-door Mirjam Adriaans, foto Ronald Rietman-
Door mijn hoofd zingt het nog steeds, Quis Te Furor, Neaera. Latijn mag dan een dode taal zijn, die al eeuwenlang niet meer wordt gesproken, vanmiddag in Tilburg leek er nog volop leven in te zitten. De Vlaamse formatie Eléonor liet in het Folkcafé horen hoe mooi Latijn kan klinken, warm gezongen door Elly Aerden en gevat in verrassend speelse of juist subtiel dynamische arrangementen van Wouter Vandenabeele.
 
Op het podium vormen brandende kaarsen het sfeervolle decor, in een lange lichte jurk bezingt Elly Aerden de liefde, de lente en andere geneugten, allemaal in het Latijn. In de eerste set wordt Quis Te Furor gebracht, al snel zingen de toehoorders in de lekker gevulde Paradox volop mee. Ik kan nauwelijks stil blijven zitten op mijn stoel, het liedje voelt als een aanstekelijke Afrikaanse gospel waar je hoort mee te deinen en te klappen. Het is een gedicht uit de 16de eeuw van de Nederlander Jan Everaerts, oftewel Janus Secundus. Met dit nummer als tweede toegift wordt het optreden ook besloten, zonder verdere aansporing wordt opnieuw meegezongen, en zelfs na afloop hoor ik het nog iemand zachtjes nazingen. Het is dan ook een toegankelijk liedje over de waanzin van de liefde, waarvan de melodie en het metrum zich bijna als vanzelf in je hoofd nestelen.

Eléonor is een groep rond zangeres Elly Aerden, die teksten over de liefde en de lente uitzocht om op muziek te zetten. Ook de overige bandleden zijn niet de minsten, we kennen ze van diverse Belgische topformaties, zoals Olla Vogala, Ambrozijn en Mairan. Anne Niepold bijvoorbeeld geeft een prachtige avontuurlijke accordeonsolo weg in Lymphae, Abite, een ode aan de wijn. Ze gaat er zozeer in op dat er iets misgaat met het microfoontje op haar instrument, maar Wouter Vandenabeele neemt de solo over op viool zodat een en ander rechtgezet kan worden. Autodidacte drummer Luc Vanden Bosch weet een heerlijke variatie te vinden in zijn meermaals percussief klinkende spel. Fijn romantisch, maar ook energiek dynamisch vleugelspel horen we van Florejan Verschueren, die een paar keer de enige begeleiding vormt van de warme stem van Aerden. Lode Vercampt kleurt lekker donker in op de cello. Samen zorgen ze voor een wereldse klank, die gaat van tango tot chanson, met hier en daar een vleugje klassiek of een snufje oosters.

eléonor
Eléonor

Het programma Lapsus Animae, 'verspreking van de ziel', omspant een periode van ruim 2000 jaar. Omdat niet iedereen de oude taal machtig is, Aerden zelf incluis, krijgen we bij elk nummer uitleg. En zoals de zangeres al aankondigt bij het begin: wat er ook veranderd is in de maatschappij in die paar duizend jaar, in de liefde blijft het al eeuwenlang hetzelfde. De teksten van Catullus en Sulpicia uit de eerste eeuw voor onze jaartelling, de Carmina Burana uit de late Middeleeuwen en Janus Secundus hebben met elkaar gemeen dat ze handelen over de liefde, de melancholie, het verlangen en de lentekriebels. En er staat zelfs hedendaags werk op het repertoire. Latijn is toch dood?, hoor ik al vragen. Inderdaad, maar er zijn hobbyisten die het leuk vinden om gedichten in het Latijn te schrijven en een daarvan is Robrecht de Laet, in het dagelijks leven een dokter, die per mail liet weten dat Aerden van zijn poëzie gebruik mocht maken. Na afloop is het buiten bijna donker, de regen druppelt gestaag naar beneden, ik duik lekker diep in mijn jas. Het is nog winter, maar Eléonor heeft me al een heerlijk voorproefje gegeven van de lente, met de eeuwenoude, tijdloos mooie dwaasheid van de liefde in een eigentijds levendig gezongen Latijn, dat nog lang blijft nazingen.

In juli of augustus hoopt Eléonor een cd te kunnen uitbrengen, luister ondertussen vast op www.myspace.com/eleonormusic, meer info en teksten met vertalingen zijn te vinden op www.eleonor.be.

Meer foto's van dit concert vind je hier.