Hier nog enkele passages van het artikel, zoals dat in de Provinciale Zeeuwse Courant verscheen:
...Hij was een tijdje uit beeld, leek het. Adrian James Croce presenteerde zich halverwege de jaren negentig met drie albums vol Tom Waits-achtige pianoblues en -boogie. Een natuurtalent. Hij hield er ondermeer enkele uitnodigingen voor North Sea Jazz aan over. Het was muziek die eigenlijk in niets herinnerde aan die van zijn vader, de in 1973 bij een vliegtuigongeluk omgekomen singer-songwriter Jim Croce die de tijd in een fles trachtte te bewaren - wat natuurlijk niet lukte. Maar het liedje dat hij er over schreef werd een wereldhit. Rond A. J. werd het na een vliegende start rond de eeuwwisseling plots stiller, maar vorig jaar verscheen het verrassende album Adrian James Croce. Verrassend om de muziek, maar ook om de hoes waarop Adrian nu eens niet aan de piano, maar met een gitaar te zien was. De rokerige nachtclubbrakers-songs hadden plaats gemaakt voor frisse gitaargerichte liedjes die vooral aan Costello, Beatles en Beach Boys refereren....
...Voor zijn radicale muzikale koerswijziging heeft hij een verklaring. Toen hij in 1998 aan zijn derde 'piano-roots' album Fit to serve begon, kreeg hij plotseling stemproblemen. Op het moment dat de microfoons in de studio klaarstonden kwam er geen klank meer uit zijn keel. "De dokter constateerde knobbels op mijn stembanden of zoiets. Gevolg van verkeerd stemgebruik. Hij kon er tijdelijk iets aan doen zodat ik de plaat kon voltooien, maar adviseerde mij met het oog op de toekomst om een stemcoach te raadplegen. Zo nam ik dus voor het eerst van m'n leven professioneel zangles, met als gevolg dat m'n zangstem niet alleen hoger werd, maar dat ik ook andere songs ging schrijven. Ik ben altijd heel eclectisch geweest in m'n smaak...
...Er zijn twee soorten muzikanten. De eerste luistert zo min mogelijk naar andere muziek om zich niet te laten beïnvloeden. De andere is het tegenovergestelde. Bijna meer 'fan' dan 'muzikant'. Hij graast, verzamelt, analyseert en vergelijkt. A.J. Croce is er zo eentje. Zijn platencollectie is enorm, tot obscure 78-toeren schijven aan toe. "Dat is voor mij iets vanzelfsprekends", zegt hij. "Want natuurlijk laat je je beïnvloeden. Dat doet iedereen. Ik kan ook naar geen plaat luisteren zonder dat er associaties opgeroepen worden. Zuivere originaliteit bestaat nauwelijks. Of ik nu naar Beck, Radiohead, Beatles, Stones of John Coltrane luister, ze hebben allemaal hun invloeden. Je hoort een Beatles-plaat en je denkt: 'Hé, dat hebben ze van Duke Ellington.' Dan hoor je die Ellington-plaat en je denkt: 'Hé, dat heeft hij van Bach'. Onvermijdelijk. In mijn muziek net zo goed als in die van anderen."...