Al jaren geniet ik van Brugges Festival. Vorig weekeinde moest ik helaas de twintigste editie aan me voorbij laten gaan. Journalist Antoine Légat brengt me op de site folkroddels.be gelukkig weer even terug in Brugse sferen. 't Was er weer fantastisch. 

Met name het afsluitend jubileumconcert had ik niet mogen missen. Acht van de vele stemmen die het festival tot nu toe kleur gaven, vormden als het ware een eregalerij. Onder hen internationale grootheden als Gabriël Yacoub, June Tabor en Savina Yanatou. Zij zongen onder begeleiding van Wouter Vandenabeele's Olla Vogala, dit keer in een speciale twaalfkoppige bezetting. Bij uitzondering was er zelfs een piano bij, bespeeld door Florejan Verschueren (o.a. Mairan).

Légat is lyrisch: ‘het was een zeer leuke avond zonder zwakke momenten'.

Uit zijn recensie pik ik graag nog even een passage over zanger Ludo Vandeau. ...'Je moet niet (meer) naar buitenland om mensen te vinden die op dit eenzame niveau kunnen meedraaien. We kenden Ludo Vandeau natuurlijk nog van zijn zangwerk bij Ambrozijn, maar zijn (...) bijdrage reveleerde de man als een Stem. Weinigen bekken het Nederlands én het Frans zo goed als hij, hebben deze frasering, dit stembereik en -volume. We meenden zowaar een Vlaamse Brel te horen. Zijn eigen compositie 'Agapè' is in dat verband veelbelovend'...

Waarom speciaal Vandeau uitgelicht? Ik ben altijd van hem onder de indruk geweest. Tijdens een Ambrozijn-concert, zo'n vier jaar geleden in Heeze, zong hij het nummer Amsterdam. Ik hoorde het voor het eerst en stond perplex. Na afloop stapte ik meteen op hem af: ‘Wat een prachtnummer. Staat het al op cd, of gaan jullie het opnemen voor de volgende?'
Met zijn karakteristieke dromerige blik gekoppeld aan contrasterende felheid antwoordde Vandeau toen: "Ik zong het al voordat ik het met Ambrozijn deed. Ik hou ervan. Als ik het zing moet ik altijd beelden voor me zien. Als het de juiste beelden zijn, zing ik het op z'n mooist. Om dat in de studio voor elkaar te krijgen zal niet meevallen. Als ik er dan maar niet voor altijd spijt van heb..." Wouter Vandenabeele vulde aan: "Het is een nummer van een ander, hè...".

Oh ja!? moet mijn antwoord vertwijfeld geklonken hebben. Thuis snel even opgezocht. Het bleek van Kris De Bruyne, een zanger/liedschrijver uit het kleinkunstgenre.     

Vandeweek kwam ik Amsterdam weer tegen in het nieuws. Op de Vlaamse teletekst las ik het bericht dat  Amsterdam van Kris De Bruyne (57) is opgenomen in de Eregalerij van het populaire lied in Vlaanderen. De jury acht het een ‘tijdloos lied': "Het is een sober lied dat recht naar de keel grijpt. Zelden slaagt een tekst er in zo treffend een gevoel van melancholie en heimwee op te roepen".

Inderdaad. Hoewel het folkie arrangement van Ambrozijn me meer aansprak is ook het origineel van het album ‘Ook voor jou' ('75)  meer dan de moeite waard. Beluister het eens op zopp.nl/spitted/217. Je zult ‘t wellicht herkennen. In 2004 werd het nummer namelijk gebruikt voor een kaascommercial van Old Amsterdam. Als je luistert, lees dan de tekst van het nummer eens mee, dan begrijp je ongetwijfeld mijn enthousiasme en dat van de Vlaamse jury:  

Je kan er boeken kopen
die je hier heel zelden vindt
je kan er langs de grachten lopen
je haar los in de wind

Je kan er uren slijten
de parken zijn er groen
je kan er naar Van Gogh gaan kijken
dat zou je eigenlijk wel 's moeten doen

Je bent er vogelvrij
omdat er alles kan
zo dichtbij
en toch zo ver is Amsterdam

Want daar in Amsterdam
ben jij zo ver van mij
toch voel ik Amsterdam
zo pijnlijk dicht nabij

In het concertgebouw
is het zeer dikwijls feest
je weet toch nog dat zelfs Randy Newman
daar voor ons heeft gespeeld

Wie van ons vermoedde toen
dat jij daar nu heel alleen
een schuilplaats gevonden hebt
we gingen er altijd samen heen

Wie van ons is vogelvrij
wie van ons die nog alles kan
zo dichtbij
en toch zo ver is Amsterdam


Adembenemend hè?! Je zou als Folkie onderhand geneigd zijn om aan de voeten te gaan liggen van alles dat uit België komt?! ;-)

Henk