Voor zanger/gitarist Hans Theessink (58) zijn er nog maar weinig plaatsen waar de muziek hem niet gebracht heeft. Komende week komt de van oorsprong Nederlander, maar in Oostenrijk wonende Theessink weer voor enkele concerten naar hier. "Ik heb altijd een binding met Nederland gehouden", zegt hij in een interview tegen Harry de Jong, dat onlangs verscheen in De Gelderlander.

Theessink treedt komende dagen op: do 27/4 Muziekcafé Meulenberg in Mol (Be), vr 28/4 Folkclub Twente in De Roef Enschede, za 29/4 CC De Molenberg Delfzijl, Zo 30/4 om 14 uur en om 20 uur in De Amer in Amen, di 2/5 café De Rustende Jager Formerum Terschelling. Op 7 september komt hij nog eens deze kant op en treedt hij op tijdens het Rhine Town Jazz Festival in Wageningen.

Hier enkele passages uit het artikel in De Gelderlander:

...Hij komt oorspronkelijk uit Enschede, woont in Wenen en speelt Amerikaanse bluesmuziek. Hij is net terug van een optreden in Schotland en hij staat alweer op het punt de deur uit te gaan voor een tournee van drie weken door Denemarken. Om meteen daarna door te reizen naar Australië en Nieuw-Zeeland. „China en Afrika, daar moet ik nog een keertje naar toe en dat komt er vast wel eens van", aldus de zanger. „Want een mens moet een beetje in beweging blijven." En dat lukt Theessink aardig, want ook op muzikaal gebied staat hij niet stil. Liet hij zich aanvankelijk inspireren door de handgemaakte countryblues van het Amerikaanse platteland, sindsdien is hij zijn grenzen blijven verleggen en de laatste tijd jongleert hij volop met exotische Afrikaanse ritmes om aldus een brug te slaan tussen twee continenten. De Nederlandse Oostenrijker tekende sinds 1970 voor vijftien albums en die bewijzen stuk voor stuk dat er nog heel creatief kan worden omgesprongen met Amerikaanse bluesmuziek...

...Enschede is bepaald niet het Chicago van Europa en de jonge Theessink kwam de blues dan ook toevallig op het spoor. „Op een avond hoorde ik Big Bill Broonzy op Radio Luxemburg en ik ben de volgende dag onmiddellijk naar de winkel gerend om een bluesplaat te kopen. Maar daar wisten ze nauwelijks wat die muziek inhield en verkochten ze me een plaat van The Dutch Swing College Band. Dat was dus mijn eerste ‘blueselpee'. „Dit is ongeveer dezelfde muziek als die jij zoekt", zei de verkoper tegen mij, ik hoor het hem nog zeggen. Die elpee heb ik dan ook nooit weggedaan."...

..."dankzij het feit dat Radio Luxemburg die muziek draaide, ben ik er een passie voor gaan ontwikkelen die ik de rest van mijn leven niet meer kwijt zou raken." Theessink kocht een gitaar en begon als een gek te oefenen. „Ik had alleen geen lesmateriaal voorhanden en moest het hebben van de dingen die ik op mijn platen hoorde", vertelt hij. De dag dat het legendarische Amerikaanse countrybluesduo Sonny Terry & Brownie McGhee naar Enschede kwam, was dan ook een belangrijke in zijn leven. „Toen zag ik voor het eerst hoe je ‘het' moest doen op de gitaar. Ik was nog maar een jongen en die twee ouwe Amerikanen waren in mijn ogen halve goden."...

...halverwege de jaren zestig was hij zover dat hij zelf het podium op kon. En nog geen tien jaar later trok hij met zijn gitaar in de koffer naar de VS om het vak uit eerste hand te leren van zwarte bluesmuzikanten. (...) "Ik heb toen zelfs het geluk gehad Muddy Waters te ontmoeten en daar ben ik achteraf nog steeds trots op. In Greenville, Mississippi, was dat. Een man met diepgang, net als zijn muziek. Ik kom nog steeds regelmatig in Amerika om op festivals te spelen, maar die eerste keer heeft de meeste indruk op mij gemaakt." Ondertussen had de muzikant een Oostenrijks meisje leren kennen en samen met haar vestigde hij zich in Wenen. „Ach, als muzikant kun je overal wonen. Je zou het niet verwachten, maar er is toch een goede bluesscene in Wenen, dus wat dat betreft voel ik me prima thuis. Maar ik heb wel altijd een binding met Nederland gehouden."...