Sjak Janssen is freelance journalist en levert incidenteel bijdragen aan Folkforum.nl

Sjak Janssen
Wat een pracht, die breekbare miniatuurtjes en
poëtische, smerige rockliedjes van Mark Lanegan

Pfff, weer een jaar bijna voorbij. En wat voor een jaar? Een jaar dat het vrije Westen langzaam opgesloten wordt. Maar ook een jaar met onweerstaanbare popmuziek die het hart sneller doet kloppen.

Soms stuit ik zonder het te weten op iets wat ik vergeet. Dat overkwam me dit jaar. Als oud vuil had ik Candi Staton uit mijn geheugen gewist. Op het eerste gezicht had ik ook niets met haar gemeen. In mijn jonge pubertijd was diepe soulmuziek iets voor stropdassen en glinsterende blouses. Niet voor verbleekte spijkerbroeken en geruite flanellen houthakkershemden. Die gingen voor rauwe gitarengeluiden die lijnrecht tegenover het keurige dorpsleven stonden. Maar nu, ruim dertig jaar later, moet ik bekennen dat ik me toch wel degelijk vergist heb. Want begin 2004 verscheen uiteindelijk een verzamel cd van Candi Staton en de hemel scheurde open. Wat een hemeltergend mooie liedjes staan op deze plaat. Mijn haren staan rechtovereind. En Elvis Presley draait zich vast in zijn graf om wanneer hij de soulzangeres ‘In the Ghetto’ hoort zingen. Nee, de verzamel cd van Candi Staton is een plaat die ik levenslang blijf koesteren.

Maar goed, het zijn oude liedjes en de jaarwisseling nadert. Of ik weer in het geheugen wil graven om te beoordelen welke platen, die dit jaar de kop op staken, ’t meest met me deden? Waarom niet? Doe ik even, dacht ik toen ik aan deze taak begon. Niets is echter minder waar. Wat ik vandaag met veel liefde omarm, kan morgen van minder waarde zijn. Na veel twijfel toch maar weer een duik in troebel water genomen.

Wat te denken bijvoorbeeld van het zielenleed dat terug te vinden is op ‘Kitchen Table Blues’ van JW Roy, of de dance met gospel invloeden op ‘Desperate Youth, Blood Thirsty Babes’ van TV on the Radio, de eigenwijsheid op ‘Real Gone’ van Tom Waits, de protesten van Steve Earle op ‘The Revolution Starts…Now’, de experimentele klanken op ‘A Ghost is Born’ van Wilco, de bezwerende rockers van Patti Smith op ‘Trampin’, of de prachtliedjes die Nick Cave laat horen op de dubbel-cd ‘Abattoir Blues/The Lyre of Orpheus’. Kortom, het kan gewoon niet op. Maar de plaat die mijn cd-speler het meest bezocht was toch wel ‘Bubblegum’ van Mark Lanegan. De breekbare miniatuurtjes en de poëtische, smerige rockliedjes op deze plaat zijn om langzaam op te zuigen en nooit helemaal door te slikken. Wat een pracht!

Behalve een zware cd-verslaving valt het me ook niet mee om dope als concertenbezoek los te laten. Maar door allerlei omstandigheden dit jaar geen Dranouter en geen Folkwoods bezocht. Enerzijds jammer, anderzijds blij dat ik niet opgezadeld werd met de platte boerenrock van Band zonder Banaan. Wat moet zo’n KPJ band in godsnaam op Folkwoods? Maar goed, waar zeur ik over. Ondanks alles toch ook enkele heel indrukwekkende concerten meegepikt. Zoals o.a. Nick Cave in Amsterdam. Wat een gedrevenheid, wat een passie, wat een volwassenheid straalt de magere lat in het zwart momenteel uit. Onweerstaanbaar, grappig (soms), ontroerend, ergerlijk, geobsedeerd en o zo levensecht.

Een ander indrukwekkend optreden was dat van Dayna Kurtz tijdens Route ’04 in 013. Met een hemelse stem de grote zaal van een popcentrum stil krijgen, ik neem er mijn petje voor af. Met je tenen in het steen, klinkt haar stem alsof je boven de aarde zweeft. Een mooiere brug naar de toekomst kan ik niet slaan. Binnenkort staat Dayna weer in 013 geprogrammeerd. Muziek is en blijft onvoorspelbaar, maar wat mijn nieuwsgierigheid wel prikkelt zijn de platen van Royakkers, dEUS en die van de talloze andere artiesten die uit het hart komende platen maken.

Sjak Janssen