Singer-songwriter Alex Roeka rust niet voor hij zo'n tien cd's heeft volgezongen. Zijn nieuwste, Hadeskade, is zijn vijfde op weg naar wat een ‘oeuvre van Nederlandstalige autobiografische liedjes' moet worden, zo zegt hij tegen Mark Minnema in BN/De Stem.

Roeka uit zich in meerdere stijlen. Bij hem hoor je blues, pop, chanson, folk, al naar gelang het gewenste gevoel. Zaterdag 29/4 treedt hij vanaf 20 uur op in het Zeeuwse Theater in Middelburg. Donderdag 11/5 staat hij in het Koningstheater in Den Bosch, zaterdag 13/5 in de Regentes in Den Haag en donderdag 25/5 in De Groene Engel in Oss.

Hier enkele passages uit het artikel van Mark Minnema zoals dat in BN/De Stem verscheen.

..."De meeste collega's schrijven naar hun publiek toe, om te behagen, een hit te schrijven. Ik schrijf naar mezelf toe. Mijn verleden is de bron." Hij schrijft liedjes sinds het eerste, tien jaar geleden, zo rond zijn veertigste zomaar uit de gitaar rolde. D'r moest iets uit blijkbaar, nadat hij zich zo'n vijf jaar lang had ondergedompeld in een soms treurig, maar ook opwindend kroegleven. (...)"Ik heb een hang naar de donkere kant", zegt Roeka. "Je denkt dat het leven daar authentiek en eerlijk is. Wat zeer zeker bedrog is natuurlijk. Maar het is toch de charme van de nacht, van buiten de maatschappij staan. Om er van een afstandje naar te kijken, is ontzettend mooi. Maar ik heb ook een tijd lang dicht tegen de grens gezeten, een tijd waar ik niet met trots op terugkijk."...

...Rusteloosheid heeft hem altijd gedreven. Roeka ontvluchtte het verstikkende milieu van zijn jeugd door aan te monsteren op een zeesleper. Hij voer, met tussenpozen, een jaar of drie. De hang naar de zee die nog uit zijn liedjes spreekt, is vooral een hang naar vrijheid. "Eigenlijk hou ik meer van bergen, haha. Die zee is ook een romantisch beeld, een verlangen dat je vindt in de poëzie van Slauerhoff. De eerste reis heb ik geweldig gevonden. In een sleepboot op een wilde zee, de sterrenhemel, de romantiek van een stel kerels op zee, het drinken, de hoeren." Die zucht naar vrijheid, maar ook de wil om dat in muziek te vertalen: misschien is het terug te voeren op het moment dat hij als jongetje de oerschreeuw hoorde van Little Richard, in ‘Long Tall Sally'. "Een bijna traumatische ervaring, die ik nog steeds voel als ik die plaat opzet. Iets verschroeiends gaat ervan uit, een stem die nooit geëvenaard is. Het heeft de deur geopend naar een andere, ruige, rauwe, vrije wereld. Hoe dieper je dat raakt, hoe krachtiger je het zelf wilt." Ook is er zijn bewondering voor Jacques Brel, de ‘ultieme zanger', voor Bob Dylan en de tragische countryster Hank Williams: de eerste die geheel putte uit zijn eigen leven. Het is wat ook Roeka beoogt, een autobiografisch liedoeuvre opbouwen. Maar hij kiest niet voor één muziekstijl. Bij hem hoor je blues, pop, chanson, folk, al naar gelang het gewenste gevoel. Draait zijn hand niet om voor punkrock als het kwaad moet zijn. Iets intiems wordt een folkachtig liedje. "Elke stemming heeft zijn eigen vorm", zegt hij, "En ik ben ze allemaal." Zijn nieuwe cd verschilt daarin niet van de voorgaande...

....De laatste tijd snijdt hij ook maatschappelijke onderwerpen aan. Het thema migratie bijvoorbeeld. Is van alle tijden, betoogt Roeka, en dat zwerven, op zoek zijn naar een beter leven, daar heeft hij zelf ook wel iets mee...

...Milder is hij met de jaren niet geworden. "Absoluut niet. Deze plaat is juist weer ruiger dan de vorige. Nee, ik ben ook geen rustiger mens geworden sinds ik liedjes schrijf. Ik zal pas tot rust komen als ik zo'n tien cd's heb gemaakt. Ik moet dat oeuvre gestalte geven, ben fanatiek bezig verloren tijd in te halen. Ze vragen wel of ik niet weer zou willen varen. Jawel, maar ik heb nog meer zin in schrijven. Het is dezelfde onrust die me drijft."...