Bladen
Robert Plant - halfgod van de hardrock - nu ambassadeur van wereldmuziek
Hier enkele passages uit het Brabants Dagblad artikel:
...Hij was de halfgod van de hardrock. (...) Met z'n 57 jaar is hij in de bloei van zijn tweede jeugd. Lang vervlogen zijn de jaren waarin hij en gitarist Jimmy Page de trend zetten met massieve rockriffs, megaconcerten en excessief drank- en drugsgebruik. Anno 2005 is Plant een gelouterd man. De wallen en groeven in zijn gezicht zijn aanzienlijk. Zijn schaapjes heeft hij ongetwijfeld op het droge. En toch speelt hij nog altijd gedreven in een bandje, Strange Sensation. De recente cd Mighty Rearranger scoorde niets dan lof. Plant kan er om grimassen. Want zo evident was dat succes niet. In ieder geval niet voor zijn platenmaatschappij. "Het muzikale milieu is de laatste tien, vijftien jaar afschuwelijk. Ik zat in een band die miljoenen platen heeft verkocht. Maar de platenmaatschappij dacht slechts: hoe moeten we in godsnaam die oude man in de markt zetten?"...
..."Jimmy Page en ik speelden al in 1970 in een studio in Bombay met van de straat geplukte Indiase muzikanten. De opnamen zijn verloren gegaan, maar wat we toen deden was ongetwijfeld wereldmuziek. Alleen bestond de term toen nog niet." Al in de begintijd van Led Zeppelin exploreerden Page en Plant de globe om hun muzikale horizon te verbreden. Oude Amerikaanse bluesknakkers waren van jongsaf Plants helden. Maar bij de berbers in het Marokkaanse Atlas-gebergte vond hij net zo goed muziek die de rillingen over zijn lijf joeg. Magisch noemt hij ook zijn kennismaking met de stem van de Egyptische diva Oum Kalsoum. "Toen ik dat hoorde, was ik weg. Geen rockgod meer." Eenzelfde sensatie onderging Plant toen hij tweeënhalf jaar geleden in de Sahara bij Timboektoe een Toeareg-festival meemaakte. De woestijnblues raakte hem diep. Plant zat en zong er, onder een oceaan van sterren, ook rond het kampvuur met de Malinese gitarist Ali Farka Toure. Dit soort ervaringen was de voeding voor Led Zeppelins fameuze nummer Kashmir en nu weer voor Strange Sensation...
...In gitarist Justin Adams heeft hij opnieuw een gelijkgestemde ziel.
Adams: "Ik heb jaren in het Midden-Oosten gewoond. De muziek daar had voor mij iets speciaals. Maar in alle bandjes waar ik in speelde zeiden ze tegen me: waarom speel je toch van die kebab-muziek?' Nu heb ik iemand die dat juist aanmoedigt." PLant: "We combineren allerlei muzikale vormen met harde rock. Zonder onze neus op te halen voor welke stijl dan ook. We jatten van overal. Dat is wat ik ben: een dief met een zilveren tong."...
...De blues is nog onmiskenbaar een inspiratiebron. "Ik kan nog steeds janken als ik Muddy Waters hoor", zegt de zanger. Maar er zijn ook circulerende ritmische patronen en klaaglijke melodielijnen, die rechtstreekser naar andere continenten verwijzen. Strange Sensation heeft bij het publiek van professionals het pleit al lang beslecht wanneer de bluesklassieker Hoochie Coochie Man en Led Zeppelins kraker Whole Lotta Love versmelten in een uitgesponnen groove die hoger sferen nabij brengt...