Ialma swingt tijdens festival in Nisse

In de Provinciale Zeeuwse Courant is helaas niks terug te vinden over de eerste avond van
het festival Pastorale au Parvis dat vorig weekeinde in het Zeeuwse Nisse (onder Goes) plaats vond. We hadden graag gelezen hoe het concert van June Tabor in het sfeervolle kerkje van Nisse was uitgepakt. In het magere verslag van Rob Paardekam moeten we het wat dat betreft doen met de openingszin: "Na de kerkconcerten van vrijdag, begonnen zaterdagmiddag de pleinconcerten op het dorpsplein". We laten Paardekam even aan het woord:

… Na enig oponthoud door technische problemen opende Richard MD Arzad en zijn
muzikanten het festival met hun op Javaanse volksmuziek gebaseerde repertoire waarin ook Afrikaanse, Koreaanse en Surinaamse invloeden te herkennen waren. Vervolgens brachten de Amsterdamse straatmuzikanten Joek en Jette - door de organisatie naar Nisse gehaald na het zien van een reportage in Netwerk - het publiek in beroering met een repertoire van vooral klassieke liederen…

…Na het Belgische BuB en het Nederlandse Ygdrassil was het de beurt aan Ialma, door velen als de hoofdact beschouwd. De tienkoppige groep - vijf zangeressen en vijf muzikanten - maakte het helemaal waar, want hoewel ze het publiek niet echt van de stoelen kreeg, maakte de Belgische band er een swingend optreden van. Hun Gallicische muziek heeft een hoog meezinggehalte, zodat het voor veel bezoekers niet alleen bij luisteren bleef. Toen één van de zangeressen bij het laatste nummer opriep tot meezingen - `het is niet moeilijk, gewoon ay la la` - kwam het publiek zowaar bijna los. ..

…Na Ialma was het de beurt aan tenor Kees Taal, die een aria van Verdi zonder moeite afwisselde met een modern stuk van Saffina. De zevende Pastorale au Parvis werd afgesloten door de Brusselse groep Jaune Tourjours, die het publiek met een knap staaltje stadsfolk voor de laatste maal deed bewegen….

Dit fragmentarische verslag was dus aanmerkelijk minder doorkneed dan het
aankondigend interview in de PZC dat Marius Roeting had met Noemi Palomo, een van
de vijf zangeressen van Ialma. ,,In Galicië is zingen alleen aan vrouwen voorbehouden. De mannen bespelen instrumenten en dansen``, aldus Noemi Palomo. Hier enkele citaten uit het voorverhaal van Roeting, ook hoofdredacteur van het folkmagazine New Folk Sounds:

…De vrouwen begeleiden de zang met de pandereita, de Galicische tamboerijn. Daarop
hebben ze dan ook een verbluffende techniek ontwikkeld, waarmee ze hun repeniques (vibraties) over de vellen en bellen van het instrument laten ratelen. Die a capella
samenzang met hoge joelende uithalen en roffelende tremolo`s op het ritme-instrument
vormen een natuurlijk onderdeel van een optreden van de groep. Het aanstekelijk enthousiasme, het energieke en expressieve in de voorstelling maakt een optreden van
het vijftal uit Brussel ook visueel aantrekkelijk….

…Hoewel sterk geleund wordt op en vooral geput uit de rijke Galicische traditie onderscheidt Ialma zich terdege van de traditionele groepen uit de streek zelf. "Wij werken met Belgische muzikanten voor de begeleiding van onze zang. Hun benadering en beleving van de Galicische volksmuziek verschilt. Ze brengen net andere ritmische accenten aan of interpreteren een melodie even anders. Dat geeft Ialma een specifieke kleuring in haar eigen geluid",
verklaart de zangeres….

…De pas verschenen tweede cd Marmuladas laat de ontwikkeling van Ialma eveneens duidelijk horen. "Palabras darie, de debuut-cd, klonk vrij traditioneel van opzet met vooral veel stemmen en tamboerijn. De opnamen van de nieuwe cd zijn veel meer uitgewerkt en gearrangeerd"...