-door Assie Aukes-
In 1996 zag ik The Poozies  voor het laatst. Ik keek uit naar het concert dat deze in het oogspringende Schotse band in het Zwolse Papenstraattheater zou geven. Helaas kwam ik bedrogen uit. Zangeres en blikvanger Sally Barker had de band net verlaten en opvolgster Kate Rusby was nog niet beschikbaar. Met de jonge violiste Eilidh Shaw (zus van Capercaillie-accordeonist Donald Shaw) werd de Nederlandse tour afgewerkt en eerlijk gezegd was dat een tikje teleurstellend.

De eerste twee albums van The Poozies waren veelbelovend. De energieke mix van traditionele Schotse folk, de invloed van het harp-duo Sileas (Patsy Seddon en Mary MacMaster) en de oorspronkelijke liederen van singer-songwriter Sally Barker op de albums Chantoozies ('93) en Dansoozies ('95) was in de beginjaren '90 een schot in de roos. Met Kate Rusby werd in 1998 nog het aardige Infinite blue afgeleverd, maar daarna werd het stil rond The Poozies. In 2003 verscheen nog een cd Changed days, same roots. Kate Rusby is dan al lang verdwenen. Zij startte een succesvolle solocarrière, hoewel we in Nederland helaas niet veel van haar horen. Haar vervangster is dan Eilidh Shaw, de invalster uit 1996. Ik dacht dat de band allang van het toneel was verdwenen toen in 2007 plotseling het bericht doorkwam  dat  Sally Barker de gelederen van The Poozies opnieuw zou versterken.  Waarschijnlijk wilde zij haar enigszins ingedommelde solocarrière via haar oude band weer nieuw leven in blazen. Aangezien The Poozies sinds het vertrek van Kate Rusby een goede zangstem ontbeert, was deze reünie niet zo'n slechte gedachte. Accordeoniste van het eerste uur, Karen Tweed verlaat later dat jaar de band en wordt vervangen door de jeugdige Maírearad Green.

Anno 2010 bestaat The Poozies dus uit: Patsy Seddon (harp, viool, zang), Mary MacMaster (harp, zang), Sally Barker (gitaar, zang), Eilidh Shaw (vioo, zang) en Maírearad Green (accordeon, zang).
Dat de groep al een hele tijd niet in Nederland was geweest, deed blijken aan het geringe aantal bezoekers voor het concert  dat The Poozies op 27 februari in Sneek gaf. Slechts een zestigtal liefhebbers had de weg naar het nieuwe Theater Sneek gevonden. Hoewel ik de thuisblijvers niet direct gelijk wil geven, viel de hernieuwde kennismaking enigszins tegen. Het optreden kwam wat lauw over. De presentatie was flets,  de muzikale inspanningen kwamen routinematig over. De grootste teleurstelling was het gebruik van de dubbele harpen, in het verleden hét handelsmerk van de band. Mary MacMaster kwam ditmaal niet verder dat het leggen van basisaccenten, waarvoor het gebruik van een basgitaar ook afdoende was geweest. De stem van Sally Barker mag er nog steeds wezen, al halen haar liederen niet meer het niveau van, bijvoorbeeld We built fires, Hunting the buffalo of This rhythm is mine. Instrumentaal klinkt de band plichtmatig en wat stijfjes. Maírearad Green laat blijken dat ze nog lang niet aan haar voorgangster Karen Tweed kan tippen. Een enkel keer viel er wat te genieten, zoals in het mooi gezongen Will I see thee more, geschreven door John McCusker en John Tams, het door Barker geschreven Haulaway, een lied over de deportatie naar Australië en het door Laura Veirs geschreven Black Eyed Susan. De harpen klinken in het oude Cotton mill girls gelukkig wel als vanouds.

Hoewel The Poozies nog niet afgeschreven hoeven te worden, doet dit optreden in Sneek blijken dat de groep momenteel oorspronkelijkheid en virtuositeit mist. Een reden kan zijn dat juist in de hoogtijdagen van de Schotse folk zo'n tien jaar geleden, de band op een zacht pitje meespeelde. De aansluiting met de hedendaagse lichting van de Keltische folk, met vertegenwoordigers als bijvoorbeeld de Anna Massie Band, Beoga en Uiscedwr heeft de band  duidelijk gemist.