben heel benieuwd hoe het festival zich de komende jaren verder zal ontwikkelen, vooral wat betreft het alcoholische, djembé spelende volksdeel. Ik heb zelden zoveel mensen horen zeggen dat dit voor hen wel eens de laatste keer zou kunnen zijn, en het lijkt erop dat Saint Chartier zich in een gevarenzone bevindt waar het alleen met harde maatregelen uit kan komen."
Nog een jonge, maar al snel succesvolle, groep is Le Vent Du Nord, uit het Canadese Quebec. Ook zij speelden op Saint Chartier, en op het Tønder festival in Denemarken. Dries Delrue interviewde Benoit Bourque, hij speelt diatonisch accordeon en mandoline. Nicolas Boulerice is zanger en draailierspeler en dan zijn er nog de violist en gitarist Olivier Demers en zanger-gitarist Simon Beaudry. Hun traditionele liederen kiezen ze niet uit de bekende universitaire archieven, maar: "Simon Beaudry komt uit de streek van Lanaudière, het gebied waar de muzikale traditie het sterkst leeft. (...) Ikzelf heb een ruime collectie van oude platen en veldopnames. En in de familie van Nicolas boulerice werd ook al sinds generaties veel gezongen. (...) Reels, gigues, walsen die we op de liederen laten volgen schrijven we zelf."
Verder artikelen over Ot Azoj, die het met hun nieuwe theaterprogramma over een andere boeg gooien, Isbin & Fourier, etnomusicoloog Wouter Swets, de Nepalese non Ani Choying Dolma, die indruk maakte op Sfinks in de Three Sisters, Dazibao, Pamela Morgan, de stichting Chime die zich bezighoudt met Chinese muziek en over zangeres Gong Linna, die door Chime geprogrammeerd is in het Muziekgebouw aan 't IJ.
In Het Meesterwerk My Life In The Bush Of Ghosts, een samenwerking tussen David Byrne en Brian Eno en zoals gebruikelijk heel veel cd-recensies, waaronder Les P'tits Belges, The Lamps Of The Universe, Schälsickbrassband, The Weepies, Hem en kaderrecensies met americana en Hongaarse muziek.
Zie ook www.newfolksounds.nl.