G u n n e l M a u r i t z s o n
-een veelzijdig Zweeds vocaal wonder-
Gunnel Mauritzson
Van het werk dat in de jaren '80 op LP's verscheen is in 1991 de verzamel-cd "Sjelvar" uitgebracht. Traditionele Zweedse polka's, walsen en mazurka's uit de 19e eeuw krijgen een verrassend eigentijds arrangement waarbij de combinatie van het snarenwerk van Ekedahl/Arvidsson/Nilsson enerzijds en de verschillende blaasinstrumenten (fluiten, hobo, whistle) van Annika Björkegren en Gunnel Mauritzson anderzijds kenmerkend is voor het geluid van Gunnfjauns Kapell.
Op deze CD is al iets van de grote vocale kwaliteiten van Gunnel Mauritzson te horen. Luister maar eens naar het prachtige liefdeslied "Det var en ljuflig sommernatt" en het slaapliedeje "Vaggvisa". Haar voorliefde voor jazz-muziek klinkt door in het door Björkegren geschreven Svenspolka, waarin Mauritzson vocaal improviseert op een polka. Sjelvar is een mooie overzichts CD met vroeg werk van Gunnfjauns Kapell. Hier en daar gedateerd en in 2 nrs. zelfs oubollig (Svaineryggen en Graisen) maar met een speelduur van 74 minuten waar voor je geld.
Op de 2e CD "Naudljaus" is violist Sören Nilsson vervangen door Owe Ronström. "Naudljaus" verwijst naar een gedicht van Gustav Larsson, een 20e eeuwse dichter die schreef in het Gutamäl, het dialect van Gotland. Liefhebbers van Ierse muziek zullen direct twee nummers herkennen, althans de muziek. Voor het gedicht "Naudljaus" gebruikt men de muziek van "My Lagan Love", voor een zeemanslied uit de 18e eeuw "Sjomansvisa" de melodie van "The Maid of Colemore".
Meer als op "Sjelvar" krijgen de grote vocale kwaliteiten van Gunnel Mauritzson de ruimte. In nummers als Esters Polka (Björkegren) en het voortreffelijke Fjaugen horen we weer die typisch jazz-georiënteerde improvisaties. Het begint een beetje voorspelbaar maar naarmate de nummers vorderen wordt de stijl losser en de geímproviseerde zang steeds uitbundiger. Naudljaus klinkt meer samenhangend dan Sjelvar. Gunnar Mauritzson neemt alle zangpartijen voor haar rekening. De traditionele instrumentale nummers zijn meer eigentijds gearrangeerd en het eigen werk van gitarist Ekedahl en fluitiste Björkegren past wonderwel tussen deze veelal 19e eeuwse muziek.
Voorlopig hoogtepunt uit het werk van Gunnfjauns Kapell is de CD "Volund" (1998). Volund is gebaseerd op een verhaal over een meestersmid uit de IJslandse Edda-Sagen. Deze smid was de maker van een magisch zwaard dat op Ragnarök ("doomsday") dood en verderf over de aarde zou brengen. Het verhaal speelt volgens de Edda ergens in Zweden.
Gunnfjauns Kapell heeft het verhaal naar Gottland getransformeerd daarbij geïnspireerd door een belangrijke archeologische vondst op Gotland: The great Ardre Stone met talloze inscripties. Daarbij komt nog dat Gotland gekend was voor haar fraaie smeedwerk.
Opmerkelijk op Volund is de samenwerking van Gunnfjauns Kapell en het koor Visby Allmänna Sången, een van de oudste koren van Zweden. Ondanks de grote inbreng van het koor blijft de muziek zeer herkenbaar. In tegenstelling tot Sjelvar en Naudljaus geen traditionele muziek maar eigen composities. Onmiskenbaar echter in traditionele stijl.
Hoogtepunten van de CD zijn de nummers "Is" en "Andetag" waarin gepassioneerde zang van Gunnel Mauritzson ondersteund door geweldige koorzang.
In 1997, Mauritzson had inmiddels Gunnfjauns Kapell verlaten, werd de groep Nåra opgericht. Gunnel Mauritzson-zang, Bjorn Stabi-viool, Bergen Jansen-accordeon. Op de gelijknamige CD een mix van traditionele muziek en eigen werk met op twee nummers ondersteuning van gitarist Roger Tallroth van de groep Vasen.
Opmerkelijk is het vermogen van Nåra en met name Mauritzson om teksten en muziek die in eerste aanleg niets met elkaar te maken hebben en zelfs in een totaal verschillend tijdsgewricht ontstaan zijn tot een harmonieus geheel te maken. Sommarnatt en Orsa Vållatspolka zijn voorbeelden van deze aanpak. De CD klinkt traditioneel.
Stabi en Bergen Jansen zijn op hun instrumenten absolute toppers in Zweden en dat laten ze horen ook Luister maar naar Valsen till dig (een nummer van Karen Tweed) of Rovpolskan. Ook het nummer Naudljaus komen we weer tegen op deze CD. Nog steeds met als inspiratie My Lagan Love maar toch in een afwijkend arrangement wat het dichter naar de Zweedse muziek brengt.
Mauritzson is een veelzijdig zangeres. Haar liefde voor jazz-muziek is al zijdelings aan de orde geweest. In 1996 bracht ze met haar band de CD Silhuette uit. Een eerbetoon aan de Zweedse baritonsaxofonist en componist Lars Gullin (1928-1976). De Zweedse jazz-scene heeft banden met de traditionele muziek. Een andere exponent was de pianist Jan Johansson (1931-1968) die op de CD Jazz på Svenska een geslaagde verbinding tot stand brengt tussen traditionele- en jazzmuziek.
Op Silhuette van Mauritzson vinden we jazz- en folkmuzikanten met als bekende namen Ola Backström (viool), Anders Hagberg (sax/fluiten), Roger Talloth (gitaar/bouzouki) en Richard Åstrom (piano/keyboard), Hans Eriksson (bas), Johan Löfcranz (drums).
De CD bevat een aangename mix van folk en jazz met voortreffelijk pianowerk van Åstrom. In de wat meer ingetogen nummers met spaarzame begeleiding komt de zang van Mauritzson het meest tot zijn recht Voorbeelden hiervan zijn Paradisets Timman, I Natten en Silhuette. De up-tempo nummers Fågel, fisk och mittemellan en Allt är Bingolotto misstaan enigszins op deze CD.
Op haar laatste CD Åter (2001) wordt de samenwerking met pianist Åstrom, saxofonist Hagberg en gitarist Roger Tallroth voortgezet. Violist Hans Kennemark is nieuw.
Mauritzson is verantwoordelijk voor het merendeel van tekst en muziek. Ook deze CD kent jazzy uitstapjes maar vormt door de hechte band een echt geheel en is veel meer dan Silhuette een CD die herkenbaar uit de Zweedse traditie stamt.
Paul
Discografie:
Gunnfjauns Kapell: Sjelvar (SJECD 7)
Gunnfjauns Kapell: Naudljaus (SJECD 9)
Gunnfjauns Kapell: Volund (SJECD 12)
NÅRA: NÅRA (cap 21615)
Gunnell Mauritzson: Silhuette (SRCD 04)
Gunnell Mauritzson: Åter (Xoucd 131)
voor meer cd-nieuws en -besprekingen zie CD's
reacties naar
Scandinavië grossiert
in zangeressen
De folkscene in Zweden mag zich naast Gunnel Mauritzson verheugen in nog veel meer vrouwelijk zangtalent en elan. Overigens is Zweden in dat opzicht niet uniek in Scandinavië. Even in vogelvlucht wat namen op een rijtje gezet:
ZWEDEN
Emma Härdelin was al eens met haar groepenGarmarn a en Triakelop Folkwoods in Eindhoven. Nog zo'n aardige jonge zangeres is Ulrika Bodén. Van haar verscheen eind vorig jaar de cd Valje A Vrake. De vermaarde groep Hedningarna heeft ook twee uitstekende zangeressen in haar gelederen: Sanna Kurki-Suoni en Anita Lehtola.
Een echt grote naam in Zweden is die vanLena Willemark. Zij linkt traditionele Zweedse ballades nogal eens met jazzy muziek. Door de grote reputatie die ze heeft opgebouwd wordt ze altijd omringd door de beste musici zoals Ale Möller en Per Gudmundson. Met die twee vormt ze ook nu en dan het trio Frifot.
NOORWEGEN
Zweden is niet het enige Scandinavische land dat grossiert in goede zangeressen. Wat namen uit Noorwegen:Lynni Treekrem, Kirsten Braten Berg, Rita Eriksen, Kari Bremnes en Mari Boine.
Van Lynni Treekrem komt de cd Haugtussa, waarvan de muziek gecomponeerd is door de Noorse componist Ketil Bjornstad. Zweverige muziek, maar nog net geen kitsch. Kirsten Braten Berg is nog zo'n ouderwetse Noorse zangeres. Luister maar eens naar haar cd Min Kvedartlund Komt.
Rita Eriksen is bevriend met de Ierse zangeres Dolores Keane. Samen met Dolores nam Rita Eriksen in 1996 de fraaie cd Tideland op.
Kari Bremnes is tegenwoordig de wat commerciëlere kant opgegaan met engelstalig werk.
De grootste is Mari Boine. Mari Boine is Sami, een bevolkingsgroep die leeft in het noorden van Scandinavië, dus niet alleen in Noorwegen, naar ook in Zweden en met name in het noorden van Finland.
FINLAND
Uit dat Finse Sami-gebied komen de joikers (aparte vorm van mouth-music). Nog twee sami-zangeressen - uit het Finse gedeelte - zijn de zussen van Annel Nieiddat. Ursula en Tuuni Länsman worden bij grotere concerten bijgestaan door Alfred Hakkinen op gitaar/drums en Kajasto (programming en keyboards). De zussen kunnen rustig joiken, maar met hun begeleiders kunnen ze ook een soort dance teweegbrengen. In eigen contreien zijn ze net zo geliefd als Mari Boine, maar daarbuiten zijn ze nauwelijks bekend.
Finland heeft een bruisende folkscene. Dat komt ondermeer door de bloeiende volksmuziek-faculteit van de Sibelius Academy, die ruim twintig jaar geleden werd opgericht in Helsinki, door enkele grootheden uit de Finse traditionele muziek onder wie Martti Pokela, de kantele-speler die eind jaren zeventig nog te gast was bij het destijds grote Rotterdamse Folk Festival.
De opleiding van Sybelius Academy heeft grote namen opgeleverd. Denk aan instrumentalisten als Maria Kalaniemi, Kimmo Pohjonen , de goep Prusikoukku, Olli Varis, Arto Järvela en Arja Kastinen.
Maar ook mooie stemmen, zoals die van Värttinä.
Marja Mattlar is een van Finlands grotere jonge zangtalenten. De zangeres bracht onlangs de cd Vesi uit. Aan die cd werkt onder anderen de fransman Gabriel Yacoub mee.
Gjallarhorn, met de zangeres Jenny Wilhelms, was afgelopen zomerseizoen een van de meest gevraagde groepen op festivals. Ze waren ook afgelopen zomer op Folkwoods in Eindhoven. Ze gaven een ingetogen concert, maar kunnen ook de pan uit swingen. Hun traditionele muziek wordt op eigentijdse wijze gebracht met een bijzondere rol voor de didgereedoo.
Liisa & Tellu is een a-capella duo. Tellu maakt zo nu en dan ook deel uiit van de Zweedse groep Hedningarna.
De zangeres Heikki Laïtinen zingt op de cd Mahla van Hanu Saha Hanu Saha bespeelt het typisch fins traditionele instrument de kantele.